Whitey de brulaap

Om te beginnen wil ik vermelden dat iedere vergelijking met personen volkomen toevallig is en voortkomt uit de fantasie van de lezer.

Als je tegen zonsopgang of zonsondergang ergens in de jungle bent en er is een groep brulapen in de buurt, berg je dan maar. Hun gebrul kun je op zo´n vijf kilometer afstand horen. Brulapen brullen zo hard omdat ze andere apen op die manier duidelijk willen maken dat ze uit de buurt moeten blijven. Ze dulden namelijk geen andere apen in hun bos. Brulapen leven in groepen en een groep heeft een leider. De leider van de groep in dit verhaal heet Whitey.

Whitey had het weer een beetje naar zijn zin. Floralia had net lekker bij hem zitten vlooien. Dat was wel weer nodig. Vooral zijn lange staart was aan een beurt toe geweest. Ze had hem lekker uitgerold, stijf gemaakt en schoongemaakt. Nu kon hij er weer even tegen. Floralia was zijn favoriete vrouwtje. Ze zaten al samen in het bootje vanaf het moment dat Whitey de leider van de groep was geworden. Ze was zijn vertrouwelinge en had wel wat privileges. Toch was ook zij altijd volkomen onderdanig geweest aan de grote leider.

Whitey was al erg lang de leider van de groep. Hij had meer charisma dan de andere mannetjes van zijn groep en kon nog veel harder brullen dan zijn concurrenten. Als je over die kwaliteiten beschikt, dan ben je geschikt om de groep te leiden. De andere apen uit de groep willen nu eenmaal graag een sterke leider. Zelf hebben ze namelijk geen initiatief en ze kunnen niet hard genoeg brullen zodat andere apen op afstand blijven. Whitey kon dat wel en dus was hij de aangewezen aap om de groep te leiden.
Ben je eenmaal leider van zo'n groep, dan zijn de anderen uit de groep volledig volgzaam. En dat was de laatste tijd een beetje aan het veranderen, had Whitey gemerkt. Het was begonnen nadat er, ondanks het gebrul van Whitey, toch nog andere apen binnen het territorium van de groep Whitey waren gesignaleerd. Het bleken makaken.

Ook makaken leven in groepen, maar ze zijn veel brutaler dan de brulapen. Het zijn echte rovers. Ze roven alles wat ze te pakken kunnen krijgen. Ze maakten de stranden al lange tijd onveilig. En nu gingen ze hun activiteiten uitbreiden naar de bossen. Ze zijn opdringerig en gewelddadig. Natuurlijk zijn niet alle makaken dat, maar veel wel en dus wilde Whitey ze zeker niet in zijn territorium zien. Het probleem was dat de makaken totaal niet onder de indruk waren van het gebrul van Whitey. En dat zat hem dwars, dus verzon hij een plan om dat ongedierte toch weg te krijgen.

Op een dag riep hij een deel van zijn groep bijeen. Het was het meest trouwe en volgzame deel van de groep. Allemaal volgers zonder een eigen wil. Dat was ook de bedoeling van Whitey, want apen met een eigen wil, daar had hij niets aan. Zeker niet nu de vijand steeds verder oprukte.
Toen de groep volledig was, begon Whitey te brullen zoals hij nog nooit had gebruld. Natuurlijk waren de makaken het onderwerp van zijn gebrul. Hij wilde de groep nog eens goed duidelijk maken dat hij, Whitey, de grote leider, die verschrikkelijke makaken wel even snel uit hun bos zou jagen. Hij zou dat wel even gaan regelen. Zijn gebrul was in heel het oerwoud te horen. En zijn volgelingen brulden met Whitey mee. Maar Whitey had niet in de gaten dat zijn gebrul niet die mooie diepe klank had die het normaal had. Ook gebrul kan namelijk vals klinken. Hij had met dit gebrul zeker niet aan The Voice of Holland kunnen deelnemen. Zo vals klonk het. De volgelingen die aanwezig waren bij de meeting hadden dat niet in de gaten, want zij vonden alles wat de grote leider deed prachtig en hadden bovendien geen muzikaal gehoor. Maar er waren heel wat andere apen in het bos die het afgrijselijk vonden en zelfs brulapen uit zijn eigen groep, die niet op de meeting aanwezig waren, vonden het niet het mooie gebrul dat ze van de leider gewend waren.

Het gevolg was dat niet alleen de makaken zich tegen Whitey keerden, maar ook de orang-oetans, de gibbons, de bavianen, de doodshoofdaapjes en de mandrillen. Er ontstonden zelfs scheurtjes binnen de groep van Whitey. Een paar vrouwtjes gingen uitkijken naar leiders van andere groepen. Er waren er zelfs die uit de groep vluchtten. Een klein groepje dat altijd al het meest slaafse groepje was geweest, bleef natuurlijk trouw aan de grote leider en noemde de apen die uit de groep vluchtten 'bange kikkertjes'. Dat klopte natuurlijk niet, want het waren brulapen en ze waren niet bang, want brulapen zijn het nu eenmaal niet gewend om buiten de groep te leven. Als ze dat doen, dan zijn ze juist heel moedig.

Alle apen in het bos waren ondertussen wel nieuwsgierig hoe het zou aflopen met de groep Whitey. En Whitey zelf? Die had zich ondertussen lekker laten vlooien door Floralia. Hij stond op, rekte zich eens goed uit, liet een boer en ging verder met het dagelijks leven. Hij dacht niet meer na over zijn valse gebrul. Het deerde hem ook niet dat alle andere apensoorten nu tegen hem waren. Hij zou binnenkort wel weer van zich laten horen en harder brullen dan ooit zodat ze hem in alle uithoeken van de jungle zouden kunnen horen. Hij was al bezig met ademhalingsoefeningen.

In 1993 fietsen mijn vrouw en ik door Sumatra. We waren al erg vroeg op weg, want we wilden voor de middagwarmte een bepaalde klim achter de natte rug hebben. Het was een weg die dwars door de jungle liep. Plotseling werden we opgeschrikt door een enorm gebrul, niet ver van ons vandaan.
'Wat is dat?' vroeg mijn vrouw verschrikt. 'Oh, dat zijn brulapen', zei ik. 'Niet op letten en gewoon doorfietsen. Brullen is wat ze het liefste doen. Verder zijn ze niet gevaarlijk. Je kunt er het beste geen acht op slaan, dan houden ze vanzelf op.'