Dromen in stoffig Texas

Ergens in Texas woont een man genaamd Ruben. Ruben droomde al van jongs af aan over boeken. Hij verslond het ene na het andere boek. Hij had drie belangrijke dromen die hij na kon komen: zelf een boekhandel beginnen, een inspirerende literatuurdocent zijn of op een dag de schrijver van een internationale bestseller worden. Hoewel hij is afgestudeerd in jeugdliteratuur, heeft hij geen van deze dromen waargemaakt. Wel zit hij er heel dichtbij. De vadsige 60+’er heeft zijn schouders laten hangen boven het bureau van de bibliotheek in zijn stad, waar hij nu directeur is.

Nou ja, stad. Stad is misschien een groot woord voor dit bescheiden plaatsje in de staat Texas. Zelfs de postbode weet niet altijd waar het ligt. De bewoners zijn er al zo aan gewend, dat ze niet eens de moeite meer nemen om boos te worden als belangrijke brieven van buitenaf te laat worden bezorgd. Of helemaal niet. De bewoners halen sowieso maar zelden hun schouders op als er iets gebeurt. Zo heeft ooit een bekende rock-‘n-rollartiest bij hen gewoond. Hij was wereldberoemd, maar op zijn begrafenis in hetzelfde kleine plaatsje waren er maar een handjevol mensen aanwezig.

Alleen onze Ruben de bibliotheekdirecteur wist natuurlijk dat deze rock-’n-rolllegende in het suffe plaatsje had gewoond. Niet dat hij hier actief mee bezig was, natuurlijk. Op een dag besloot zijn aanstaande schoonvader dat het eens tijd was om zijn toekomstige schoonzoon Ruben beter te leren kennen. Dat ging natuurlijk niet thuis, waar die arme jongen alleen maar met zijn bleke neus in de boeken zat. Dus nam schoonvader de jongen een dagje mee naar zijn werk. Terwijl schoonpaps de airconditioner van zijn klant onder handen nam, kwam deze man even binnen. Daar herkende Ruben de rock-‘n-roller.
Na het vaste praatje over de problemen met de airco maakte schoonpaps zijn handen vuil. Ruben vroeg voorzichtig naar het leven van de beroemdheid. Hij zou een tour in Europa doen. Vooruit, dat klonk wel leuk, maar zo’n bekendheid zou het dan wel niet zijn, anders zou hij wel een tour door de US doen. Omdat Ruben zelf ook een beetje gitaar speelde, begonnen zij over de koetjes en kalfjes van de muziekwereld. Toen was de airco naar tevredenheid gerepareerd, want Ruben en zijn schoonvader hoefden nooit meer terug te komen.

Rubens leventje kabbelde zonder enige hoogtepunten voort. Hij werd assistent-directeur van de plaatselijke bibliotheek, hoofdbibliothecaris en uiteindelijk directeur. Zijn dromen kwamen weliswaar niet uit en niemand geloofde dat hij ooit een wereldster heeft ontmoet, maar Ruben was tevreden. Bijna twintig jaar na zijn eerste ontmoeting met de rock-‘n-roller kwam een Nederlandse televisie-interviewer bij hem op bezoek. Rubens schoonvader was inmiddels al overleden, dus nu was hij de enige man in het kleine stadje die zich de muzikant nog kon herinneren. Voor de eerste keer waren de camera’s nu op hem gericht. De opnameploeg verzekerde hem dat ze hem na afloop een band zouden sturen met de uitzending.

Ruben vertelde het al zijn vrienden, familie en alle zeven bezoekers van de bibliotheek. Ze keken hem aan, glimlachten en lieten hun schouders weer hangen om hun gewoonlijke werk voort te zetten. Ruben zag dat ze hem niet geloofden. Zou de band kwijt zijn geraakt door de postbode? Of zouden ze het hem nooit gestuurd hebben? De assistent bibliothecaris John, die al jaren op zijn baan aasde, zinspeelde doelbewust op dementie. Ruben had het adres niet meer van die Nederlandse filmploeg en legde zich erbij neer. Hij zou wel nooit een beroemdheid worden. En dat was niet erg.

Maar jaar na jaar werd het toch moelijker om zich te handhaven tegen die steeds brutaler wordende John de assistent-bibliothecaris. Eerst bemoeide die man zich met alle ontwikkelingen van het world wide web. Toen kwamen er ineens computers in de bibliotheek en werd het wat drukker, dus hij liep veel te trots rond omdat hij wel wist hoe de wereld in elkaar stak. Maar de laatste jaren is het weer leeg in zijn bibliotheek. Iedereen zit thuis domme spelletjes te doen op die computer. Alleen seniele Martha komt nog langs om een streekromannetje te lenen die ze al duizend keer heeft gelezen, maar waarvan ze het einde steeds vergeet door haar aandoening.
Juist toen John definitief naar de macht wilde grijpen, kreeg Ruben ineens een mailtje binnen van een onbekende Nederlander. Hij zou het eigenlijk niet openen, maar “Television”, was het onderwerp. Hij had nu toch weinig meer te verliezen en opende het bericht. “Dear Ruben, I was just watching an old documentary about this rock-‘n-roll artist for Dutch television, in which you are interviewed. I don’t know if you ever saw it for yourself but it is now on YouTube.” Ruben sprong een gat in de lucht. Hij had iedereen over het televisie-interview verteld, maar niemand geloofde hem. Dankzij dat vervelende internet heeft hij nu toch de video om het te bewijzen.

En zo bleef Ruben de bibliotheekdirecteur van zijn stadje dat de postbode niet wist te vinden, maar dat dankzij het internet toch nog een beetje bestaansrecht terug heeft gekregen. Rubens dromen zullen ook nooit meer gaan uitkomen op zijn leeftijd, maar hij is toch zielsgelukkig: welke inwoners van zijn plaatsje kunnen nu zeggen dat ze op de Nederlandse tv zijn geweest?