Overlast van minderheden (7): Voetbalvrouwen

Zonnetje40 is een maandje met verlof. Luc van Lier valt voor haar in. Met een serie over overlastgevende minderheden. Want die Marokkaantjes, die Molukse motorcriminelen, Japanners , bejaarden , pontschippers , volkszangers , Italianen en politici zijn heus niet de enigen die onze samenleving hinderen. Vandaag aandacht voor een groep overlastgevers van nogal ordinaire signatuur: de voetbalvrouwen.

De voetbalvrouw staat met haar rug naar de samenleving. Taalkundig slecht onderlegd, en dat ziet men zelfs terug in hun eigen naam. Voetbalvrouwen. Zou eigenlijk voetballersvrouwen moeten zijn. Maar dat valt de dames niet uit te leggen. Naast een totaal onbegrip aangaande de taalregels, is ook de kennis van onze verkeersregels minimaal. Ze rijden als gekken in de dure auto’s die hun man bij elkaar heeft gevoetbald en trotseren al vloekend en scheldend hun medeweggebruikers. Een grote Mercedes noemen zij liefkozend een boodschappenwagentje, maar ondertussen pikken ze in de P.C. Hooftstraat wel onze parkeerplaatsen in.

De voetbalvrouw is verantwoordelijk voor een enorme mate van milieuvervuiling. In het algemeen is zij kunstmatig blond, en de enorme hoeveelheden haarbleekmiddel die daarvoor benodigd zijn, houden een complete unit van AKZO-Delfzijl draaiende voor de productie van kolossale hoeveelheden waterstofperoxide. Ook andere chemicaliën laat men in grote hoeveelheden aanrukken om de voetbalvrouw in vorm te houden. Botox voor het totaal uitdrukkingsloze aangezicht, siliconenmix voor de rechtop te houden voorgevel.

De voetbalvrouw heeft weinig op met muziek. Zo denkt zij bij de naam Riccardo Chailly aan de keeper van Benfica en pleegt zij tijdens de Nationale Dodenherdenking het lied “Nederland, o Nederland, wij zijn de kampioen” aan te heffen in de veronderstelling dat het hier ons volkslied betreft. Legendarisch is ook het besluit van zo’n voetbalvrouw om een vriendelijke Volendamse volkszanger in te ruilen voor een ondermaats voetballertje met een duurbetaald Italiaans contract. Met literatuur heeft de voetbalvrouw evenmin veel op. Ze komt niet verder dan de Privé, de Story en de Weekend. Om te kijken of ze er weer in staat.

De voetbalvrouw gaat niet erg mee met de tijd. Ze is blijven hangen in de jaren-70. De tijd van de partnerruil. Wat zij niet begrijpt, is dat partnerruil gaat over vier mensen, die in groepjes van twee van partner wisselen. De voetbalvrouw komt niet verder dan het afpakken van de partner van een collega-voetbalvrouw. Een onderstreping van de lamlendige levensvisie van de voetbalvrouw. Ze levert gewoon half werk. De uitgerangeerde voetbalvrouw treft het overigens slecht. Wanneer zelfs de rechtsbuiten van de plaatselijke zaterdagamateurs zijn neus voor de voetbalvrouw ophaalt, kan de verlepte schone nog slechts terecht bij een criminele beroepsvechter die uit pure frustratie omdat hij zich moet zien te behelpen met zo’n verlepte vriendin criticasters invalide trapt in de catacomben van het voetbalstadion waar de eerste echtgenoot van de voetbalvrouw in kwestie ooit nog zijn in grote hoeveelheden champagne gedrenkte  triomfen vierde.

De voetbalvrouw is in ons land niet te handhaven. Niemand neemt haar nog serieus en haar onnatuurlijke lichaamsbouw leidt niet tot afgunst en bewondering, doch slechts tot spot en hoon. Daarom wijkt de voetbalvrouw uit naar enclaves in het buitenland. Een clustering van deze vrouwen ziet met in de omgeving van Milanese voetbalstadions, in het Noorden van Groot Brittannië en wonderlijk genoeg in de Duitse havenstad Hamburg. In die stad wordt de voetbalvrouw overigens te verstaan gegeven, zich niet in de nabijheid van de wereldberoemde Reeperbahn te begeven, om de aldaar naar seksueel vertier zoekende mannen niet in verwarring te brengen. Een voetbalvrouw valt immers van een prostituee doorgaans niet te onderscheiden.

De voetbalvrouw wil met het Openbaar Vervoer niets te maken hebben. In de tram wordt zij niet aangetroffen, bij de term ‘Chipkaart’ informeert ze of het dan paprika of naturel moet zijn en áls ze dan een eindelijk een eersteklas kaartje heeft weten te bemachtigen, vraagt ze in de trein aan de conducteur waar de Eerste Divisie is. De voetbalvrouw heeft meer met parkeergarages, alwaar zij zich heftig zoenend met haar pasverworven minivoetballer door de bewakingscamera’s laat filmen. Uiteindelijk komt het tot een huwelijk. Dat is de start van een reeks onbetaalde rekeningen, met dreigende faillissementen in de feestbranche tot gevolg, waardoor weer een aantal goedwillende mensen bij de overheid moet aankloppen om een noodkrediet. Van uw en mijn belastingcenten.

Nee, die Marokkaantjes, die Molukse motorcriminelen, die Japanners, die bejaarden, die pontschippers, die volkszangers, die Italianen en die politici zijn heus niet de enigen aan wier gedrag een ferm halt dient te worden toegeroepen!

Aankondiging Columnistencabaret 22-6