Truttig

In de rubriek Plat Haags nemen TheGrandWazoo, Driek Oplopers, Luc van Lier en harry64 het Nederlandse politieke landschap onder de loep.

Daar sta je dan. Op zolder tussen spullen die helemaal niet van jou zijn. We kregen ongeveer een uur om uit te zoeken wat we wilden hebben. De vorige bewoner van ons huis bleek een verzamelaar te zijn. Zo eentje waar oplosneger John Williams wel raad mee weet.  Maar in dit geval was de persoon in kwestie al met de noorderzon vertrokken en liet hij, naast enkele dwingende correspondenties met Hare Majesteit de Koningin, vooral veel troep na. Maar misschien zat er wel iets voor ons tweetjes tussen, zo bedacht de huisbaas. Mijn vrouw is gek op prullaria. Ze is het type waar oplosneger John Williams wel raad mee weet. Maar ik kijk wel uit! Die komt er hier niet in. Zij was de eerste die de dozen mocht openmaken. Na eerst te zijn bekomen van een explosie aan stof, ik begon spontaan White Christmas in te zetten, zagen we dat er zowaar bruikbaar spul was nagelaten. Geschiedenisboeken, tafelbekleding, een kookpot om peultjes in te bewaren, messenset, muziekkaarten voor een draaiorgel, mokken. Ik werd zowaar ontroerd door zoveel persoonlijk verleden. Het leek wel alsof ik het onverlaat begon te leren kennen. Mijn blik viel op een wel zeer bijzondere set mokken. Het betrof een originele uit begin jaren zestig met de afbeelding van John F. Kennedy op de ene mok en Jacky Kennedy op de andere. Ik besloot ze niet aan mijn meisje te laten zien, wetende dat ze helemaal verrukt de twee mokken in ons keukenkastje zou zetten. Dan was binnen de kortste keren Jacky weer alleen. Haar onhandigheid is met geen pen te beschrijven. Toch hou ik van haar. Heel veel zelfs. Nee, de mokken bleven gewoon in de doos zitten. Het zette mij wel aan het denken. Met de troonswisseling is er natuurlijk ontzettend veel koninklijke merchandise, zoals destijds bij Kennedy in Amerika. En naar verluidt is zelfs al een hoop van dat oranjespul uitverkocht. Broodtrommeltjes met het koningspaar erop, theekopjes, beddengoed. En Schinnen mag zich verheugen op de eerste koninklijke putdeksel! Ongelogen waar. Ze wilden eerst Koning Willem op een speciaal muntje uitbrengen waarmee er in de plaatselijke horeca betaald kon worden, maar helaas is z'n kop te groot. Dan maar een putdeksel.
 
De truttigheid waarmee deze troonswisseling gepaard, gaat is ongekend. Kinderen die hun dromen verzamelen, een koningslied geschreven door onder meer Daphne Deckers en het wordt alleen maar erger en erger. Heel middenstand-Nederland stort zich op het oranjegevoel. Ik heb nog niet durven kijken wat supermarkten allemaal hebben bedacht, maar ik vrees het ergste. Sta ik straks af te rekenen, vraagt de caissière aan me of ik een pluizige Zorreguieta wil hebben. Nee dank u. Het is allemaal zo vreselijk jaren zestig. Ik dacht dat we met z'n allen juist de truttigheid in dit land beu waren. Een hele generatie keert zich tegen de babyboomers, de mislukte vrijzinnigen van de jaren zestig en het politiek correcte. Maar de braafheid waarmee we gebombardeerd worden deze maand bewijst het tegendeel. Breng in hemelsnaam ook meteen maar het Polygoonjournaal terug op de buis. "Het heeft allemaal te maken met het wij-gevoel", hoor ik specialisten op dit vlak zeggen. Dat geloof ik best, maar zodra wij hier in het zuiden een muts opzetten en één keer per jaar ons even één voelen, is dat meteen gek in de ogen van de randstedelijken. Zo zie je maar, iedereen heeft behoefte aan carnaval. De Friezen staan met een opblaasbaar stuk kaas op hun harses te dweilen bij een schaatswedstrijd en de randstad heeft oranje. Ik vind het allemaal prima, maar dan wil ik nooit meer iets horen over de zogenaamde crisis waar we in zitten. Moord en brand schreeuwen wanneer er geld wordt gevraagd voor Syrië, maar wel prul aanschaffen van de grootste belastingonduikers van het land. Prul dat we overigens over een tien jaar weer terugvinden op een dekentje in Amsterdam zo rond 30 april.
Op zolder vind ik onderin een doos een oude foto met daarop vermoedelijk de afbeelding van de verdwenen oud-bewoner. Vermoedelijk, omdat ik hem natuurlijk nooit heb gezien. Onderaan de foto staat '1965' gekrabbeld. Hij zit op z'n brommer treurig voor zich uit te staren. Benauwende jaren waarin van je verwacht werd dat je tegen de heersende moraal zou vechten. Je vrienden deden dat immers ook. En met de heersende moraal werden dan vooral je ouders mee bedoels. Ondanks Powned, GeenStijl, snelle en sociale media, is er niets veranderd. We kopen nog steeds spullen van oranje als het land daarom vraagt en we zijn nog even truttig. Lang leve de jaren zestig! En lang leve de koning.