Een bedrijf in tweeduizendzoveel

Toekomst, enkele tientallen jaren na nu. Nederland, jazeker, het bestaat nog. Het is nogal veranderd, samen met de omringende landen maar nog steeds herkenbaar. De veranderingen zijn nogal ingrijpend, vooral onder de werkende bevolking. In het eerste en tweede decennium werden heel veel ex-werknemers min of meer gedwongen zelfstandig: ZZP’er heetten ze. De succesvollen onder hen noemden zich Zelfstandige Zonder Personeel, degenen die minder geluk hadden waren Zielenpoten Zonder Poen. Ze waren evenwel werknemer geweest en later, als het goed ging, werkgever geworden. Dat gegeven zorgde voor een nogal ambivalente houding ten aanzien van de verhouding tussen werkgever en werknemer. Als werknemer hadden ze te maken gehad met een cao die was afgesloten na overleg tussen vakbonden en werkgeversbonden. Sommigen waren zelf lid geweest van een vakbond, maar dat stopte toen ze zelfstandig werden. Aan de andere kant van het bureau zitten was wel iets waaraan ze moesten wennen. Bovendien werd de invloed van de vakbonden gaandeweg kleiner: de leden werden steeds ouder en stierven gewoon uit, niet of nauwelijks vervangen door jonge, nieuwe instroom. In het derde decennium was de invloed van de bonden zover afgenomen dat er een andere vorm van loonafspraken moest worden bedacht.

Dat bleek nogal ingewikkeld; de nieuwe werknemer, nogal wat meer individualistisch ingesteld dan zijn voorouders stelde eigenlijk geen prijs meer op centrale loonregeling, hij wilde betaald worden overeenkomstig zijn opleiding en prestatie. Aan de andere kant zat niemand te wachten op een loonprijsspiraal en op het wegkopen bij andere bedrijven van goede mensen. Dilemma! Iemand herinnerde zich een heel oud principe, reeds besproken door ondermeer De Toqueville: The Principle of Enlightened Self-interest. Was dat hier niet toepasbaar? Aan de ene kant heb je de verschaffers van kapitaal, aan de andere kant de leveranciers van arbeid, met daar tussenin het bedrijf. Als je de werkers te veel betaalt verdienen de kapitaalverschaffers te weinig en stoppen met investeren. Het omgekeerde is ook niet ideaal; dan lopen de mensen weg of ze storten in. Je moet dus een gulden middenweg zien te vinden, en dat is The Principle of Enlightened Self-Interest, vanaf heden afgekort tot PESI. Mantra: don’t be a hog. Als je de ander ook wat gunt ben je uiteindelijk beter af.

Schrijver dezes las ooit een space-opera van de uitvinder van dit fenomeen: E.E, ‘Doc’ Smith. Hij begon met het schrijven van SF in de jaren twintig. Kort voordat hij stierf in 1965 schreef hij Subspace Explorers. Via dit boek kwam ik in contact met PESI. Latere bestudering leerde mij dat Smith dit principe bepaald niet heeft uitgevonden. Het is een uitweg voor degenen die bestrijden dat echt altruїsme bestaat. Zie eerdere discussies hierover onder columns op deze site. Ik zal er nog wel eens een column aan wijden. Heel interessant. In het boek schrijft Smith letterlijk over bedrijfsvoering:

“Capital must make enough profit to attract investors, and wants to make as much more than that minimum as it can. Labor must make a living, and wants as much more than that minimum as it can get. Between those two minima lies the line of dispute, which is the locus of all points of reasonable and practicable settlement. Somewhere on that line lies a point, which can be computed from the Law of Diminishing Returns as base, at which Capital’s net profit, Labor’s annual income, and the public’s benefit, will all three combine to produce the maximum summated good.”

Ergens anders schrijft hij: “ Every employee, from top to bottom, received an annual basic salary plus a bonus. This bonus varied with the net profit of the firm, and each employee’s actual ability.”

Inmiddels waren de eerste twee decennia voorbij. Kondratieff, de Russische econoom uit het begin van de vorige eeuw voorspelde in de jaren 20 dat de economie in de kapitalistische samenleving zich in grote, wereldwijde golven beweegt, gedefinieerd naar de jaargetijden. In 1927 voorspelde hij bijvoorbeeld de beurskrach van 1929, akelig secuur. Zijn boodschap was Stalin evenwel niet welgevallig, want hij stelde dat na een winter (begin jaren 30 was het echt economisch winter) er weer een lente, zomer en herfst zouden komen. Stalin liet hem uiteindelijk een paar jaar later de kogel geven. De door hem voorspelde economische winter in het begin van deze, onze eeuw kwam er daadwerkelijk, maar aan het einde van het tweede decennium werd het weer lente.

Het was wel heel anders geworden in onze samenleving. Er waren heel veel mensen die min of meer noodgedwongen een eigen bedrijf waren gestart. Een aantal waren spectaculair gegroeid, vaak zelfs tegen de tendens in. Ze hadden geen enkele fiducie meer in de oude structuur van werkgevers en werknemers, waarbij nog kwam dat de vakbonden jaarlijks aan gewicht inboetten. Een afgesloten cao had dan ook geen lang leven in het vooruitzicht, want er waren te weinig mensen aan de werknemerskant die er nog achter stonden. Vandaar dat een durfal een programma liet schrijven waarmee hij zijn bedrijfsoptimum kon berekenen: zoveel mensen tegen die en die beloning, zoveel kapitaal, heel veel variabelen. Na enige jaren van proberen en bijstellen bleek dat wonderwel te werken. Er waren nog wel steeds mensen die aan de kapitaals- of aan de arbeidskant hun slag probeerden te slaan, maar die werden steeds weer door de realiteit ingehaald. Laat de kerk in het midden, dat is uiteindelijk voor iedereen het beste. En harder en beter werken leidde per individu tot een betere jaarbonus.

Er was wel een wonderlijk aspect aan de zaak: uiteindelijk werd de hele winkel gestuurd door een computerprogramma. Dat vergde nogal wat gewenning, want wie zorgde ervoor dat er niet met dat programma werd geknoeid? Dat probleem bleek echter snel te kunnen worden getackeld, gewoon door de cijfers. Als er geknutseld was aan het programma gingen de cijfers omlaag. En er werd donders goed beveiligd. Iedereen die aan die bedrijfsprogramma’s mocht schrijven behoorde tot een groepering, eigenlijk een elite die boven iedere twijfel verheven was. Zondigen was tegen geen enkele beloning aantrekkelijk.

Het succes van PESI groeide verder, tot ver buiten de bedrijfseconomie. Het kon naar men dacht ook op het niveau van landsbestuur. Al decennia eerder was de democratie verworden tot een ochlocratie: er werd meer en meer geluisterd naar de grootste schreeuwers. Dat dit fout moest gaan snapte iedereen eigenlijk wel. Maar wat dan? Volgens aloude modellen werd deze periode van ontaarde democratie altijd gevolgd door een of andere dictatuur, maar daar had men om begrijpelijke redenen weinig zin in. Al tientallen jaren hadden bestuurders bewezen dat ze te klein waren voor de grote problemen van deze tijd. Dus dan alles maar in de hand van één persoon leggen, met het gevaar dat die persoon alleen maar machtiger was dan anderen maar niet slimmer, nou nee, dat moest maar niet gebeuren.

Cliffhanger, over twee weken verder, naar een nieuwe cratie.

Als je interesse hebt, stuur dan een column van jouw hand naar pschouten@live.nl. Of stuur een PM. Je krijgt z.s.m. een reactie.

Eindredactie FOK!columns