Steek die collectebus maar in je....

Leukemie, leukemie! De vrouw met de collectebus prees op luide toon haar goede doel (genezing van leukemie) aan zoals een standwerker een wonderschoonmaakmiddel. Ze stond strategisch opgesteld voor de ingang van Albert Heijn. Klanten die erin wilden of eruit kwamen konden het zich voor hun goede fatsoen nauwelijks permitteren om haar zonder te dokken voorbij te lopen. Ik had op de terugweg van een andere boodschap ook naar AH gewild, maar ik fietste verder. Zo ontliep ik een situatie van morele chantage. Het kon een paar uur wachten en ik woon dichtbij. Dat mens zou vast niet de hele middag op haar post blijven blauwbekken, onder het scanderen van lelijke ziektes.

Uren later bleek ik haar uithoudingsvermogen onderschat te hebben. Ze stond er nog steeds. 'Leukemie, leukemie! (Twee voor de prijs van een, garantie tot aan de deur) Nogmaals onverrichter zake huiswaarts keren was geen optie. Ik ging voor de uitdaging: er financieel zonder kleerscheuren vanaf te komen. De collectante moet even haar concentratie verloren hebben. Ze keek opzij, juist toen ik, NOTA BENE VOOR HAAR LANGS naar binnen liep. Niks stiekem achter haar rug, ik was haar gewoon te slim en te snel af. Ze riep me nog wel na, iets van 'meneer, dit en dat, zus en zo...' Maar dat ging me niet meer aan, er zijn zoveel meneren, waarom zou ze mij bedoelen? Binnen was ik voorlopig veilig, maar ik moest nog naar huis.

Op het ergste voorbereid liep ik met een euromunt in de aanslag richting uitgang. Ik had me in het bezit weten te stellen van dat geldstuk door tactisch afrekenen bij de kassa. Want als je door een goed doel tot stoppen wordt gedwongen is het ergste nog om onder de brandende blik van je belager in je portemonnee op zoek te moeten gaan naar een geldstuk waarvan je bereid bent afstand te doen. En dat er dan alleen tien-eurocent-muntjes en een biljet van 20 euro in blijkt te zitten. Dat ging mij niet gebeuren. Het zou hooguit een euro en een seconde hoeven kosten, en dan alleen als ik minder geluk zou hebben dan op de heenweg.

Maar het wonder geschiedde nog een keer. Of moet ik zeggen geluk dwing je af? Weer was haar aandacht op het cruciale moment even afgedwaald. Opnieuw riep ze me luidkeels achterna in een poging me alsnog moreel op de knieën te dwingen. Maar ik hield mijn rug recht. Onverstoorbaar liep ik naar mijn fiets en reed naar huis met een stijgend gevoel van euforie. Overigens gireer ik altijd, dat jullie het weten.