Teeven: rigide en kortzichtig

Maar liefst 77 % van de Nederlanders 'heeft Teeven gelijk gegeven'. Meer dan driekwart! Was de vraag geweest of een inbreker die jouw huis leegroofde dood moest, dan was de respons 100 % 'ja' geweest. 

Nu kennen jullie mijn mening over peilingen, maar ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat er een te eenzijdige vraag aan een te eenzijdig publiek is voorgelegd.

Vergelijk de volgende vraagstellingen eens:
Bent u het met Teeven eens dat een inbreker met geweld uit andermans woning mag worden gewerkt, desnoods met de dood tot gevolg?
Denkt u dat de inbreker die het leven liet vantevoren een inschatting heeft gemaakt van zijn kansen en risico's en het risico op de dood heeft aanvaard?
Als u wordt aangevallen op straat, mag u dan terug slaan? Mag u dan ook iemand doodmaken?

Of over de andere boeg:
Is er een situatie denkbaar dat een inbreker oog krijgt voor het leed dat hij anderen aandoet?
Is er een situatie denkbaar dat de slachtoffers begrip krijgen voor de verwerpelijke keuze om op inbrekerspad te gaan?
Stel, u (werkloos), uw vrouw (idem) en kinderen worden uit huis gezet én hebben honger, zou u dan ooit de keuze kunnen maken om een kostbare vogel uit een tuin mee te nemen?

Kortom: omdat iedere situatie op zich staat, hebben we een rechtsstaat uitgevonden. Teeven was dienaar van die rechtsstaat. Als officier van justitie zorgde hij ervoor dat delinquenten hun bekomst kregen én dat burgers de neiging om het heft in eigen hand te nemen succesvol onderdrukten.

Wonderlijk genoeg manifesteert zich thans een andere Teeven. Een Teeven die feitelijk carte blanche aan iedereen verstrekt. Het geweldsmonopolie wordt geweldspolypolie: ben je slachtoffer, dan geniet je het privilege aanklager, rechter en executeur inéén te zijn, zo moet Teeven worden verstaan. Zijn oud collega's komen er niet meer aan te pas - rechters al helemaal niet. Die zouden nog wel eens kunnen kijken naar de kansloze positie van de inbreker en mikken op resocialisatie - een volstrekt overbodige exercitie natuurlijk.

Teeven heeft nooit uitgeblonken in nuances maar op dit moment is hij storend rigide. Geen verstand van zaken; wel oordelen. Daders zijn slachtoffer, het slachtoffer dader, zo zit dat nu eenmaal en niet anders.

In vroeger tijden had hij sec geconstateerd dat er sprake was van twee strafbare feiten: een inbraak en een doodslag (of dood door schuld). Dat zou om voor de hand liggende redenen tot slechts één vervolging leiden. De rechter kon vervolgens bezien of het doodmaken verschoonbaar was (noodweer of noodweer-exces) dus volgde er een straf of niet.

Door op voorhand daders en slachtoffers te husselen (er zijn diverse varianten denkbaar) en de dood te bestempelen als een bedrijfsrisico, zet Teeven de deur open voor ongeremde eigenrichting. Dat past wel in zijn stramien: als enige die nog gelooft in het succes van de wietpas ('die wordt gewoon ingevoerd') volgt hij gewoon zijn eigen richting.