Ik ga scheiden 13

Onderdak.

"Je zult nog veel meer mail en andere ellende van hem krijgen. Die Miranda is de oplossing niet voor zijn problemen. Hij doet alsof. Het lijkt een beetje op intimidatie. Nu wordt het jouw probleem, terwijl hij gelukkig lijkt. Kijk uit Petra, kijk uit dat je niet in zijn valkuil valt."
"Ik ben niet goed in spelletjes, Jolanda. Ik wil gewoon mijn kinderen zien. Jan kan mij gestolen worden. Mijn kinderen doen pijn in het diepste van mijn zijn." Jolanda pakte mijn handen. Ze omsloot ze met haar warme, droge handen en kneep zacht.
"Lieverd, je zult zijn spel moeten leren begrijpen om het tot op zekere hoogte mee te spelen met als enig doel je kinderen te zien."
"Wil jij het mij leren? Ik weet echt niet hoe of wat. Ik ben niet stom, maar in dit soort keiharde spelletjes ben ik gewoon niet goed. Ik wil mijn kinderen weer zien. Ik mis ze." De huistelefoon van Marion ging over. Marion nam hem op.
"Lieverd, ik moet naar mijn werk. Ik zie je snel weer", zei Jolanda. Zij kuste mij op beide wangen en verdween. Ze zwaaide naar Marion die zichzelf in haar handpalm kuste en deze kus naar Jolanda toe blies. ‘Wat een mooie vriendschap', dacht ik toen.

"Dag, Jan Vermeer", hoorde ik Marion zeggen. Ik schrok ongelofelijk. Ze deed haar vinger voor haar mond. Ik moest niets zeggen. Zij zou het verder afhandelen. Ik voelde mij goed, misschien omdat Marion juist dit gesprek overnam.
"Ja Jan, je vrouw logeert bij mij, maar hoe weet je dat eigenlijk?" Marion zette haar huistelefoon op de speaker. Mijn bloed stolde in mijn aderen.
"Ik heb zo mijn wegen. Maar waarom geef jij haar onderdak?"
"Ken ik jou ergens van, Jan?"
"Nee dat niet, maar ik zou graag..." Marion onderbrak hem.
"Ik ben niet zo heel erg nieuwsgierig naar wat jij vindt, Jan Vermeer. Jij bepaalt hier in mijn huis niet zo heel veel. Eigenlijk niets."
"Laat ik het anders stellen: als zij bij jou blijft wonen zal ik er alles aan doen om te voorkomen dat zij de kinderen ziet. Ik weet bepaalde dingen van jou, Marion. Lijkt mij niet zo'n erg vruchtbare omgeving voor mijn kinderen."
"Jan Vermeer, wij spelen dit via onze advocaten en laat de rechter maar beslissen over mijn verleden. Daar heb ik jou helemaal niet voor nodig. Een goede dag nog." Marion hing op.

"Ik breng je in een hartstikke lastig parket. Ik ga, Marion. Ik kan hier echt niet blijven." Ze kwam snel uit de bank en ging op haar knieën voor mij zitten en pakte mijn van de zenuwen nat geworden handen.
"Luister goed, lieverd. Het is een eikel van een vent. Mij dreigen met mijn verleden? Ik zal je direct vertellen waarmee hij dan dreigt. Ik ben sinds twee jaar uit het leven. Met andere woorden: ik ben een duurbetaalde callgirl geweest. Hoe hij het weet, weet ik niet. Maar zijn stellingen zullen het niet houden bij een rechter, ook al omdat ik de meesten van hen ken vanuit mijn nieuwe professie. Ik ben al een jaar maatschappelijk werkster. Ik begeleid heel veel verslaafden. De rechters kennen mij nu in deze hoedanigheid. Ik wil die confrontatie graag aan met Jan Vermeer. Jij ook?" Ze kneep in mijn handen. Haar ogen priemden in die van mij. Ik stikte bijna in al die informatie die over mij uitgestort werd. Ik merkte dat ik helemaal niets gewend was. Waar was ik geweest al die jaren? Onder welke steen had ik gelegen met mijn handen op mijn oren en ogen? Ze vroeg of ik een wit wijntje wilde. Ik wilde een hele fles. Ik dronk mijn eerste glas direct leeg.

"Rustig lieverd", zei Marion troostend. "Probeer helder te blijven. Rationeel, alhoewel ik dat verafschuw. Maar in jouw situatie is het nu even beter."

"Ik wil die wel aan, de confrontatie. Maar ik heb gezien waar hij nu toe in staat is en het spel dat jij nu kan spelen. Ik had nooit verwacht dat hij daartoe in staat zou zijn, Marion. Ik ben bang. Ik wil sturen op behoud, begrijp je mij? Behoud van mijn kinderen. Ik heb het gevoel dat die nu van mij afgenomen worden. En dat verstikt mij. Ik heb moeite met ademhalen als ik daar aan denk, dat ik mijn kinderen niet meer zal zien. Dat hij ze tegen mij opzet, dat ze mij niet meer willen zien." De paniek sloeg in al zijn totaliteit toe.
"Stop, Petra! Stop. Haal niets in je hoofd dat onzinnig is. Hij kan jouw kinderen niet bij jou weghouden. Nooit! Onthoud dat Petra." Ze omhelsde mij. De wijn deed zijn werk nadat ik een tweede glas te snel had opgedronken. Ik rook haar nek. Een heerlijke geur. Ik voelde iets ongeremds in mij opkomen. Ik wilde haar zoenen en voordat ik het besefte deed ik dit ook. Ze stond het toe. Eerst alleen de lippen. Niet lang daarna voelde ik haar tong langzaam rond die van mij tollen. Mijn hart spinde in mijn borstkas. Nog nooit had ik mijn hart zo precies kunnen aanwijzen. Minutenlang zoenden wij elkaar terwijl onze handen over elkaars rug gleden, wild soms. Haar hand gleed over mijn rechterborst, over mijn linkerborst. Mijn handen over haar borsten. Ik wist niet wat ik wilde en dat zorgde ervoor dat ik stopte. Ik begreep niet meer waarmee ik bezig was.

"Sorry, Petra. Ik weet eigenlijk niet...." Ik sloot haar mond met mijn rechterhand.
"Laat maar. Het voelde goed. Het voelde vertrouwd. Het voelde als iets dat ik in een lange tijd niet gevoeld heb", zei ik zacht. Tegelijkertijd woedden er stormen in mijn gevoel en lijf. Het uitte zich als een soort koorts. Ik kon er geen vinger op leggen. Moest ik mij schamen? Ik wilde dat niet, echt niet. Ik wilde mij goed voelen en dit voelde goed.
"Ik weet eigenlijk niet of dit wel een goed moment is, Petra. Voor mij maakt het niet uit. Ik ben biseksueel en helemaal vrij. Jij maakt de moeilijkste tijd van je leven door."
"Ik ben wel vrij en wat ik nog meer ben, weet ik nog niet. Het voelde gewoon goed." Ik voelde mij weer rustig. De paniek die ik eerder voelde was weg. Marion was een geweldig mens. We praatten tot diep in de nacht. Soms lagen we tegen elkaar aan op de bank en zoenden we nog wat. Ik kon bij haar huilen en het leek alsof ik verliefd op haar werd.

"Kan dat?"
"Wat?" zei Marion zacht.
"Nou dat een heterovrouw verliefd wordt op een vrouw?"
"Hetero, lesbienne. Homo, biseksueel het zijn allemaal woorden om mensen met een bepaald gevoel in een hokje te duwen. Wat of wie je bent, bepaal je zelf, iedere dag weer opnieuw."
"Dat zijn sterke woorden."
"Ik vind ze logisch. Wat zijn woorden nu eigenlijk? Ik gebruik ze op momenten zoals nu zo min mogelijk." We vielen op de bank in een diepe slaap.