Scientologie of een lekker wijf

Een religie die het levensverhaal van zijn stichter samenvat zoals Noord-Korea de bovenmenselijke prestaties van Kim Jong-il lichtelijk overdrijft. Dat is Scientologie over L. Ron Hubbard. Briljant padvinder. Een veelvuldig onderscheiden marineman. Oorlogsheld. Sciencefictionschrijver en psycholoog. Ontdekkingsreiziger. Hoogbegaafd. Iemand die zogenaamd wetenschappelijk psychologisch onderzoek naar een theorie over buitenaardse wezens weet te lullen?

Het lijkt goddelijk. Het is waanzin. Het is Scientologie.

De Scientologie Church. Als ongelovige kun je altijd bezwaren verzinnen tegen een religie, maar deze club spant de kroon. Deze kerk heeft de opzet van een multinational en is bewust bezig met het financieel uitkleden van zijn leden.
Als je bij een sjoelclub gaat wil je ook graag steeds verder komen. Bij de sjoelclub kom je een heel eind door gewoon goed te oefenen. Bij de Scientologie Church moet je duizenden euro’s lappen om steeds weer een stapje hoger in de club te komen. Maar om alles nog een graadje lastiger te maken, word je ook nog eens steeds verder losgeweekt van niet-gelovigen en draait op een zeker moment je hele leven om de kerk.

Criticasters van Scientologie worden op wel heel vreemde manieren dwars gezeten. Op zowat ieder kritisch artikel volgt per definitie een proces. Op iedere publicatie van hun teksten volgt een proces, omdat ze de rechten van hun geschriften meteen vastleggen. Als reporters met cameraploegen op zoek gaan naar criticasters van de Scientologie Church, worden ze gevolgd door cameralieden van de kerk zelf en duiken er steeds weer dezelfde auto’s en gezichten op van mensen die hen lijken te volgen.
Verder wordt van iedere verslaggever die kritisch schrijft over de kerk het doopceel gelicht. Iedere misstap van die verslaggever wordt in een stuk vastgelegd en gepubliceerd. Als ze niets kunnen vinden, verzinnen ze het wel.

O ja! De intergalactische heerser Xenu! Deze schavuit pleurde volgens Hubbard een zooitje buitenaardse wezens in een paar aardse vulkanen, waarna de resten van deze wezens in mensen voort zouden leven. Of zoiets. Vaag verhaal. Tegenwoordig wordt die theorie publiekelijk een beetje ontkent, omdat hun persafdelingen ook wel snappen dat dit soort dement geneuzel niet erg serieus overkomt.
Maar ja. Dat is zo’n beetje hetzelfde als christenen, die dat gedoe met wandelen over water een tikje overdreven vinden of moslims die besluiten dat Mohammed ook wel eens een eigen draai aan zijn boodschappen gaf.
Je draait je geloofwaardigheid ernstig de nek om, als je publiekelijk de basis van je geloof ontkent. Of in ieder geval van tijd tot tijd de basis verschuift, als dit qua pr beter uitkomt.

Geen zinnig mens trapt hier in zou je zeggen. Toch doen hele volksstammen dit wel. En echt niet de domste mensen. Je zou dus kunnen stellen dat het verhaal voor veel mensen prima werkt. Zoals de verkooppraatjes van Dirk Scheringa en de DSB Bank ook prima werkten. Zoals de theorieën van hypotheekverstrekkers, die beweerden dat een stapel stenen als vanzelf in waarde zou verdubbelen als je er extra geld op leende. Zelfs als iedere logica en ieder greintje gezond verstand het tegendeel laten zien, zijn mensen in staat om goede marketing te slikken.

Religie is gewoon een kwestie van goede marketing. Als het verhaal goed genoeg is, kun je er iemands waarheid van maken. Daar kun je met een ander marketingpraatje weinig aan veranderen. Je kunt een moslim niet bekeren door simpel te stellen dat Christus de verlosser is. Je kunt een christen niet op andere gedachten brengen door te zeggen dat Jezus enkel een profeet was. En een volger van de Scientologie Church breng je niet op andere gedachten door Hubbard een demente ouwe gek te noemen.

Ik geloof echt helemaal niets. Ik noem mezelf niet eens atheïst. Zelfs een atheïst moet voor zichzelf blijven bewijzen dat god niet bestaat. En zelfs een atheïst gaat twijfelen als hij op een zeker moment de mooiste vrouw ter wereld in de ogen kijkt en zij met de mooiste glimlach ter wereld naar hem lacht.

Mijn manier is een stuk minder vermoeiend. Marketing doe ik al voor mijn beroep, dus daar trap ik niet meer in. Zwaar gelovig word ik pas weer als een mooie meid naar me lacht.