Hang ze op (?)

'Toe maar, Mohamed. Haal maar uit. Ik hou hem wel vast. Neem je wraak maar, je hebt er recht op. Of wil je hem liever eerst ophangen? Je zegt het maar. Ik sta achter je. Ga maar los op hem. En op alle anderen die hier een aandeel in hebben.'
'Ik wil hem geen pijn doen.'
'Maar hij heeft jou ook veel pijn gedaan. Je lag in coma door deze gast.'

Kwaad met kwaad vergelden, is nooit de juiste oplossing. Iets in die strekking heeft mijn moeder me, met de Bijbel in de hand, vroeger altijd geleerd, maar zo nu en dan lijkt het me toch meer dan terecht. Gister las ik een bericht over een knaapje van acht, Mohamed Hussein, die met de kraag van zijn shirt een meter boven de grond aan een haak in een toilet werd gehangen. Verschillende bronnen zeggen dat deze actie een gruwelijke climax is van langdurige pesterijen. Al is dit nog niet officieel bevestigd, ik kan me het volledig voorstellen. Toen Mohamed gevonden werd, hing hij bewusteloos aan de haak. Acht jaar, Mohamed is acht jaar. Als gevolg van zijn ophanging lag hij enkele dagen in coma. Hij is nu ontwaakt en lijkt te herstellen, maar tot op heden heeft hij nog niet kunnen spreken over de toedracht van deze marteling en wie zich hieraan schuldig heeft/hebben gemaakt. Wat wel duidelijk is, is dat het zeker geen ongeluk is geweest en dat Mohamed bewust is opgehangen. De politie sluit niets uit, wat dat ook mag betekenen.
Geen kwaad met kwaad vergelden? Mijn reet. Als deze Mohamed zin heeft in een sadistische vergeldingsactie, dan sta ik aan zijn kant. Als hij een hulpje nodig heeft, sta ik voor hem klaar. Maakt mij dat geen haar beter dan die pestkoppen? Misschien niet, maar het moet verdomme eens afgelopen zijn.

Ik ben vroeger nooit gepest. Niet dat ik altijd tot de populairste kinderen in de klas behoorde, ik zat meer in het gebied daartussenin. Tussen de gepesten en de stoeren. Kinderen uit dat schemergebied zijn niet interessant om te pesten. Ik héb wel gepest. Niet eens echt bewust eigenlijk. Er was een jongen met flaporen. Daar heb ik een eindeloze reeks slechte grappen over gemaakt, meer dan eens recht in zijn gezicht. Dat deed ik samen met twee klasgenoten. Grappig, vonden we. Meestal. Ik dacht dat hij het ook niet zo erg vond, vaak zelfs wel leuk. Hij maakte zelf ook wel eens grappen over die oren. Tot we op een dag bij de conrector moesten komen die ons vertelde dat de betreffende jongen mogelijk bleef zitten, omdat hij zich zo gepest en ongelukkig voelde.

Ik ben niet naïef, ik denk niet dat het mogelijk is een einde te maken aan pesten, al is het streven nobel. Veel kinderen zijn zich soms niet bewust van hun gepest. Of misschien willen ze het niet weten. Als ik vroeger wat langer had nagedacht, had ik waarschijnlijk al die zogenaamde grappen niet gemaakt. Maar in het geval van deze Mohamed Hussein is er mijlenver over een grens gegaan. Ik heb geen gewelddadig karakter, ik ben niet wraakzuchtig, maar wanneer ik zulke berichten lees, dan bekruipt mij toch het gevoel dat ik dergelijke pestkoppen graag eens met hun eigen middelen een lesje zou willen leren.

Het cursiefje waar ik deze column mee begon, was het eerste wat me te binnenschoot toen ik na begon te denken over dit stuk. Gun het Mohamed om zijn pesters en bijna moordenaars eens stevig af te rossen. Gun het hem om de pesters eens een tijdje aan zo'n haak te laten bungelen. Maar dat is te gemakkelijk, te emotioneel gedacht en daar wordt uiteindelijk niemand beter van.
Hoe pak je dit nu aan? Wat doe je om dit soort extreme gevallen zo veel mogelijk te voorkomen? Ik weet het echt niet. Je kunt en moet de daders stevig straffen, maar ben je daarmee volgende gevallen voor? Ik heb geen idee. U?