SALE: de VVD (op zondag gesloten)

Het is zaterdagavond, het is 23 uur.  Mijn column is geplaatst, de werkweek zit erop. Vanavond gaat dat gevierd worden. Dat kan, want morgen is het zondag. Morgen ben ik vrij. Zondag is de wekelijkse dag van de vrijheid, waarop ik uit kan rusten van de werkweek. Want na een week vol werk, heb ik rust nodig.
Maar ik heb ook een nieuwe broek nodig.

Gelukkig had de VVD vóór de landelijke verkiezingen van vorig jaar de oplossing voor mijn wekelijkse dilemma groot op de verkiezingsposters staan: ‘Shoppen is ook zondagsrust’. Ik was het niet per se eens met de leus, en de VVD heeft dan ook niet mijn stem gekregen, alleen al omdat het mij leek dat ‘de economie’ na het wereldwijd falen van de marktwerking juist wel even wat mínder ‘VVD kon gebruiken’. Maar mij werd zo wel duidelijk dat er mensen zijn voor wie shoppen ook een vorm van zondagsrust is. Toch gunt lang niet iedereen deze mensen hun vorm van zondagsrust. Want koopzondagen gaan in tegen het romantische idee van een eenentwintigste eeuw met allemaal kleine winkeltjes, ook al koopt niemand daar zelf ooit nog iets omdat die grote boze supermarkten toch wel handiger en zelfs goedkoper zijn. En er heerst in Nederland het burgerlijke idee dat een dagje genieten van de rust een goed moet zijn voor iedereen. Voor iedereen, dus ook voor die mensen die op zondag willen werken en die op zondag willen consumeren. Dat weten ze zelf alleen niet. Maar de VVD wist wel beter. Als de VVD zou gaan regeren, dan zouden de winkels voortaan open mogen zijn op alle dagen van de week. Dus ook op zondag.

En toen won de VVD de verkiezingen en begonnen de onderhandelingen met partijen die anders over zaken dachten. Liberale standpunten moesten worden verenigd met achterhaalde plattelandswaarden van het CDA en met hedendaagse plattelandswaanbeelden van de PVV. Het resultaat is bekend en met dat resultaat, waarmee rechts Nederland zijn vingers aflikt, veeg ik mijn reet af. Maar ik snap dat in een democratie voor mij - als individu en momenteel op veel punten als minderheid - niet altijd alles kan gaan zoals ik het wil. Bezuinigingen op cultuur, ik wil het liever niet. Bezuinigingen op het onderwijs, nee dank je. Deze bezuinigingen gebruiken om een paar vliegtuigjes van te kopen, we kennen de ontevredenheid van de oppositie inmiddels wel. Een grote minderheid is het niet met de plannen van de regering eens, maar het collectieve geld moet nu eenmaal verdeeld worden en dat kan nooit op een manier waar wij het allemaal mee eens zijn. Dat snap ik.
Ik snap ook dat de drie partijen die dit regeerakkoord - dit flutstuk van het slechtste kabinet ooit – hebben gecreëerd, weinig vertrouwen hebben in de stabiliteit van hun samenwerking. Maar wat ik niet begrijp, is dat de VVD zo gemakkelijk één van haar belangrijkste verkiezingsstandpunten inruilt voor een klein beetje extra steun van de SGP.

De SGP heeft als hoogste prioriteit gesteld, dat ruim zestien miljoen mensen elkaars normen en waarden moeten respecteren en uitdragen, zolang dit maar de christelijke normen en waarden zijn. Blijkbaar staat er ergens in een boek dat zij goed vinden, dat mensen op zondag moeten rusten. En dat shoppen geen rusten is. Aan mensen die dat boek helemaal niet zo goed vinden, of die het niet eens kennen, heeft de SGP geen boodschap. Die moeten zich maar aanpassen aan wat de SGP wil.
Dat ik mij niet graag aanpas aan wat de SGP wil, was mij al heel vroeg duidelijk. Dat was mij al duidelijk toen ik er op mijn achtste alles aan deed om onder de sporadisch door mijn ouders verplicht gestelde kerkelijke bezoeken uit te komen. Als mijn ouders op zondag iets te netjes aan het ontbijt zaten, als ik de kerkklokken door mijn merg en been kon horen luiden, dan wist ik al hoe laat het was: het einde der tijden, voor een uurtje of twee. Op een houten bank tussen gerimpelde oude mensen moeten luisteren naar verhalen die ik niet wilde kennen, en naar oorverdovend gezang dat ik niet eens kon verstaan. Er was voor mij geen rustelozer denkbare dag in de week dan een zondag in de kerk. Dus op die zondagen waarop de kerk dreigde, deed ik er alles aan om niet mee te hoeven. Ik verstopte mij voor mijn ouders in de kleinste ruimtes in huis, ik dreigde van huis weg te lopen en soms deed ik dat ook echt. Ik ben in die jaren nooit schoolziek geweest omdat ik al mijn krediet opspaarde om een zondag kerkziek te kunnen zijn. Kortjakje heb ik nooit kunnen begrijpen.
Gelukkig vonden mijn ouders mij enkele jaren later oud genoeg om mij de vrijheid te gunnen om zelf te bepalen of ik volgens de normen en waarden van de kerk wilde leven of niet. Helaas vindt onze volksvertegenwoordiging het volk nog niet rijp om diezelfde keuze te maken. De SGP wilde het kabinet best nog twee extra zetels aan steun geven, als de winkels in Nederland maar weer wat vaker dichtgaan in plaats van vaker open, zoals de VVD wilde. Maar blijkbaar waren die twee extra zetels de VVD meer waard dan al die koopzondagen. De VVD heeft deze regeerperiode haar boodschap al gedaan.
Nu heb ik nog het geluk dat ik in Amsterdam woon. Als een gemeente kan aantonen dat ze toeristisch is, dan mogen de winkels op zondag wel open. Dan is de zondagsrust geen issue meer, ook niet voor de inwoners van die gemeenten. Die logica heeft met geld te maken en die logica ontgaat mij volledig vanuit het christelijk perspectief, maar soit. Amsterdam blijft ook na de strenge schifting van het kabinet gevrijwaard van de terreur van de wil van de christenen en conservatieven en zo kan ik, als progressieve atheïst, mijn broek alsnog kopen op de dag die ik wil in de stad waar ik woon, dankzij mensen die hier niet wonen. Maar in veel andere gemeenten in Nederland is dit niet meer mogelijk. Want daar wil het kabinet dat iedereen geniet van zijn zondagsrust.

Soms ben ik op een zondag in zo’n gemeente waar iedereen van zijn zondagsrust moet genieten. En als ik daar dan toch ben, dan geniet ik graag mee. Zo heel gek is een dagje rust nu ook weer niet. Dus als ik dan in zo’n gemeente ben, dan ga ik naar de winkelstraat, waar de winkels heerlijk rustig dicht zijn. Geen rennende kinderen over straat, geen volgeladen winkeltassen die tegen je aan  stoten, geen verleidende geur van een HEMA-worst waar je uiteindelijk alleen maar misselijk van wordt. Geen drukte, geen geluiden, helemaal niets, helemaal niemand.
Helemaal niemand. Op een zondag waarop de winkels dicht zijn, is er in het gebied waar die winkels zich bevinden echt hélemaal niemand. Het is er volledig uitgestorven. Want iedereen die zondagsrust wil, zit rustig thuis achter de bloemen, of bij familie met een koekje, of in de kerk met een boek. En iedereen die in de winkels zou willen zijn, mag dat niet van de mensen die zondagsrust willen.
Het terugdringen van de koopzondagen is het meest egoïstische besluit dat een regering maar kan nemen. Winkels mogen niet open, omdat de mensen die niet naar die winkels willen gaan, ook niet willen dat andere mensen dat wél doen. Terwijl die mensen die niet naar die winkels willen gaan er geen enkele last van zouden hebben wanneer anderen dit wél zouden doen. Sterker nog, ze zouden het niet eens wéten. Ze zitten toch de hele zondag thuis.
Theater, kunst en overige cultuur: dat kostte het deel van de bevolking dat er geen gebruik van maakte tenminste nog een kruimeltje collectief geld. Shoppen op zondag kostte ze helemaal niets, behalve dan die twee zetels gedoogsteun van de SGP. Het maakt shoppen op zondag de grootste linkse hobby van allemaal.

Het is zaterdagavond, het is 23 uur. Mijn column is geplaatst, over een uurtje is het zondag. En dan heeft iedereen alle tijd in de wereld om mijn column eens in alle rust te lezen en te overwegen. Met dank aan de uitverkoop van de VVD.