Zelf een dier slachten

Kookcursussen waren er altijd al bij de vleet, maar als ik helemaal zelf in de hand wil houden wat er uiteindelijk op mijn bord komt te liggen, dan kan ik tegenwoordig een cursus slachten volgen. Voordat mijn biefstukje in zo'n schuimachtig bakje met cellofaan eromheen in de koeling van Albert Heijn ligt, gebeuren de interessantste dingen. Zonde om dat stukje culinair genot te laten liggen. Ik weet natuurlijk wel ongeveer wat er gebeurt. Zo'n biefstukje moet eerst uit een dood dier gesneden worden. En dat dier is bij de aanvang van het slachten nog springlevend. Je moet het eerst zelf doodmaken.

Ik wil best geloven dat die cursus gezellig kan worden, zodra een dood dier in een zodanige staat van onttakeling is verzeild dat het een beetje begint te lijken op een smakelijke uitstalling van vleesproducten. Maar ik maak me een beetje zorgen over het moment dat ik oog in oog zal staan met mijn toekomstige slachtoffer. Ben ik rücksichtslos genoeg om het vonnis te voltrekken? Het door de mens toebedeelde levenslot van het beest mag dan wel zijn dat het opgegeten wordt, maar vooralsnog is die koe, dat schaap of die kip een levend wezen in optima forma, met dezelfde instinctieve drang om dat te blijven als ik. Zelfs uit hetzelfde hout gesneden als ik, ingenieus opgebouwd uit bouwstoffen die identiek zijn aan de mijne. Als de rollen omgedraaid waren zou een biefstukje uit mijn lichaam nauwelijks te onderscheiden zijn van het zijne dat straks op mijn bord ligt. Slechts omdat hij de pech heeft tot een andere diersoort te behoren dan de mijne, treft hem het lot door mij en mijn soortgenoten als consumptieartikel beschouwd te worden.

Oogcontact betekent onvermijdelijk dat ik me even in hem verplaats, kan ik dat aan? Hoe kan ik zonder mijn vastberadenheid te verliezen het besef tot me laten doordringen dat het schepsel dat geacht wordt over een paar tellen nog naschokkend leeg te bloeden, sterk aan mij verwant is? Zou er in zijn ogen te lezen zijn dat hij zijn lot al kent, dat hij in mij zijn beul weet? Of is het voor de nog enkele ogenblikken als levend wezen functionerende toekomstige ingrediënten van mijn maaltijd, een troost dat zij met onbevlekt blazoen heen zullen gaan, maar dat ik op het punt sta me te verlagen tot het plegen van een moord? 'Morituri te salutant, zij die gaan sterven, groeten u' zeiden de Romeinse gladiatoren tegen Caesar, op het moment dat ze hun door hem bevolen brute dood tegemoet gingen. Zou mijn kakelverse voorraad broodbeleg, gehaktballen, leverworst, koteletten en pekelvlees in aanleg ook zo vergevingsgezind zijn?

Nee, op het moment suprême zou ik het laten afweten, het zou zijn alsof ik een weerloos kind van de hoogste verdieping naar beneden gooide. Minder fijngevoelige types zat die zich zonder scrupules van die gruweltaak zullen kwijten. Hypocriet? Ja, helaas. Ik wil eigenlijk niet weten dat ik deel uitmaak van dat meedogenloze systeem waarin het enige recht het recht van de sterkste is. De natuur. Nog een geluk bij een ongeluk dat ik bij de allersterksten hoor, de soort die alles eet. De mens. Anders was ik zelf voer. Paarlen voor de zwijnen.