De echte enge Sint en de rituelen

Sint is beslist een enge film
Die doodskop maakt de kleintjes bang
Maar dat is eigenlijk niet vreemd
Want eng is Sinterklaas al lang

Hij was de God van ’t dodenrijk
En heette toen niet Sinterklaas
Maar Wodan en zijn paard Sleipnir
Hij had ook toen veel wild geraas

Hij smeet met bliksems in het rond
En was je destijds stout geweest
Werd je door zombies opgepakt
En flink genomen door een geest

Twee klokkenluiders had hij ook
Het waren raven, zwart als roet
Zij wisten alles van de mens
Hun ogen waren rood als bloed

Wodan had ook een witte baard
Een lange mantel en een staf
En als je hem geen offers bracht
Dan kreeg je echt een flinke straf

Maar schonk je hem je halve oogst
Dan was hij je steeds welgezind
Wat dat betreft leek hij dus wel
Op onze lieve, oude Sint

Hij schonk dan licht en vruchtbaarheid
Geen Playmobiel, DS of Wii
Gelukkig kreeg toen nog geen kind
Die kut-cd'tjes van K3

Een stoomboot was er toen nog niet
Maar Wodan had daar toch niets aan
Hij kwam vanuit het godenrijk
Zo’n bootreis kon hij overslaan

Hij kwam op Sleipnir door de lucht
En daalde door de schoorsteen af
Daar lag veel lekkers uitgestald
Hij kwam er nooit bekaaid vanaf

Maar ja, aan alles komt een eind
Want ook al was hij nog zo gul
Hij werd na eeuwen ingeruild
Voor weer zo’n ouwe, witte lul

Het was de bisschop Nicolaas
Die stiekem in een donkere nacht
Drie meisjes heel veel muntjes schonk
En er niet eentje heeft verkracht

Als bruidsschat was dat geld bedoeld
Geschonken door die ouwe plurk
Ze kregen mannen bij de vleet
En alle drie een mooie jurk

Hij deed veel goeds, die Byzantijn
Voor schoorsteenveger, maagd en kind
Daar werd hij heilig door verklaard
Van toen af was hij dus de Sint

Maar op een dag is hij verhuisd
Hij was toen eigenlijk al een lijk
Hij kreeg een plekje voor zichzelf
In ’t hele grote Spaanse rijk

Nu spookt hij jaarlijks bij ons rond
De Sint, die over daken rijdt
De rituelen zijn er nog
Maar aangepast aan onze tijd

Zijn helper is nu zwartepiet
Zijn kennis haalt hij uit een boek
De oogst werd suikergoed en peen
In ruil voor speculaas en koek

Zijn bliksem werd gewoon een staf
Zijn straffen werden heel erg mild
Zijn harde roe en grote zak
Zijn zelfs bij velen zeer gewild

Maar één ding is nog steeds als toen
Dat geldt voor klein en ook voor groot
Je krijgt, als je geen offers brengt
Beslist geen ene pepernoot