Ik ben geen schrijver

In Amsterdam wonen alleen maar schrijvers. Tenminste, als je de verhalen op het terras mag geloven. Iedereen is bezig om een boek uit te brengen en de nieuwe Mulisch, Anne Frank of Giphart te worden. De één schrijft poëzie op basis van de Japanse haiku, vermengd met middeleeuwse bloemlezingen op een bedje van dadaïstisch neorealisme. Een ander verhaalt over de alledaagse belevenissen in het hok van cavia Vlekje. Geen van deze schrijvers heeft daadwerkelijk een boek uitgegeven, maar dat komt nog. Want met de mogelijkheden van nu heeft iedereen een eigen boek in handen voor je  ‘Boekenwekengeschenk’ kan zeggen.

Vroeger bestond er een schildersetrage met nummertjes en de leus “iedereen kan schilderen”. Tegenwoordig neem je iets wits voor je onder het motto “iedereen kan schrijven”. Iedereen heeft zelfs de mogelijkheid om een geliefd en gelezen schrijver te worden, al hangt dat wel enigszins af van het lezerspubliek dat wordt gekozen. De meest onderschatte schrijvers ontstaan immers vanuit de blogs op social media sites, waar zij door al hun naaste vrienden en familie bejubeld worden om hun kunstzinnige vorm en inhoud. Deze fijnzinnige culturele types zijn herkenbaar aan hun zeer creatieve taalgebruik. Hun omgang met nieuwe variaties van d’s, t’s, apostroffen, spaties en uitroeptekens is zeer bijzonder. Maar noem zo’n taalbarbaar niet bij de naam. “Het gaat toch om de inhoud”, en “je begrijpt mij gewoon niet” zijn een paar uitingen van deze wonderkinderen.

Wonderlijk genoeg bestaan er ook schrijvers die daadwerkelijk een boek hebben uitgebracht. Als ik dat hoor, val ik niet meer op mijn knieën van bewondering, maar vraag achterdochtig waar het boek dan wel is uitgebracht. Bij het toverwoord “Free Musketeers” zakken mijn wenkbrauwen af tot een verveeld streepje. “Maar het kost veel doorzettingsvermogen om een verhaaltje van meer dan twintig pagina’s in elkaar te flansen”, weegt niet op tegen het drukmechanisme van deze printing-on-demand internetuitgevertjes. Zolang in de missie staat dat ze talentloze schrijvers welkom heten en het erop neerkomt dat ze alles uitgeven waarin niet wordt opgeroepen tot haat en discriminatie, is er geen sprake van een schrijversprofessie. Een boek drukt dan slechts de zielige zelfgenoegzaamheid van zijn auteur uit.

Het concept TenPages vraagt wel enigszins talent van de aankomende schrijver. Daar plaatst een aanstaand schrijver de eerste pagina’s van het boek. Hij stalkt vervolgens al zijn kennissen, vrienden en familie om aandelen te kopen voor vijf euro per stuk. Als er binnen vier maanden 2000 aandelen zijn verkocht, wordt het boek daadwerkelijk uitgebracht. Ik hoop wel dat er van dat geld ook nog een professionele redacteur wordt betaald, want ik heb nog geen foutloze eerste pagina gevonden. Laat staan tien. Toch is dit een uitgeefmethode waar ik wel respect voor heb. Wie bij TenPages een boek uit kan brengen, moet gelijk een vast contract krijgen. Maar dan wel op de marketingafdeling.

Er zijn ook zoveel boeken op de markt. Als fervent lezer kan ik nauwelijks kiezen tussen al dat aanbod. Er is geen onderwerp dat onbeschreven blijft en al had ik al mijn tijd sinds mijn eerste boekje besteed aan lezen, dan nog kom ik niet toe aan alle Nederlandse literatuur. Iedereen wil schrijven in een markt waar een enorm overschot is. Geld verdienen doe je als auteur dus niet met het schrijven van boeken, maar met handleidingen hoe je teksten schrijft. Het boek Zelf Schrijver Worden kreeg ik laatst van een goede vriend, die zelf ook aankomend schrijver is. Het verdween tussen Professioneel Communiceren, Handboek Stijl, het Groene Boekje, het Witte Boekje en mijn grote vriend de Dikke van Dale.

En ik? Ik ben geen schrijver. Ik ben ook geen columnist. Ik ben iemand die het leuk vind om stukjes te schrijven in vrijwel foutloos Nederlands. Toevallig wordt het ook nog door anderen aangeklikt. Uit sommige reacties blijkt zelfs dat het af en toe gelezen wordt door mensen die niet mijn moeder zijn. Maar van mijn hand komt geen boek. Mijn leven is al beschreven in talloze boeken, zo vaak herken ik mij in personages en situaties. Het is niet mijn ambitie om schrijver te worden, maar hé, het zou toch leuk zijn om mijn eigen bundel columns in een winkel te zien liggen en te zeggen: dat boek is van mij. Ik heb het geschreven. Maar het woord 'schrijver' laat ik over aan de mensen die op basis van hun talent zijn geselecteerd om een boek uit te brengen. Want alleen dan verdien je die titel.