(Positieve) Discriminatie

Dertig procent van de functies in het midden- en hoger kader bij de Deutsche Telekom moet eind 2015 worden vervuld door vrouwen. Dit is een zaak van maatschappelijke eerlijkheid en een categorische noodzaak voor succes. Dat zeg ik niet, dat zegt René Obermann, topman bij dat bedrijf. Waarom zouden ze dat willen? Niet alleen zij, meerdere bedrijven en instellingen (meestal overheid) willen dat. Als het geen vrouwen zijn dan gaat het wel om allochtonen, gehandicapten of wat voor minderheid dan ook. Positieve discriminatie, zo noemen ze dat.

Van huis uit heb ik geleerd dat discriminatie verkeerd is, welke vorm van discriminatie dan ook. Positieve discriminatie werd vroeger voortrekken genoemd, maar kennelijk heeft dat een verkeerde klank. Het bekt niet lekker, het is niet 'te verkopen'. Er zijn in de top van het bedrijfsleven best wel vrouwen te vinden die op eigen kracht die top hebben weten te bereiken. Sylvia Tòth is een heel bekende, net als Nina Brink. Nog een bekende en één waar ik veel respect voor heb gekregen: Neelie Kroes.

Vrouwen die de top hebben bereikt. Niet vanwege positieve discriminatie, maar omdat ze dat wilden en konden. Omdat ze die drang hebben, dezelfde drang die bij mannen kennelijk als normaal wordt ervaren. Als vrouwen dit doen dan ziet men het helaas al gauw als bijzonder. Keihard werken om er te komen en iets te bereiken. Niet omdat het moet, maar omdat ze het willen. Dat er weinig vrouwen in de top van het bedrijfsleven zitten, komt niet omdat ze dat niet mogen, maar omdat ze dat niet willen. Er bestaat in Nederland geen wet die vrouwen verbiedt hogerop te komen. En de grote bedrijven in de wereld zijn ook niet dom. Als een vrouw de kwaliteiten heeft om hun bedrijf naar grote hoogten te leiden, dan zullen ze dat heus niet tegenhouden. Maar de vrouwen willen niet.

En dat kan ik me best voorstellen, want ik zou het ook niet willen, werkweken van zestig of zeventig uur. Ik ben van mening dat je moet werken om te leven, niet leven om te werken. Tegelijkertijd kan ik het me voorstellen dat er mensen zijn die het heerlijk vinden om te werken, te ondernemen. Als voorbeeld daarvan zie ik altijd Joop van den Ende voor me. Die man straalt uit dat hij gewoonweg moet werken om gelukkig te zijn. Maar voor anderen is dat te veel, of te veel geworden, zoals wouter Bos, die moet er ook niets meer van hebben, of Camiel Eurlings. Die hebben het wel gehad en kiezen voor een bestaan waarin ze meer tijd hebben voor hun gezin. Dat is iets waar beroepsazijnpisster en voorvechtster van positieve discriminatie (en mannenhaatster) Cisca Dresselhuys jaren voor gestreden heeft. En dan is het zover, gelooft ze de motieven van Wouter Bos weer niet.

De vraag is waarom positieve discriminatie nodig is. Een veelgegeven antwoord is dan, omdat het anders niet gebeurt. Mijn reactie daarop is vaak, dan zal er ook wel geen behoefte aan zijn. Sterker nog, het is juist enorm denigrerend tegenover vrouwen. Alsof ze anders niet in staat zijn om op eigen kracht de top te halen. 'Laten we ze maar helpen, anders wordt het nooit wat met ze.' De vraag is zelfs, of het wel goed is, mensen in een positie plaatsen die ze eigenlijk niet willen. Als je zelf de ambitie hebt om een topfunctie te bekleden, prima. Dan heb je de drive en instelling die nodig is om te doen, wat je ervoor moet doen. Heb je dat niet, maar moet je het doen omdat het nu eenmaal de 'policy' is, dan gaat het niet goed.

Dan zal dat in de meeste gevallen slecht zijn voor de persoon die het doen moet, vanwege de stress. De stress om iets te moeten doen wat van oorsprong niet in je zit en de stress door de angst om niet te voldoen aan de verwachtingen. Ook bestaat de niet ondenkbare mogelijkheid dat het voor het bedrijf slecht is. Leiding geven en een visie hebben en kunnen overbrengen, is niet iets wat iedereen kan. In het gegeven voorbeeld gaat het over vrouwen, maar het geldt natuurlijk voor alle vormen van positieve discriminatie. Iemand op een plek zetten waar hij of zij niet hoort, alleen om het feit dat men vindt dat er meer mensen van een bepaald geslacht, ras, levensovertuiging of wat dan ook in een bepaalde functie moet zitten, zal zelden positief werken.

Een andere vorm van "positieve" discriminatie kwam maandag in het nieuws toen bekend werd dat Job Cohen van plan is om Ahmed Marcouch te vragen met hem mee te gaan naar Den Haag. Marcouch, in Amsterdam bekend om zijn harde aanpak en zijn confronterende standpunten ten opzichte van de islam, zou niet mee moeten vanwege zijn deskundigheid. Nee, hij zou mee moeten om het imago van Cohen te verbeteren en tegenstanders als Wilders de kans ontnemen om Cohen weg te zetten als 'soft' en 'theedrinkende multicultiknuffelaar'. Het bewijs hiervan is dat Marcouch zijn positie in de Tweede Kamer zou kunnen combineren met een plek in de Amsterdamse raad. Een plek waar hij veel meer oren naar heeft. Alsof beide deeltijdbanen zijn. Als Marcouch hiermee in zou stemmen dan is hij verworden van zelfstandig denkend politicus tot excuus-Marokkaan. En dat allemaal omdat men geen argumenten tegen Wilders heeft. Lekker positief weer. Meer discriminatie eigenlijk.