666(7)

‘Wanneer je denkt dat herhaling de norm is geworden verwacht je zeker geen huilende buurman met brandend rughaar aan je deur’ – Sekhmet

De parkeerplaats van de luchthaven is spekglad. De sneeuw is platgetrapt door de vele reizigers en de strooiwagen is nog maar tot halverwege gekomen. Voorzichtig zet Romi stap voor stap, haar trolleykoffer sleept ze achter zich aan. Een paar meter verderop gaat een man onderuit, zijn tas glijdt onder een geparkeerde auto. Luid vloekend staat hij weer op. Romi staat even stil, nog voorzichtiger dan eerst schuift ze over het witte plakkaat. Ze heeft absoluut geen zin om nu op haar bek te gaan. Dat is een paar dagen geleden al gebeurd.
Hopelijk is het in Afrika warm. Warmte kan ze goed gebruiken.

‘Macht is als schuivende bureautafels. Vooraf lijken de mogelijkheden eindeloos, eenmaal in bezit vallen toch vooral de beperkingen op,’ spreekt Sekhmet.
Hij begrijpt dat. Het gaat niet om de macht, het gaat om de weg er naar toe. De revolutie zal een prachtige weg zijn. Mephisto bewondert de uitspraken van Sekhmet. Niet persé om de literaire kwaliteit, die is niet meer dan gemiddeld, soms zelfs minder. De omgeving biedt echter niet veel beters, waardoor zelfs de middelmaat zal kunnen zegevieren. Dat gebeurt ook, Sekhmet kan het, ze heeft charisma. Mephisto kijkt graag naar haar, de revolutieleidster en haar veel te strakke truitje.
Wat een contrast met de dikke man die naast hem zit. Mephisto ergert zich. Het vet heeft nu wel genoeg aandacht gehad. Het lijkt nog steeds niet te accepteren dat het helemaal niets voorstelt, dat het hier geen rol meer speelt. Het vet faalde en krijgt zijn straf. Gelukkig zijn ze er bijna, het eindstation.

Als het vliegtuig opstijgt, neemt ze afscheid van Nederland. Misschien definitief, het land biedt haar weinig meer. Gelukkig is de wereld groot, ergens zal een plaats voor haar zijn. Romi bestelt een broodje en een koffie bij de steward.
Op het vliegveld werd ze nog gebeld door een vrouw van Vangrail. Of ze deze week langs wilde komen om te praten. Gewoon praten, geen therapie, alleen als ze dat ze zelf zou willen, zo bezweerde de vrouw. Romi was blij dat het vliegtuig al geboekt was. Harry had ook nog gebeld. ‘Ik wil je graag helpen, maar dan moet je dat zelf aangeven.’ Harry kon oprotten. Ze ging niet om hulp smeken, dat had ze niet mee gedaan sinds ze het ouderlijk huis had verlaten.
De enige die ze wel wil spreken, is haar ex. Maar hij had niet gebeld. Haar mobiel staat uit, dat moest van de stewards. Romi houdt het groene knopje ingedrukt, haar telefoon gaat langzaam aan. Geen gemiste oproepen. Het scherm schakelt over naar de stroombesparende stand, maar toch blijft ze er naar kijken. Misschien duurt het gewoon wat langer zo hoog in de lucht, voordat de gemiste oproepen binnenkomen.

De honden lopen steeds langzamer tot ze stilstaan. Ze hoeven niet te hijgen, want ze zijn dood. De wagen is gestopt voor een groot hotel met een witte gevel waarop drie zessen prijken. De Commander voelt dat het afgelopen is, hij heeft verloren. Sekhmet grijpt hem zijn keel en tilt hem uit de wagen. De 160 kilo die hij weegt, lijken haar niet uit te maken. Ze sleept hem het hotel binnen. Overal branden grote vuren. Sekhmet laat hem los en de Commander zakt in elkaar. ‘Hoelang?’ piept hij.
Mephisto kijkt hem aan. ‘In de hel doen we niet aan tijd. Dus reken maar op de eeuwigheid. En hé, zo erg is het ook weer niet in de hel. Weet u waarom er zoveel vuur is in de hel? Omdat de doden het altijd koud hebben. Wat een service! Goed, ziet u nu dat metalen hekje daar, dat hekje waarachter het helemaal zwart is? Loop daar maar doorheen, dat is de poort naar hel.’

Ze loopt de vliegtuigtrap af. De warme lucht overvalt haar. Mooi. Op het vliegveld zal ze worden opgehaald door haar oude schoolvrienden, Michiel en Annet, die haar naar hun villa zullen rijden. Haar mobiel trilt in haar broek. Zenuwachtig grabbelt ze de gsm uit haar zak. Zou het? Een nieuw bericht. ‘ Welkom in Tanzania. Telfort heeft gekozen voor een betrouwbare provider..’ Ze leest niet verder. Voor de tweede keer vandaag belt Romi haar voicemail. Haar maag spant samen als de telefoon verbinding zoekt. Er zijn geen nieuwe berichten. Teleurstelling overvalt haar, ook al had ze dit verwacht. Wat stelt ze zich weer aan. Bij de rolband zoekt ze naar haar koffer.

Mephisto en Sekhmet kijken lachend naar het treurige hoopje vet dat langzaam naar het poortje kruipt. Dan stopt het en begint het wanhopig te bidden. Sekhmet loopt naar voren en geeft het schepsel een trap. Met een schreeuw vol pijn stort het wezen zich in het duister.

‘Romi!’ Ze hoort haar naam. Als ze zich omdraait staat Michiel voor haar. Hij lacht breeduit, maar ze ziet gelijk dat er iets aan de hand is.

Volgende week het laatste deel.