Sla die bal eens in, klootzak!

"Sla die bal eens in, klootzak!"
Ik zag dat de opmerking hem tergde. Hij haatte me er om, even. Maar bij de volgende bal sprong hij twintig centimeter hoger en sloeg stukken harder dan in het eerste gedeelte van de wedstrijd. En scoorde.

Hij keek me vuil aan. Ik grijnsde.
Er ontstond vuur in het team. De agressie spatte er vanaf.
Hij was niet te houden in het laatste stuk. Ik had hem een klootzak genoemd omdat hij niet scoorde. In zijn ogen maakte dat vooral mij een klootzak. Maar hij wist dat ik gelijk had: hij scóórde niet. Uiteindelijk wonnen we de wedstrijd met ruime cijfers. Hij had er een groot aandeel in. Dat ik op hem schold, liet hem beter volleyballen.
Na de wedstrijd dronken we bier, samen. Er werd luidruchtig nagepraat. Niemand had het nog over de krachtterm.

"Kom op meid, scoren!" Ik hoorde het haar tegen een medespeelster zeggen.
Geen krachtterm, niets van dat alles. Het enige eisende aan deze woorden was dat ze gebiedende wijs werden uitgesproken.
De sfeer in het team was kapot. Speelsters keken geïrriteerd naar elkaar gekeken. Geschokt bijna. Ze wonnen uiteindelijk wel, maar dat hadden ze meer aan de tegenstander dan aan zichzelf te danken.
Na de wedstrijd was het stil in de kantine. Er werd wat gedronken, maar een uitbundige stemming door de winstpartij was ver te zoeken.
In kleine groepjes zat het team verspreid in de kantine.
"Ja, ze zei dus tegen mij dat ik ballen moest gaan scoren."
"tsss"
"Alsof zij zelf zo veel ballen scoort, echt belachelijk. Ik vind het zo stom, ik doe toch mijn best?"
"Precies. Twee maanden geleden zei ze ook al zoiets tegen mij."

Als je ook maar iets wilt bereiken in sport moet je aangesproken kunnen worden op acties en prestaties, zeker als je op een redelijk hoog niveau speelt. Mensen mogen eisen stellen aan je prestaties, indien deze binnen jouw mogelijkheden liggen.

Mannen kunnen dit. Dat gaat geregeld lomp, misschien soms lomper dan nodig, maar het heeft effect. En mannen snappen dat het om de sport gaat en dat het niet persoonlijk is bedoeld. Al zullen er vast ook voldoende voorbeelden zijn waarin het andersom is.
Vrouwen zijn hierin echter zijn hier stukken minder bedreven. Hoe vaak zij kritiek persoonlijk interpreteren, dat is niet grappig meer. Alle eisen moeten zo afgewogen gebeuren... Het is zó belangrijk hoe je ze iets tegen ze zegt. En wie iets zegt. En op welk moment. En of de aanspreker niet achteneenhalve maand geleden zelf ook een slechte wedstrijd speelde. En, etc.

Ik ben jaren trainer geweest van een meisjesvolleybalteam. Vrouwenvolleybal is veel technischer dan mannenvolleybal. En ook het teamproces verloopt heel anders dan bij mannen. Ik vond dat geweldig interessant.
Ik zei altijd vrij direct wat ik niet goed vond gaan. Ik geloof dat je heel duidelijk moet maken wat beter kan om er voor te zorgen dat het speelsters het ook echt begrijpen. Dat veroorzaakte nog wel eens een hatelijke blik achter mijn rug om. En ik ben ervan overtuigd dat er in de kleedkamer dingen over mij besproken werden die niet fijn zijn om te horen. Maar ach, het doel heiligt de middelen, zullen we maar zeggen.
Het was grappig, ik heb ‘mijn’ meiden geregeld horen zeggen: “wij spelen mannenvolleybal.”

Uiteindelijk werden ze snel beter. Nu zie ik ze trainen in hogere teams en heerst er vaak echt weer zo’n voorzichtige vrouwencultuur. En de vooruitgang gaat een stuk minder rap.

Dit is uiteraard allemaal enigszins gechargeerd, er zullen vast tientallen voorbeelden bestaan die bovenstaande (deels) ontkrachten, maar ik denk dat wanneer vrouwen echt goed willen worden, ze moeten spelen als mannen!