Legofilie is niet voor meisjes

Een beetje mopperend loop ik door een winkelstraat in Keulen. Alweer winkelen? Bah. Er is toch wel meer te doen hier? Ik zie, hoe verrassend, een H&M, een Mediamarkt, weer een H&M, een C&A, nog een H&M. Dan spot ik in de verte een rood vierkant. Op dat vierkant staat met witte letters 'LEGO'. Hebben die gekke currywurstdraaiers een Legowinkel? Het lijkt er wel op.

Het vierkant heeft een aantrekkingskracht op mij, zoals een woelend muisje in het graan de aandacht van een hongerige kerkuil trekt. Ik voel me een Lamborghinichauffeur op weg naar de Autobahn. Ken je die clip van The Verve? Bittersweet Symphony? Zo loop ik nu door de winkelstraat, maar dan met een bestemming. Mijn ogen houden het rode vierkant in de gaten en alles op de rechte lijn naar mijn eindbestemming moet wijken. Mijn tempo versnelt. Hoeveel Duitsers ik heb laten struikelen weet ik niet. Iemand van de WDR zou mij een microfoon onder de neus gedrukt hebben, waarschijnlijk voor een straatinterviewtje. Tenminste, dat is mij verteld. Ik zou boos 'nein' gezegd hebben en doorgelopen zijn.

Inderdaad, die leute hier hebben een Legowinkel. Een shop exclusief voor Legofielen, zoals ik ooit was. Uiteraard verkoopt de Deense blokjessmelter hier alle bouwpakketten die er op dit moment gemaakt worden. Eén hoek valt op. Linksvoor is de winkel als een soort Jamin ingericht. Tientallen bakken met verschillende blokjes. Je kunt Lego in een bakje scheppen zoals je bij de Jamin een zak met jouw favoriete snoepjes kunt vullen. Lego per kilo, wow! Als ik hier vijftien jaar geleden was en een hond zou zijn, dan kwispelde mijn staart nu in een hoger tempo dan die van Samson toen hij 101 loopse Dalmatiërs zag.

Lego is mijn jeugd.  Ik was burgemeester in mijn stad van blokjes en woonde zelf in het mooiste huis van plastic, tussen de winkels, politiebureaus (ik had één bureau op vier inwoners), benzinestations, brandweerkazernes, racebaan, spoorwegen met station en spaceshuttle-lanceerinstallatie. Ik was fanatiek lid van de Lego-kerk. Mijn bijbel werd één keer per jaar opnieuw uitgebracht: het foldertje met de nieuwe creaties van de Legodesigners. Iedere gulden aan spaargeld werd uitgegeven aan Lego. Verjaardag? Lego. 

Er is één moment geweest waarop ik de Lego-kerk bijna heb afgezworen. Het scheelde niet veel of ik was van mijn geloof gevallen. Ik greep mijn bijbel en ik zag iets waar ik een jeugdtrauma aan heb overgehouden: Lego System Paradise, voor meisjes! Voor méisjes! Kwaad was ik. Lego is voor jongens. Meisjes hebben Barbie. Als een bedreigde SGP-er probeerde ik iedere vrouw uit mijn geloof te weren en nu komt uitgerekend God zelf (want zo beschouwde ik Drs. Andreas Lego, in mijn fantasie waren de blokjes genoemd naar hun uitvinder) met steentjes voor meisjes. Ineens waren er roze blokjes, ieuwk, bah! Op die leeftijd zijn meisjes nog niet interessant maar vies. En wat zou volgen? Barbie voor jongens? Dat was er overigens al: G.I. Joe. Nee, het werd allemaal nog erger. Barbie veroverde Lego met Belville. Dat waren poppen en had niets meer met mijn stad, de piraten, de ruimtevaarders of de ridders te maken. Ik denk dat ik in die periode begon met de bouw van een stadsmuur om mijn Arnocity.

Ik kijk rond in de winkel en fijne jeugdherinneringen komen naar boven. Ik zie geen dozen voor meisjes of roze steentjes, of ben er blind voor. De speelgoed-SGP houdt stand?

Ergens moet ik nog een enorme krat met Legoblokjes hebben liggen, minus de gele, rode, zwarte en witte steentjes. Daar heb ik vorig jaar het logo van Hertog Jan, het mooiste bierlogo van Nederland, van gepuzzeld. Dat komt later in mijn keuken te hangen. Vorig jaar en nu in de winkel voel ik me weer even elf jaar. Ben ik een AFOL (Adult Fan Of Lego)? Misschien een beetje. Jeugdliefdes vergaan nooit.