Duiken is soms dodelijk

Ik las onlangs dat er weer eens een duiker is verdronken. De man was alleen gaan duiken en zodanig in de problemen gekomen, dat hij verdronk.
Dezelfde week zag ik een rapportage in EénVandaag, waarin vermeld werd dat het aantal duikongevallen de laatste jaren schrikbarend is toegenomen.
Ik vind dat niet gek. Ik duik zelf sinds 1997 en heb in al die jaren al veel gekke dingen gezien en meegemaakt. Die man, die onlangs is verdronken, wist heus wel dat je nooit alleen mag duiken, maar deed het toch. Mensen nemen vaak te grote risico’s bij het duiken. En veel duikbasissen in bekende duikoorden doen hetzelfde.

Mijn passie voor het duiken begon toen mijn vrouw en ik een fietstocht door Sulawesi maakten en vijf dagen op een van de Togian eilanden verbleven. Op het eiland Kadidiri logeerden alleen wat rugzaktoeristen en onder hen was een Engels echtpaar dat daar dook. In de wateren bij de Togian eilanden kun je alle koraalsoorten vinden die er bestaan en er is geen massatoerisme zoals in Egypte. Het is dus ook allemaal nog intact. Ik waande me tijdens het snorkelen al in een tropisch aquarium, maar door de verhalen van het echtpaar kreeg ik steeds meer zin in duiken. Dat kon je daar echter niet leren. Het echtpaar had een eigen uitrusting bij zich en dat was maar goed ook, want de uitrusting op de duikbasis was een dodelijke.
Daar begint het al mee: de uitrusting. Daar moet je veel over weten, want dat kan je leven redden.

Ik heb het duiken in Nederland geleerd en dat wil ik ook alle Nederlanders die willen gaan duiken aanbevelen. Ik heb een aantal weken theorielessen gevolgd en heb daarna onder deskundige leiding zes duiken gemaakt in Oostvoorne. Dat hadden wat mij betreft ook de enige duiken in Nederland mogen zijn, maar ik heb me later nog eens laten overhalen voor een duikweekend in Zeeland. Dat was echter meer voor het zuipen en de barbecue dan voor het duiken. Je ziet in Nederland namelijk geen kut onder water. En je ziet zelfs geen kut als er meerdere naakte vrouwen rondzwemmen. Daarom had ik in Nederland tijdens het duiken een onderwaterlamp. Maar dat terzijde.
Als je echter goed wilt leren duiken, dan moet je het gewoon in Nederland leren.

In de rapportage van EénVandaag werd het verhaal verteld van een man die decompressieziekte kreeg. Hij dook die dag twee keer, maar maakte de tweede duik te snel na de eerste duik. Als je dat doet, dan is de stikstof van de eerste duik nog niet uit je lichaam en heb je kans op decompressie. Hij dook bovendien te diep en ging ook door met duiken toen zijn duikcomputer een alarm voor decompressie gaf.
Dan ben je dus gewoon een lul. Maar de instructrice, die de signalen van de computer van die man negeerde en door ging met de duik, moet meteen ontslagen worden. Helaas kon ze niet aansprakelijk worden gesteld voor de lichamelijke schade die de man zijn verdere leven ondervindt van de decompressieziekte. Iedere duiker moet namelijk een verklaring ondertekenen, waarin hij aangeeft dat het duiken voor eigen risico is. Wat mij betreft moet dat veranderen. Als instructeurs aansprakelijk kunnen worden gesteld, dan zal er veel veiliger gedoken worden.
 
Duiken wordt steeds populairder en dat komt omdat het steeds goedkoper wordt. Maar goedkoop is ook in dit geval duurkoop. Je kunt geen goede duikopleiding geven voor weinig geld. Bovendien zijn duikbegeleiders vaak niet geschikt voor hun taak. Bij veel duikbasissen worden de duikers begeleid door ‘instructeurs’ die eigenlijk helemaal geen instructeur zijn, maar gewoon zelf veel ervaring hebben met duiken en heel veel duiken hebben gemaakt. Levensgevaarlijk als je die blindelings volgt.
Je hebt bij het duiken een eigen verantwoordelijkheid en er zijn instructeurs die verantwoordelijk zijn voor de begeleiding van de duik. Maar met zowel met de eigen verantwoordelijkheid als met de verantwoordelijkheid van de instructeurs gaat het vaak mis.

In 1999 heb ik met een groepje duikers een weekje in Hurghada gedoken. We deden twee duiken per dag met voldoende tijd tussen de duiken. Voordat we de duik deden, kregen we een briefing. De derde middag vertelde de instructeur dat de diepte onder de boot vijftien meter was. Mijn buddy en ik dachten dus bij het afdalen dat we gewoon naar de bodem konden zakken. Maar ik zag al vrij snel dat het water nogal donker werd en keek op mijn duikcomputer. Die gaf een diepte van zevenentwintig meter aan. Ik seinde snel mijn buddy dat we rustig schuin omhoog moesten en zo kwamen we bij de beloofde bodem op vijftien meter. Zulke dingen gebeuren razendsnel. Als ik niet op de hoogte was geweest van de kleur van het water bij bepaalde dieptes, hadden we op zeventig meter kunnen uitkomen of nog lager. En dan zouden de poppen aan het dansen zijn geweest. Vanaf die dag vertrouw ik nooit meer zomaar op een instructeur en kijk ik tijdens het afdalen regelmatig op mijn computertje. Zelfs als je vanaf de oppervlakte de bodem al kunt zien.
Instructeurs houden zich ook niet altijd aan de veiligheidslimieten.
Ik heb een Padi Open Water brevet en dat betekent dat ik altijd binnen de decompressielimieten moet duiken. Maar ik ben maar weinig instructeurs tegengekomen die daar op letten. Sterker nog. In Turkije was ik met een vriend aan het duiken die net zijn brevet had. De instructeur had echter nog een paar zeer ervaren duikers met een advanced brevet bij zich. Die mochten dieper dan de voor ons toegestane achttien meter. En dat deden ze dan ook. Maar tot onze ontsteltenis ging de instructeur ook vrolijk mee. Die had bij ons moeten blijven, want een instructeur moet altijd bij de minst ervaren duiker blijven.
Wij hebben ons kunnen redden door richting boot te zwemmen en rustig te stijgen, maar met die instructeur hebben we later wel nog even een vriendelijk woordje gewisseld.
Een vriendin van me vertelde dat ze in Curaçao na een proefduik door een instructeur was meegenomen voor een diepe duik. Ze merkte echter dat ze haar oren niet kon klaren. Je moet je oren klaren door stevig uit te ademen met je mond en neus dicht. Dat is nodig om aan de druk van het water te wennen bij het afdalen. Als je niet kan klaren, dan mag je niet duiken, omdat je anders je oren kunt beschadigen. Zij gaf aan dat ze niet kon klaren, maar de instructeur trok haar gewoon aan haar benen naar beneden. Ze heeft dagen met pijn in haar oren gelopen. Weg met zulke instructeurs.

Maar ook de eigen verantwoordelijkheid is vaak ver te zoeken.
Tijdens de cursus leer je als een van de eerste dingen dat teveel zuipen gevaarlijk is als je gaat duiken, vanwege decompressie. Ik heb nog nooit grotere zuipers meegemaakt als duikers. Bij de groep in Hurghada waren de toenmalige tourmanager van Anouk en twee mannen, die in het bekende Haagse muziekcafé ‘De Paap’ het geluid regelden. Die mensen leefden normaal gesproken ’s nachts en hielden die gewoonte ook in Egypte in stand door tot minstens half vier ’s nachts in een barretje vlakbij het hotel te blijven zuipen. Ik heb het ook een nachtje gedaan, maar de boot vertrok iedere dag om negen uur, dus ik was het al meteen zat. Het is gelukkig de hele duikweek goed gegaan, maar onverantwoordelijk is het natuurlijk wel.

In Maleisië, op het eiland Kapas, is een Nederlandse duikbasis. Als je bij die basis wilt duiken, moet je een medische verklaring overleggen dat je mag duiken. Zij waren de enigen die er om vroegen in al die jaren dat ik nu duik. Als je twee jaar niet hebt gedoken, dan moet je eerst een opfriscursus van ze volgen. Als iedere duikbasis zo zijn verantwoordelijkheid neemt, vinden er beslist minder ongevallen plaats.