Vrouwen zijn onuitstaanbaar

Wanneer een collega afscheid neemt van mijn werkplek, dan wordt hij niet vervangen. Een kwestie van bezuinigen.
Ik werk in de zorg, zolang ik daar werk bezuinigen we al. Wat dat betreft: niets nieuws onder de zon.
Maar langzamerhand beginnen we het echt te voelen: ondertussen moet er meer werk verzet worden, met minder mensen.

Het laatste jaar zijn er nogal wat collega’s vertrokken. Ik weet niet of ik het mag af doen als toeval maar het waren bijna allemaal mánnen die vertrokken.
Het gevolg is dat er nog maar twee andere mannen rond stappen op ons centrum en dat het overgrote deel vrouw is.
En nee, dat is niet de hemel op aarde.

Vorige week hadden we een klein feestje op mijn werk. Ik zat daar met één mannelijke collega en een stuk of vijftien vrouwen.
Het was best gezellig. Het lukte me zelfs om enkele vrouwen te verleiden tot uitspraken waar ze achteraf waarschijnlijk spijt van hadden.
Daar ben ik dol op. Gesprekken voeren met brave vrouwen, die alles via de regeltjes doen en nooit eens uit de ban springen, over neuken en andere zaken welke ze blosjes geeft.

De sfeer was ontspannen. Er werd nauwelijks over werk gepraat. Immers, als je iets moet vermijden op een feestje van het werk is praten over dat werk.
En terwijl ik de groep eens rondkeek en net wilde constateren dat een groot deel van die vrouwen toch wel sympathiek is kwam C. binnen.

C. is ook een collega. Maar al een tijdje niet aan het werk. Ze is een maand geleden bevallen van haar derde kind. Een kolos van een dochter.
C. was niet alleen naar het feestje gekomen. Ze had haar dochter mee genomen.

Zoals gezegd zat ik de groep eens rond te kijken om te gaan concluderen dat ik mijn vrouwelijke collega’s eigenlijk wel geestig vond. Maar die conclusie was ineens uitgesloten.
Er gebeurt iets bij vrouwen wanneer er een kind binnengedragen wordt. En dat komt de vrouw niet ten goede.

Ze schuiven de stoelen iets dichter bij elkaar. Hun stemmen zakken ineens in volume. Het kind wordt uit moeders armen gerukt en rondgegeven. Niets in de wereld is nog interessant.
Ik word daar zó gek van.

Alle aandacht is alleen maar bij het kind. Al zitten ze aan de andere kant van de ruimte. Tepels springen direct in de houding. ‘Kom maar, misschien heb ik nog een drupje melk over. Mijn eigen kind is pas drie jaar van de borst af.’ Ineens begint iedereen te knikken. En ‘hmmm’ te doen.
Dat knikken en hmmm-en, ik zou niet weten waarom ze dat doen.

En ik zit daar tussen. Ik kijk nog steeds rond. Voel me ineens ongelukkig.
Hoe kan ik die vrouwen nog serieus nemen wanneer ze állemaal ineens hun neus in dat kindergezichtje stoppen en belachelijke geluiden beginnen te maken?

Toen C. binnenkwam was ik druk doende een conclusie te trekken.
Ik pak mijn jas en tas. Neem afscheid en ga naar huis.
De conclusie is getrokken: zo nu en dan zijn vrouwen onuitstaanbaar.