Een bijzondere ontmoeting.

Column door Lonaa

Hij deed zijn ogen open en raakte op slag gedeprimeerd door het geluid van de vogels buiten. Het was april, het begon weer warm te worden. Je zou zelfs al kunnen stellen dat de zomer eraan kwam.
Maar Thomas wilde dat allemaal niet zien. Hij had zich inmiddels op zijn rug gedraaid en staarde naar het plafond. Hij voelde de pijn van de lege plek naast hem. Hij probeerde er niet aan te denken maar hij kon de beelden niet tegenhouden.

De eerste keer dat hij Eva zag, de eerste keer dat ze samen de nacht deelden, en daarna de laatste keer dat ze elkaar zagen.
Het was een gewone donderdag geweest, ze waren samen opgestaan, hadden samen hun ontbijt gegeten en zij was weggegaan naar haar werk. Ze was er alleen nooit aangekomen.
Ze had voorrang, dacht hij. Als die vent zich verdomme aan de verkeersregels had gehouden dan...

En nog voordat Thomas opgestaan was barstte hij al in tranen uit. Het mocht dan al 3 jaar geleden zijn, maar hij had het niet achter zich kunnen laten. Dat misschien wel, maar hij was nooit verder gegaan.

Hij stond langzaam op en liep de trap af de keuken in. Hij begon koffie te zetten. Hij pakte 2 suikerklontjes en deed dat in een kopje. Hij had alleen suiker, Eva had altijd melk in haar koffie gedaan.
Met een kop koffie, een sigaret en de krant ging hij aan tafel zitten.

Zonder te kijken bladerde hij de krant door. Zijn gedachten dwaalde af. “Waarom?”, dacht hij, “ik had oud willen worden met haar, kinderen willen krijgen. Waarom was dit nou nodig?”
Hij sloeg de bladzijde om. Hij kwam bij het regionale nieuws. Er stond een grote foto van een oud echtpaar, armen om elkaar heen, en allebei nog steeds gelukkig. “Gouden Bruiloft!” stond erboven.
Het stak Thomas recht in zijn hart, en hij had al helemaal geen zin om het stukje eronder te lezen. Sterker nog, al het plezier van de dag was weggestroomd, als dat er al was geweest.

Hij sloeg de krant dicht en gooide hem naar de andere kant van de tafel. Moeizaam stond hij op, pakte zijn jas en sloot de voordeur af.
Hij zou naar het graf van Eva gaan, misschien dat hem dat goed zou doen. Om bij de begraafplaats te komen moest hij het park door.
Het was een mooi park, met grote bomen, veel gras, een vijver en tal van bankjes om op te zitten.
Thomas besloot eerst nog maar even op het bankje te gaan zitten. Hij koos een bankje uit waar hij met zijn gezicht naar de zon kon zitten. Het liep inmiddels tegen het middaguur en het was best lekker buiten.
Thomas keek om zich heen maar zag niet zoveel. Hij was diep in gedachten.

“Hallo”, klonk een zachte stem naast hem. De stem was zo zacht dat Thomas niet schrok, hij voelde dat het goed was. Naast hem zat een jonge vrouw, 10 tot 15 jaar jonger dan hij, donker haar in een paardenstaart en een heel vriendelijk open gezicht. Ze hadden elkaar nog nooit gezien.
Thomas groette terug en vroeg zich af waarom hij niet gemerkt had dat ze naast hem was komen zitten.

“Ik wil je wat vertellen”, zei de jonge vrouw. “als je dat goed vindt.”
Thomas knikte bij wijze van toestemming. Na een paar seconden ging de jonge vrouw verder.
“Je ogen vertellen mij dat je verdriet hebt, ik weet niet waarom, maar ik kan het aan je zien. Ik zie ook dat je niet geniet.” Thomas schrok, dit had hij niet verwacht.
Ze ging verder: “Het leven is te kort om stil te staan. Er is zoveel te doen. Je mist wat in je leven, probeer dat dan te zoeken. En als je het niet kan vinden, heb er dan vrede mee, heb vrede met het verleden en met jezelf. Hoe moeilijk dat ook is, dat is de enige manier.
Ik weet dat je verdriet hebt, ik weet dat je iedere ochtend huilt, ik weet dat het zwaar is zonder haar.”
“Dat had ik haar toch niet verteld?”, dacht hij. “Ik heb haar helemaal niks verteld!”, dacht hij ontsteld, “maar hoe weet ze dat allemaal dan?”
Thomas wilde het vragen, maar de jonge vrouw begon al weer te praten.
“Je hoeft het niet te vragen”, zei ze. “Je hoeft niet altijd alles te verklaren en te snappen. Soms zijn dingen zoals ze zijn, ontvang ze met open armen, het is altijd ergens goed voor. En geniet van de dingen, ook als je ze niet begrijpt.”
Voor het eerst keek Thomas haar echt aan. Ze had dezelfde groene ogen als Eva had gehad. De jonge vrouw glimlachte en Thomas wilde wat zeggen. Ze zag het en hield haar vinger voor haar mond om hem duidelijk te maken dat hij niets moest zeggen.
Ze legde haar hand op zijn been. Zijn been werd ineens ontzettend warm, hij voelde haar warmte en liefde ineens door zijn hele lijf. Het voelde goed, maar hij had het nog nooit eerder gevoeld.
De jonge vrouw stond op, keek Thomas nog een keer echt aan, draaide zich om en begon weg te lopen.
Thomas riep: “wacht!”
De jonge vrouw draaide zich om, en zei: “Soms zijn dingen zoals ze zijn, vecht er niet tegen, ontvang ze met open armen. En geniet, ook als je het niet begrijpt.” Ze liep door en Thomas was te veel van zijn stuk gebracht om te reageren. Of misschien hoefde hij niet te reageren. “De dingen zijn zoals ze zijn” dacht hij. Maar wat had ze een merkwaardig effect op hem gehad, en ze had dezelfde ogen als Eva had gehad. Hij wilde het snappen, maar besefte toen dat dat niet hoefde.
De vogels floten en hij genoot er zowaar van. Hij stond op, en begon naar huis te lopen.

Hij hoefde niet meer naar het graf van Eva. Het was goed zo, want soms zijn dingen zoals ze zijn.