Goodbye my lover (deel 6)

Eindelijk een beetje tot rust gekomen. Het drama van twee weken geleden iets naar de achtergrond geschoven. Ik woon tijdelijk in bij Manon en we hebben het gezellig samen. Die bewuste avond heeft Manon mam opgebeld en met haar afgesproken, dat ik hier voorlopig zou blijven. Mam wilde graag dat ik de volgende dag weer naar huis zou komen om de ruzie uit te praten, maar Manon hield voet bij stuk; ik had rust nodig en bleef bij haar.

De volgende morgen heeft ze me ziek gemeld op school en me een gat in de dag laten slapen. Daarna hebben we bij mij thuis wat van mijn spullen gehaald, toen mam aan het werk was; Kleding, schoolboeken en toiletbenodigdheden.

Natuurlijk denk ik elke dag aan de nare situatie waarin ik verkeer. Maar omdat ik mam en Tim niet zie raakt het hele gebeuren een klein beetje op de achtergrond. Ook mijn verliefde gevoelens voor Tim lijken een beetje tot bedaren te komen…
Ik merk, dat ik op een andere manier tegen de situatie aankijk. In plaats van fantaseren over een relatie tussen Tim en mij, eigenlijk het voeden van de verliefdheid, ben ik aan het nadenken hoe de relatie tussen mijn moeder en mij kan verbeteren en hoe ik Tim kan leren accepteren als zijnde mijn stiefvader.  Ik ben geen ranzig type, ik zie mezelf al in zo’n fout programma bij een Jerry Springer, met als titel: “ik doe het met de vriend van mijn moeder.” Nee, zo wil ik niet zijn. Bovendien, hoe zou ik mezelf ooit nog in de spiegel aan kunnen kijken als ik –vooropgesteld dat Tim mijn moeder zou inruilen voor haar dochter -  mijn moeder diepongelukkig zou maken door er met haar vriend vandoor te gaan?

Ik kan me eindelijk weer wat concentreren op school en op mijn huiswerk. Ik heb een behoorlijke achterstand opgelopen. Manon is fantastisch; ze lijkt voelsprieten te hebben, ik hoef nergens om te vragen. Net als ik er behoefte aan heb om een avondje alleen te zijn, deelt ze mee, dat ze naar een concert gaat met een vriendin. Als mijn vriendinnen hier komen heeft ze altijd wel wat buitenshuis te doen. Ze voelt het ook aan wanneer ik wil praten, of wanneer ik met rust gelaten wil worden. Zij heeft telefonisch contact met mijn moeder als ik er niet ben. Wel vertelt ze me steeds waar ze het met haar over heeft gehad. Ik zit nog steeds met het dilemma; moet ik haar de waarheid vertellen, of niet? Manon vindt van niet. Mijn gevoelens voor Tim zullen vanzelf verdwijnen, denkt zij. En dan zal het voor mij des te moeilijker zijn dat mam en Tim het weten. Misschien heeft ze gelijk. Voorlopig laat ik het maar zo.

Als ik op een vrijdagavond met Manon ben wezen winkelen, rijden we gezellig kletsend haar straat in. Ik heb een kaart gepost voor mam. Het wordt nu wel eens tijd, dat ik iets van mij laat horen. Ik heb er op gezet: ‘Mam, ik mis je, maar ben nu nog niet toe aan contact. Weet, dat ik altijd van je hou. Vóór de bruiloft is alles weer oké tussen ons. Ik beloof het. Lidewij.’  Ik heb erg nagedacht over de boodschap die ik op de kaart zou schrijven. Moest ik nou de groeten doen aan Tim? Na alles wat er was gebeurd? Nee, toch maar niet.
Ik ben al blij dat ik deze stap heb kunnen zetten. Ik voel me opgelucht en uitgelaten en klets honderduit. Manon moet steeds om mij lachen. Als ze de auto heeft geparkeerd kijkt zo op haar horloge. “O, gelukkig, de buurtsuper is nog open. Ga jij vast naar binnen, dan ren ik even naar de winkel, mijn sigaretten zijn op.’ ‘Schoorsteen!’ roep ik haar plagend na en lachend loop ik het tuinpad op. Ik sta net in mijn tasje te graven naar mijn sleutelbos, als ik ineens een overbekende stem, de stem die mij recht in mijn hart raakt, hoor zeggen: “Hallo Lidewij.”
De sleutelbos valt met een rinkelend geluid op de grond.