Wat een Kankerharde Column

Column door Ceriel

In de 90's zei men "tyfus, wat een vette track". Dat was dan hip. Gewoon. Door dat 'tyfus' accentueerde je toch maar even dat je de track wel érg goed vond.

Men kreeg in die tijd niet zo heel geregeld meer de tyfus, dus maakte het niet uit dat je erover begon. Ook smijten met de term tering was een reguliere uiting. Want tuberculose zeggen, daar dácht je niet eens aan. Dat klonk te dichtbij.

Dat was de tendens in de 90's. Schelden mag. Maar dan wel met ziektes die enkel Pieter Coecke van Aelst, Johann Sebastian Bach of keizer Nero gehad hadden kunnen hebben. Lekker smijten met dodelijke aandoeningen, maar dan net niet.

Tegenwoordig hebben we die sleur doorbroken. Want een "kankerharde track" is gewoon een goed liedje. In de 90's vond men een track zo goed als de tyfus, maar nu vindt men een track zo goed als de kanker. Niets meer en niets minder.

"Tyf op man." zei men voorheen geregeld als iemand op moest tyfen.
"KK op man." is de huidige trend om iemand te wijzen op het gegeven dat hij het hazepad dient te kiezen. Die afkorting zegt overigens genoeg. Toch wroeging om het volledige woord te gebruiken.

Ik vind het een kankergekke trend. Als mijn voorspellingen juist zijn wensen we officiëel over een aantal jaar iemand een kankergezonde darm toe als deze problemen heeft met de stoelgang en schrijven doktoren kankerfrisse dampo voor als de patiënt niet volledig bij stem is. What's in a name. Knobbeltje of niet, de borsten van het meisje met wie je hét deed waren KK lekker.

KANker, het is natuurlijk ook maar een uitlating om iets kracht bij te zetten. En ik moet toegeven dat ik het aan de taalkundige kant snap waarom juist dit woord de uitingstrend is geworden. Klinkt gewoon krachtig.
'Dat was Aidsgoed' klinkt laf. Alsof je het hebt over eten, of over Liveaid. 'Leukemie op, gek!' Waardeloos. Dan lijkt het ineens weer alsof je iets leuk vindt. En leuk is lief, dus geen scheldwoord. 'Krijg de neurose' bekt wel lekker, maar niemand weet waar je het over hebt. In ieder geval, de trend is overduidelijk. Tegenwoordig is het klaarblijkelijk niet meer raar om als bijvoeglijk naamwoord de genoemde ziekte te gebruiken als je power aan je opmerking wilt geven.

Persoonlijk erger ik me er kkkapot aan. Misschien begin ik een seniele oude man te worden met mijn 29 jaren op de teller en vinden 15-jarige pubers in de dop het allemaal niet meer dan logisch. Zoiets als: "Kanker. Ja. Dat kan erg zijn, maar toch ook heel erg... goed?" Dat soort gedachten.

Het lijkt nu net alsof ondergetekende ernstige situaties heeft moeten doorstaan met de rode draad in dit stukje. Want dat is nu eenmaal het stigma: mensen die problemen hebben met het woord janken alleen omdat hun tante Gree hieraan is overleden.

In mijn geval was het oudtante Toos, maar feit blijft wel dat de controverse omtrent dit woord te maken heeft met het gegeven dat deze ziekte actueel is, dus hard klinkt en dus hierdoor aanstoot aan wordt genomen. Daar ligt mijn frustratie, want juist dáárom staat het zo primitief dit Tokkietakkewoord te gebruiken. Kom eens met wat nieuws. Het staat zo dom.

Ik denk dat de huidige jonge generatie de term 'tyfus' ervaart als wat 'deksels' was voor mensen van weleer. En 'tering' staat voor 'mieters'. Ik zie de sketches van de nieuwe generatie Jiskefet over een paar jaar al voor me:

'Tyfus, dat was me nog eens kneiterharde Happy Hardcore.'
'Ja tering, ik flipte volledig!'
En dat dan kankergoed vinden.

Als deze trend doorzet wordt het toch wat dubieus. De sketchemakers zullen het over een jaar of 50 moeilijk krijgen:

"Holla, wat een kankerlekkere Breezah was dat."
"KK op man! Ik ken lekkerder bitches".
Met welke ziekte kan men dit dan weer overtreffen?

Wellicht hebben dan MALALAlaria of -ik lig in een- SCHHHHEEUURRRRRbuik zijn intrede weer gedaan in Nederland...