Winnaar Kerstverhalenwedstrijd: De Kameel



Zoals elk jaar hield FOK! in samenwerking met de NCRV en Sp!ts een kerstverhalenwedstrijd. Het winnende verhaal is De Kameel van Eva Keuris. FOK! presenteert met trots het complete verhaal.

De Kameel

Luc was alleen mee gegaan vanwege de glühwein. Op weg naar de kerk, door de natte lanen, had hij zich verheugd op de warme, kruidige smaak, op het krakende plastic bekertje in zijn handen, de alcohol die zijn slokdarm aangenaam in brand zou zetten. Hij was van plan er twee of drie achter elkaar te nemen, dan zou hij tijdens de intens saaie dienst kunnen wegdoezelen, tot het afgelopen was en hij weer snel naar het kraampje kon rennen om meer te halen.

Hij had het kunnen weten. De kerkgemeenschap was voorbereid op mensen zoals hij en voor de dienst werd er alleen thee, warme chocola en koffie geschonken. Mopperend bestelde hij een bekertje koffie, dat hij na een slok leeg goot in het hooi rond de levende kerststal. De aftandse kameel keek even naar het stoomwolkje dat naast hem opsteeg, ging toen weer verder met herkauwen.

Het regende. Nooit was een kerstavond eens zoals het zou moeten zijn. Elk jaar verheugde hij zich al vanaf oktober op deze dagen, altijd viel het tegen. Hij hoopte op rust, gezelligheid, met een boek bij de open haard zitten. Hij vergat de kerstboodschappen die uit geplunderde supermarkten gehaald moesten worden. In de Albert Heijn op kerstavond voelde hij zich een jager, iemand die moet vechten voor zijn voedsel. Hij stelde zich voor dat hij een krijger was, met een speer achter een everzwijn aan zat. Als hij zijn kar vol zalm, peppadews en Japanse nootjes de parkeergarage in duwde, voelde hij zich een man, een man die een mammoet aan zijn slagtanden zijn grot binnensleepte.
Maar hij wist heel goed dat hij een één-en-twintigste-eeuwse sukkel met een gezinsauto was.

Zijn vrouw porde hem in zijn ribben. Het kerkvolk stond op en hief een lied aan. Zijn vrouw zong ook mee, te hard, te hoog. Ooit, toen hij nog verliefd op haar was, had hij haar gecomplimenteerd met haar prachtige zangstem. Dat was een grote fout geweest.

Buiten was het stil. Zijn vrouw had hem woedend nagekeken toen hij tijdens het 'Kyrie eleison' de kerk uit was gelopen. Ze was al decennia van haar geloof af, maar het respect, het respect ging er nooit uit.
De levende kerststal stond er treurig bij. De bult van de kameel hing slap over zijn rug, de ezel zocht tevergeefs een beschut plekje en de regen was alleen maar erger geworden. Bij het kraampje stond een jonge, zwakbegaafde vrouw de glühwein op te warmen. Luc liep naar haar toe, vroeg of hij alvast wat mocht. De vrouw keek erg geschrokken, maar schonk uiteindelijk voor hem in. Hij sloeg het achterover en brandde zijn tong en keel, zette het bekertje met een klap neer en gebaarde dat hij meer wilde. Dat kreeg hij.

De kameel keek hem droevig aan. Luc had nooit geloofd dat dieren werkelijke gedachten of emoties hadden. Maar deze blik, deze kameel, was anders. In zijn ogen las Luc dezelfde pijn die hij voelde. Het besef dat je hier niet hoort, maar dat je nergens anders meer heen kunt.


Eva Keuris