Gepraat, maar niets gewonnen

Column door Komakie

Op een mooie zondagmiddag zit ik met mijn vriendin in de trein uit Rotterdam richting Utrecht. We hebben een leuke middag gehad door onze tijd te besteden aan het struinen door de straten van de grote stad. Het is het einde van de middag en de trein zit erg vol. Dan valt mijn oog op twee allochtone medelanders. Ze zitten met hun voeten op de bank tegenover zich en zijn op die manier onderdeel van het probleem dat een aantal mensen niet kunnen zitten.

Eigenlijk durft niemand er wat van te zeggen. Twee dames op respectabele leeftijd proberen het voorzichtig. "Zo, wat een mooie schoenen. Heb je die vandaag gekocht?" Één van de jongens tilt trots zijn schoenen op om te bevestigen dat hij ze gelijk aangetrokken heeft toen hij de winkel uit liep, om vervolgens zijn schoenen weer op de stoel tegenover zich te plaatsen. De oude vrouw heeft gepraat, maar niets gewonnen.

Kanaleneiland in Utrecht heeft een groot probleem met criminele jongeren en daarom hebben de mensen die wat te vertellen hebben in Utrecht besloten om een samenscholingsverbod in te voeren. Jarenlang is er gepraat over dit onderwerp en de situatie van Kanaleneiland is alleen maar verslechterd. Ik heb "op", zoals Utrechters dat zeggen, Kanaleneiland op school gezeten en ik moet eerlijk bekennen dat ik regelmatig problemen heb gehad in die buurt. En ja, altijd met personen van allochtone aard. Nu is dat niet moeilijk omdat het overgrote deel van Kanaleneiland bewoond wordt door allochtonen. De Utrechtse autoriteiten zijn van mening dat met een samenscholingsverbod op straat je hier een aantal problemen kunt oplossen. Niet iedereen is het hier mee eens want we kunnen toch nog met elkaar praten? Helaas is er tot nu toe veel gepraat, maar niets gewonnen.

In de trein komt een man in pak naast de oudere twee dames zitten. Hij probeert de jongens een tijd te negeren, maar na een tiental minuten begint hij zich te ergeren aan de muziek van de jongens, waar zo ongeveer de hele coupé last van heeft. Heel vriendelijk vraagt hij of de muziek iets zachter mag, omdat deze er zo hard staat en hij er last van heeft. De jongen zet de muziek zachter om deze na tien minuten weer harder te zetten. Nog harder dan eerst, en deze keer met muziek die niet zou misstaan in een moskee uit de oordoppen schallend. Deze keer besluit de man er maar niets meer van te zeggen. Hij heeft al gepraat, maar niets gewonnen.

Vorige week is er een jongen neergestoken op school na een ruzie over een kraspen. Zomaar recht in de keel. De jongen had geen kans meer op overleving. De namen van de jongens verraden dat het wederom om twee allochtone medelanders gaat die deze keer elkaar het leven zuur gemaakt hebben. Het ergste is misschien nog wel de reacties die je tegenwoordig op dit soort nieuwsberichten leest: "Mooi! Maken ze elkaar maar af. Op die manier zit er weer een potentiële crimineel vast en is er ook één dood." Dit soort reacties geeft al aan dat een grote groep mensen niet meer wil praten. We praten al zo lang en er wordt niets gewonnen.

De conducteur komt langs om de kaartjes te controleren en vraagt de jongens om hun schoenen van de bank te halen. Hij krijgt een paar ongeïnteresseerde blikken toegeworpen, maar de jongens gehoorzamen en laten hun kaartje zien. Als de conducteur weg is leggen ze hun schoenen net zo makkelijk weer op de bank. De conducteur heeft ook gepraat, maar niets gewonnen.

Als er mensen zijn die altijd in de dialoog geloven, zijn het politici. Je moet zo veel mogelijk praten. Misschien dat tijdens dit eindeloze gezwets het probleem zichzelf wel oplost. Één van de weinige mensen waarvan je nog het idee hebt dat hij over wil gaan tot serieuze actie, is Geert Wilders. De man komt met de meest rigoureuze maatregelen om de islam, in zijn ogen de aanstichter van al het kwaad, in te dammen. Maar ook zijn voorstellen stranden in eeuwig geouwehoer. Want we blijven maar praten, maar er wordt niets gewonnen.

Ondertussen hebben de twee jongens hun eindbestemming bereikt en staan ze op. Ze zeggen de twee dames netjes gedag, maar net voordat ze de coupé uitlopen hoor ik ze nog net iets tegen elkaar zeggen. "Kuthoeren."