Dromen (DEEL 1)


Daar stond ze dan. Kletsnat voor m'n deur. Het kon zo een scène uit een film zijn.
Ze keek me aan, liep naar binnen en deed haar regenjas uit. Samen met haar paraplu hing ze deze netjes aan de kapstok.
Nog altijd niets zeggend liep ik achter haar aan de woonkamer in. Met een diepe zucht plofte ze neer op de bank.
"Cola." was het eerste en enige wat ze tegen me zei. Daarbij keek ze verbitterd mijn kant op.
Het was al een jaar uit tussen ons, maar ze had me in haar greep. Volautomatisch draaide ik me om, liep naar de keuken en schonk cola enkel voor haar in. Het ging allemaal onbewust. Het leek wel een droom.

Terug in de woonkamer ging ik tegenover haar zitten en probeerde een gesprek aan te gaan.
"Dus, hoe is het met Robert?"
- "Gaat je niks aan."
Al sloeg je me dood, ik wist niet wat ze op dat moment bij mij kwam doen. Waarom kwam ze langs? Waarom vraag ik dat niet gewoon. Maar ik deed het niet. Ik kon het niet.
Zij begon zelf.
"Luister, wij hebben twee en een half jaar leuke tijden meegemaakt. Tussen Robert en mij is het over. Het liep niet."
Ze staakte haar verhaal en keek in haar glas. "Geen ijs?"

Ze wilde mij terug, dat werd me duidelijk. Die 2.5 'leuke' jaren vlogen weer door m'n hoofd.
Ik was een mummie in haar bijzijn. Ik kon geen nee zeggen en deed wat me opgedragen werd. Na twee jaar kwam ze Robert tegen, haar ex. Het klikte. Ik liet het toe.
"Hij is bijzaak nu. Ik zie hem nog wel eens maar het is niks meer tussen ons. Ik heb me vergist. Ik wil jou."
Haar laatste zin herhaalde zich honderd keer in mijn hoofd. Mijn verstand zei nee. Mijn hart ook. Toch kon ik haar niet verweren. Als dit liefde is, dan is liefde een kwelling.

Ik ontwaak.
Ik voel mijn hart in m'n keel bonzen. Dit was zeker de meest realistische droom die mij ooit overkomen is. Ik schrok van mezelf. Stel dát ze ooit weer langskomt, hoe zou ik reageren?

De bel gaat. Ik spring uit bed, graai een shirt van de grond en haast mij aankledend naar de deur. Ik twijfel om open te doen. Ik ben niet bijgelovig, maar stel dat.
De zon schijnt. Gelukkig.

Ze glimlacht naar mij, geeft me een haastige kus en loopt naar binnen. Met een ruk draai ik me om. Ik wil wat zeggen maar er komt niets uit m'n strot. Ik hoor alleen het oude vertrouwde "ja lekker, cola!" vanuit de woonkamer.
Daar zit ik weer, tegenover haar. Déjà vu.

"Dus, hoe is het met Robert?"
Met tegenzin wacht ik op het antwoord.
"Dat vroeg je me gisteren ook al."

Kut.

21-01-2007: Dromen (SLOT)