Generatiekloof

In deze door Europees voetbal gedomineerde week was er ook nog plaats voor een nieuwsbericht van vaderlandse bodem. Niet wereldschokkend, niet opmerkelijk zoals de roof van ruim honderd middenstippen in heel Nederland, maar nieuws dat bijna schouderophalend ontvangen werd. Het ging hier namelijk om een speler die zijn afscheid aankondigde. Voormalig international Pierre van Hooijdonk, die in Oranje vooral naam maakte door zijn sterke invalbeurten, hangt na dit seizoen de schoenen aan de wilgen in Prinsenbeek.

De spits, momenteel bezig aan zijn tweede periode bij Feyenoord, gaf ook de reden van zijn afscheid. Pierre voelt namelijk steeds minder verwantschap met de huidige generatie voetballers. Ze weten volgens hem niet wat spelen bij een topclub inhoudt en welk gedrag dat vereist. Ze gaan steeds vaker hun eigen weg, denken niet na over teambuilding en tactiek en scheuren na de wedstrijd naar huis in hun iets te dure wagens. Daarbij bellen ze voortdurend met hun hypermoderne mobieltjes, trekken trendy kleren aan, zorgen voor het nodige goud aan het lijf en duiken achter de Playstation.

Arme Pierre. Want dit is natuurlijk schandalig van die jonge jongens! Ze moeten een voorbeeld nemen aan Pierre, die in zijn hele loopbaan nooit gezeurd heeft en altijd met opgeheven hoofd op vriendschappelijke wijze bij zijn clubs vertrok. Pierre had het als jongen van twintig echt niet in zijn hoofd gehaald om niet te luisteren naar veteranen zoals hij, Alfred Schreuder en Patrick Lodewijks. Pierre besefte al vroeg dat je moest nadenken over het spelletje en je nachtelijke sessies moest houden om over de tactiek te praten. Zeker als die haperde, zoals vorig seizoen tegen Ajax het geval was. Hoe haalde Salomon Kalou het in zijn hoofd om te gaan slapen op dat tijdstip?

Natuurlijk, de lange spits heeft recht van spreken. Want hoe eigenwijs ook, Pierre van Hooijdonk heeft in zijn loopbaan wel aangetoond dat de juiste wedstrijdinstelling en de bereidheid om na trainingen je sterke kanten te blijven onderhouden, een hoop kan opleveren. Van Hooijdonk werd er international mee en speelde toch bij mooie clubs. Waar hij altijd ook wel zijn doelpunten meepikte. Dat verdient zeker respect, want Pierre hoorde toch zeker niet bij die groep absolute toppers die hun talent van moeder natuur hebben ontvangen. In die zin snap ik ook wel dat hij extra kritisch is op jonge spelers die dit wel hebben en daar laks mee omgaan.

Want dat er een generatiekloof bestaat in het voetbal van nu is wel duidelijk. Zoals ik me ook kan voorstellen dat Pierre en die andere routiniers lastiger klikken met jonge en veelal eigenwijze spelers. Iets dat in het voetbal trouwens overal speelt, want ik ken ook trainers uit de vierde klasse van het zondagamateurvoetbal die af en toe verzuchten dat je tegenwoordig meer psycholoog moet zijn dan dat je verstand van voetbal moet hebben. Dat je voorzichtig met je wissels moet omgaan, omdat je anders een week later een paar spelers zomaar mist. Let wel, dan spreken we over een niveau waarop het voor sommige teams al teveel gevraagd is om de bal vijf keer achter elkaar naar een teamgenoot te verplaatsen.

Alleen verwonderde ik me over het feit dat Van Hooijdonk dit zo expliciet in zijn afscheidsrede naar voren liet komen. Het zal heus anders zijn gegaan in zijn jeugd, want de verhalen van vroeger laten altijd hetzelfde horen. Dat je als jongeling rustig begon bij een groep en je langzaam in moest burgeren. Dat je schoppen kreeg van de ouderen en daar naar moest luisteren. Dan won je aan respect en klom je op de ladder. Maar kan dat nu nog wel? De hele maatschappij is veranderd, jongeren mogen hun mening geven en doen dat ook. Dus ook in het voetbal. En in de huidige omstandigheden, waarin teams zelden lang bij elkaar blijven, verandert de hiërarchie vrijwel constant. Jongens van net twintig zijn soms al aanvoerder. Het is onmogelijk om van hen te verwachten dat zij de rest gaan sturen.

Ik geloof dat Pierre daar net iets te makkelijk aan voorbij gegaan is. Zoals het ook te makkelijk is om te stellen dat alle jonge spelers het spel tegenwoordig anders beleven. Zijn ploeggenoot Jonathan De Guzman lijkt me bijvoorbeeld niet iemand die nooit luistert. Misschien is Pierre zelf wel gewoon simpelweg te oud geworden, zodat hij de binding met de jeugd kwijt is geraakt. Anders moet hij voor de gezelligheid eens mee gaan met een jeugdig selectielid en een potje meespelen op de Playstation. Dan kan hij zichzelf nog in de basis zetten ook. Wedden dat die kloof dan zo gedicht is?