Slikken of niet slikken

Vorige week nog werden bij mijn buurjongetje van vijf de amandelen verwijderd. Drie uur later fietste hij weer vrolijk door de tuin en had hij nergens last van. Ook al weet ik dat het bij volwassenen om een hele andere operatie gaat, toch voel ik me een enorm mietje dat ik nu al vijf dagen niet kan eten van de pijn en het duivelse dillemma "slikken of niet slikken" me elke drie minuten weer tot tot wanhoop brengt.

Slikken leidt tot vijf kartelige messen die met scherpe precisie op diverse plekken van binnenuit in mijn keel worden gestoken en langzaam rondgedraaid. Dat pleit dus voor de optie niet slikken. Maar mijn arts heeft gedreigd dat het dan allemaal veel pijnlijker wordt en langer gaat duren. Dus slik ik braaf. Maar geen pijnstillers, want die mag ik niet vanwege duistere gevaren als nabloedingen. Ja, paracetamol, maar zelfs mijn buurjongetje weet dat dat helemaal nergens tegen helpt. Het mietje onder de pijnstillers is dat, paracetamol.

De pijn direct na de operatie viel nog wel mee. Ik heb ergens een artikel gelezen waarin een Amerikaanse arts beweert dat de pijn na tonsillectomie de ergste pijn is die de meeste mensen ooit in hun levenzullen ervaren, dus ik was op veel voorbereid. Maar eigenlijk viel het wel mee. Nu was ik natuurlijk nog wat wazig door de narcose, daar kan het mee te maken gehad hebben. "het doet wel pijn.." murmelde ik, meer als bespiegeling dan als klacht. Maar voordat ik mijn zin kon afmaken met "maar niet zo erg als ik had gedacht" had ik al een spuit morfine in mijn arm te pakken. Snelle jongens die anesthesisten. En toen het die nacht in het ziekenhuis toch wat begon te branden, sloften mijn infuus en ik gewoon samen even naar de verpleegstersbalie en kreeg ik gelijk weer wat van dat lekkere spul dat in de gewone wereld vast heel erg verboden is, zó lekker was het.

Maar toen ik naar huis mocht was het opeens over met de pret. Geen lieve verpleger die klaarstond met flessen ijswater en koude keelcompressen en vooral pijnstillende prikjes. Alleen maar een strenge arts die nog even kwam zeggen dat ik hele vieze amandelen had. Ik was een beetje beledigd, had ik die dingen dan elke dag moeten poetsen ofzo? Maar dat scheen vaktaal te zijn voor "heel erg chronisch ontstoken", legde de co-assistent uit. Goeie zaak dus dat ze eruit zijn leek me. "Ja vanaf nu zijn je amandelen nooit meer ontstoken" zei mijn arts. "Of wel, maar dan merk ik het niet want dan doen ze dat ergens bij jullie in de vuilnisbak" merkte ik geestig op maar mijn arts bleek niet zo gevoelig voor humor. Of hij had het grapje al te vaak gehoord. Dat zal het dan wel zijn geweest. Er werd me nog op het hart gedrukt vooral niet zuinig te zijn met de paracetamol, maar inmiddels weet ik dat het zelfs in de driedubbele dosering (ja dat màg van mijn dokter) nog vrij weinig uithaalt.

Het ergste is geloof ik nog de honger. Opeens zie ik overal eten. Ik kan alleen maar dagenlang liggen bedenken wat ik allemaal weer ga eten als ik het weer kan. Pizza's, burrito's, sushi, harde broodjes met kaas, ladingen chips en patat met vette frikandellen. Van mijn schoonmoeder kreeg ik het boek "Troost" van Ronald Giphart. Het leek haar zo'n toepasselijke titel. Helaas had ze even niet goed nagedacht over de inhoud, want waar gaat het over: over eten!!!! Dus watertandend (wat dramatisch is, want dat leidt weer tot speeksel wat moet worden weggeslikt) werk ik me door het boek heen, terwijl ik me al probeer te verheugen op het bakje appelmoes dat ik straks ga proberen weg te lepelen.

Ach, nog een paar dagen, dan huppel ik vol energie en heerlijk afgeslankt door de wereld. Nooit meer ziek, nooit meer keelontsteking, nooit meer verkouden, haar dat altijd goed zit, EN NOOIT MEER IJSJES!!