On the road......again

Het is een fijne kroeg. Een kroeg waar iedereen komt die zich ook maar een klein beetje eenzaam voelt. Veel vrijgezellen natuurlijk die het op een zuipen gaan zetten dezer dagen. Maar ook schrijvers, componisten en freaks verzamelen zich bij het buffet om de nodige pinten naar achteren te slaan. Soms komt iemand op het idee om een waardeloze discussie te starten. Loos gebral en ondoordachte meningen om een uur of vier in de nacht. Het is elke week weer schitterend om te zien hoe de mislukte sportjournalist om een laatste fles smeekt. Zingend, lallend maar vooral veel kameraadschap in het holst van de nacht. In een klein, stinkend en rokend hok, met de meest waanzinnige muziek.
Ik kwam er eerder vaker op bezoek dan nu. Vooral in het Pim Fortuyn tijdperk. We waren allemaal bezorgd, het is immers een vrij linkse tent. De bezorgdheid, de discussies maar vooral ook hypothetische en apocalyptische ideeën over het toekomstige Nederland vlogen over tafel. Met de dronken barman als discussieleider. Nog een keer dat liedje van Bob Dylan. Kom, hoe heet het ook alweer. The times they are changing! En dan echt naar huis. Morgen moet er immers weer gewerkt worden. En als ik dan buiten stond, midden in de nacht, dan was er altijd wel iemand waarmee je naar huis ging om daar vervolgens tot zes uur in de ochtend boterhammen met pindakaas en sambal te eten.

Maar net op het moment dat ik zelfs de stamkroeg als een sleur in mijn leven begon te ervaren, met alsmaar diezelfde mensen, ontmoette ik in diezelfde kroeg een zeer interessante man. Hij was schrijver en gedroeg zich recalcitrant. Hij bracht leven in de brouwerij en af en toe was het vuur dat hij aanstak vreselijk heet. Gevaarlijk heet zelfs maar altijd avontuurlijk en fantasierijk. Ik kon het meteen goed met hem vinden. Ook bracht hij mij weer aan het lezen. Tijdens mijn middelbare opleiding las ik praktisch niets meer maar hij bracht mij in contact met het boek On the road van Jack Kerouac. Dat boek moest ik gelezen hebben anders stelde mijn jeugd niets voor, zo beweerde hij. De volgende ochtend ben ik het nog gaan bestellen en een week later zat ik het driftig te lezen. De avonturen van een man die met 1 dollar op zak door Amerika reisde intrigeerde mij enorm. De hoofdpersoon ging van kroeg naar kroeg en sloot vriendschap met de meest vreemde mensen. Hij deed me een beetje denken aan die schrijver die mij dit fantastische boek had aangeraden. Ik was helemaal verrukt toen ik het boek uit had en ik kon haast niet wachten om mijn kroegmaat weer te zien. Ik moest en zou hem vertellen dat dit boek vreselijk veel voor mij betekende en dat ik geen zin meer had om, na het lezen van On the road, vastgeroest te zitten in deze stamkroeg met steeds maar weer dezelfde mensen met hetzelfde verhaal. Ik wilde weg, de wereld in. Met 1 euro in mijn kontzak en een goede vriend. Zo droomde ik met hem aan de bar, de ene Duvel na de andere drinkend.Ooit zou het feest losbarsten, daarvan was ik overtuigd. Het bleef echter niet bij dromen. Althans niet wat hem betreft. Soms zag ik hem wekenlang niet. Dan was hij er weer even tussenuit geweest en vertelde hij geweldige verhalen. Verhalen zoals je die alleen maar in stoere Amerikaanse, Beatnik boeken kon lezen. Hier zat de Jack Kerouac van Nederland!

Maar zelf schreef hij dus ook. Hij had al een bundel uitgebracht vol gedichten. Zelf was hij daar helemaal niet tevreden over en hij was nu bezig met zijn eerste roman. Als het boek af was dan zou ik de eerste zijn die het te lezen kreeg. Ik voelde me vereerd. Hij zou me op de hoogte blijven houden van alle ontwikkelingen. Ondertussen bleef de schrijver op bierviltjes boeken en platen aanraden en elke week bespraken we weer alle nieuwe ontdekkingen op dat gebied. Ik vroeg af en toe hoe het stond met zijn eigen boek. Dan keek hij even bedenkelijk en antwoordde steevast “ de uitgever doet moeilijk jongen, ze vinden de kaft te obstinaat.” Op de cover zou Jezus Christus met een stijve penis aan het kruis te zien zijn. Ik vond het briljant en kon haast niet wachten op de, naar zijn eigen zeggen, heftige maar vooral baanbrekende roman.

Zoals gezegd, soms kwam hij weken lang niet opdagen. Dan zat ik zaterdagavonden op hem te wachten maar vaak bleef zijn vaste barkruk leeg. En dat was ook het mooie aan hem. Juist op het moment dat je het niet verwachte verscheen hij opeens.
Maar nu streken er geen weken maar maanden voorbij. Ik maakte mij zorgen en vroeg aan de barman of hij onlangs nog iets van de schrijver gehoord had. “Weet je dat nog niet dan?” “ Hij is de kroeg uit getrapt want hij ging echt veel te ver.” Ik was verbaasd. Mijn vriend te schrijver uit de meest tolerante en linkse kroeg gezet? Ik besloot, nieuwsgierig als ik ben, om opheldering te gaan vragen bij enkele stamgasten. Ik moest toegeven, hij kon af en toe erg ver gaan maar stiekem vond ik dat maar al te stoer en ik genoot van zijn discussies en pittige uitspraken.
Niet veel later had ik alweer een gesprek met de barman over de schrijver. Ik vertelde hem dat ik het zo jammer vond dat een kleurrijk figuur zoals hij niet meer welkom was. En dat ik eigenlijk nog vol verwachting aan het wachten was op zijn boek. De barman barstte in het lachen uit. “Heeft hij jou daar ook al mee voor de gek gehouden?” “Schei toch snel uit zeg, hij praat hier al tien jaar over dat boek en we hebben nooit wat van hem gezien, hij werkt gewoon voor het uitzendbureau en verzint verhalen over zichzelf om nieuwe klanten zoals jij te kunnen imponeren.” Ik werd kwaad. Ik geloofde er helemaal niks van, mijn vriend loog niet! Hij was schrijver en daarmee uit.

Maar ik begon deze hele periode voor mezelf rustig te herhalen. Telkens als ik vroeg hoe het mijn zijn boek stond ontweek hij de vraag of begon hij weer te klagen over de uitgever. Langzaam maar zeker verdween het geromantiseerde randje, iets dat ik zelf gecreëerd had, en bleef er een leugenachtige zielige man over die zijn ongeluk moest compenseren middels leugens en recalcitrant gedrag. Van de stoere, avontuurlijke en onafhankelijke man bleef weinig meer over. Het deed me aan de ene kant pijn dat ik erin getrapt was maar aan de andere kant was ik hem ook vreselijk dankbaar. Als ik hem niet had leren kennen dan was ik nooit aan die prachtige muziek en die geniale boeken gekomen.) Vandaag is het tweede kerstdag en ik ga, mits het niet te hard regent, weer de stamkroeg in. Hij zal er niet zijn. Hij viert hoogstwaarschijnlijk kerst in zijn eentje, in een waanwereld wellicht. Of hij viert helemaal geen kerst, zo’n type is het ook wel. Ik ga in elk geval op de barkruk zitten waar hij altijd zat. Ik drink een Duvel op mijn eigen gezondheid en ik droom zachtjes over verre, onbezonnen en heftige reizen met maar 1 euro in mijn broekzak. Wellicht zeg ik nog iets provocerends voor ik weer naar huis ga. Ik hield van hem, maar eigenlijk nog meer van Jack Kerouac.