Leve de herfst!

Het vallen van de bladeren en het tanen van het daglicht gaan ook bij mij gepaard met sombere gedachten. Gedachten die cirkelen rondom de dood van mensen die ik heb gekend en nu zo mis, de belabberde omstandigheden waarin steeds meer mensen, maar ook planten en dieren leven, de ellende op de wereld die maar van geen ophouden weet... In de herfst ervaar ik het leven als schrijnend. Pogingen om iets aan de treurnis te doen lijken bij voorbaat gedoemd te mislukken.

In tegenstelling tot wat de meeste mensen ervan denken, heeft de herfst echter ook een positieve invloed op mijn depressie. Dat is althans mijn eigen ervaring, maar ik weet ook van een aantal medepatiënten dat zij hetzelfde ondervinden. Mijn zwaarmoedigheid wordt lichter en minder beklemmend voor mezelf. Eindelijk merk ik namelijk dat de omgeving overeenstemt met hoe ik me doorgaans voel, een overeenstemming die compleet afwezig is in lente en zomer. Als ik nu met een gebogen hoofd over straat loop, peinzend en zichtbaar in mezelf gekeerd, met een blik in mijn ogen die in de verste verte niet doet denken aan een vrolijk of opgeruimd mens, is er niemand die ervan opkijkt, het voorhoofd fronst en me bestempelt als een onverbeterlijke pessimist.

Nee, de kille temperaturen, pittige regenbuien en woeste westenwinden maken het aannemelijk dat er nu redenen genoeg zijn om niet vrolijk fluitend met ferme veerkrachtige stappen te wandelen, maar bedeesd en ingetogen. Of er hangt een druilerige mist waarin het spinrag zo mooi traant dat de tranen die ik zelf pleng geen enkele opschudding meer veroorzaken. Door deze overeenstemming van buiten met binnen krijg ik een merkwaardige rust over me. Eindelijk ben ik niet meer alleen in mijn ellende, maar verkeert alles om me heen in een soortgelijke gemoedstoestand. Ik voel me erdoor getroost.

Door deze harmonie ervaar ik in deze tijd van het jaar een vorm van geluk die me aan kan zetten tot de nodige activiteit. Elke dag schrijf ik een paar uur of ben ik doende met tekenen en schilderen, waarbij ik veel herfstkleuren gebruik en me in grillige vormen uitleef. Maar ik vind het ook fijn om in de tuin te werken met het verstand op nul. De herfst is voor mij bij uitstek een seizoen geworden van expressie en creatieve energie, waarbij mijn zwaarmoedige aard meer en meer op de achtergrond verdwijnt... om rond de feestdagen weer op te doemen, spijtig genoeg. (De reden daarvan zal ik te zijner tijd eens bespreken en analyseren.)

Die harmonie voel ik niet in de lente. Als alles bulkt van leven en bruist van vrolijkheid en iedereen de zon begroet als bron van vertier en vrijheid blijf ik juist achter. Ik mis de veerkracht om het te kunnen volgen. Als ik probeer met die vrolijkheid mee te doen, put ik me snel uit en vreet alles zo aan mijn zenuwen dat je mij na enige tijd kunt opvegen. Daarom voel ik me in lente en zomer zo geïsoleerd staan van iedereen. Ik voel me dan diep ongelukkig en vervloek mijn depressie voortdurend. Ik schaam me dan te zijn wie ik ben, een sikkeneurig en niet of nauwelijks op te peppen mens.

Ja, in de lente doet het leven pijn, juist door het sterke contrast met wat ik buiten om mij heen ervaar. Dat kan me zelfs jaloers en woedend maken: waarom leef ik niet op, waarom ben ik niet vrolijk, vitaal, levenslustig, lichtvoetig en blij zoals alle andere mensen, zoals alle andere dingen? Juist in de lente ben ik dan ook bar slecht gezelschap, ik verdraag al die uitbundigheid niet en trek me noodgedwongen terug in mijn schulp, de zon en het vertier buiten schuwend als de pest. Zo is de lente voor mij het seizoen geworden van de disharmonie, waarbij ik me nog depressiever voel dan ik al ben. Op mooie ochtenden in mei ben ik vele malen zwaarmoediger dan in duistere novembernachten.

Zo is het vele jaren aaneengesloten gegaan, maar dit jaar is alles anders. Ik ben niet meer alleen, ik heb een paar mensen om me heen die werkelijk om me geven, en zelfs iemand die dat in heel bijzondere mate doet. Met die mensen heb ik een band die ervoor zorgt dat ik me niet meer zo ontheemd, eenzaam en wereldvreemd voel, dat ik ook in de lente niet meer op zo'n gespannen voet sta met de omgeving, dat ik me niet meer zo afhankelijk voel van allerlei grilligheden of van gebeurtenissen die je overvallen maar waar je niks aan kunt doen.

Maar al is dit jaar alles anders, de weemoedigheid van de herfst bevalt me nog steeds prima. De herinneringen aan de dit jaar eindelijk eens geslaagde vakantie zitten nog vers in het geheugen. Ik slaak een zucht omdat al dat fijne, zonnige, warme, uitbundige vertier voorbij is. Gelukkig maar. De herfst is nodig voor het evenwicht. Het is goed dat er een seizoen is waarin het is toegestaan dat je je belabberd, ontstemd, ongelukkig, moe en verdrietig voelt.

De dagen worden snel donkerder, de nachtelijke uren breiden zich uit tot in de avond en middag, de ochtenden zijn vaak mistig, duister en koud. Alleen een ijzeren zelfdiscipline zorgt ervoor dat je op tijd opstaat en gemotiveerd aan het werk gaat, zelfs al is dat onbetaald. In deze herfst toon ik me van mijn beste kant. Fluitend en fris sta ik op en zuchtend maar voldaan ga ik onder. De herfst viert hoogtij en daardoor is ook mijn depressie zo goed als verdwenen, ik zit prima in mijn vel en ben tevreden met mezelf. Er is een mooi evenwicht tussen wat ik doe en wat ik laat, ik ontspan terwijl ik me inspan en omgekeerd. Geen vuiltje aan de lucht, mijn geest is opgeklaard. Ik hoop dan ook dat de herfst dit jaar lang, heel lang mag duren. Leve de herfst!