Column: Op Jezelf

Terwijl Leo naar de sterrenhemel kijkt, realiseert hij zich hoe mooi dit moment is. De muziek illustreert zijn gevoel, de hemel lacht hem toe en de maan kijkt behoedzaam op hem neer. Met een glimlach rond zijn mond loopt hij verder. Zo'n klein moment van innerlijk geluk doet hem goed. Met de huissleutel in zijn hand, kijkt hij nog één keer naar de sterren, waarna hij zijn huis binnen loopt.

Binnen is het stil. Geen huisdieren, geen huisgenoot, alleen hij en het huis. Leo steekt een paar kaarsjes aan en gaat op de bank zitten. Twee tranen rollen over zijn wangen. "Het is een tijd geleden dat ik me zo voelde. Het voelt wel goed eigenlijk. Waarom heeft het allemaal zo lang geduurd? En waarom kan ik haar niet vergeten? Ik zou haar eigenlijk moeten bedanken." Leo blijft nog een tijdje in de kamer zitten. Pas als het laatste kaarsje uit zichzelf dooft, staat Leo op en gaat naar bed. Met een arm uitgestoken naar de grote leegte naast hem, valt hij in slaap.

Anna en Leo zitten samen aan een klein tafeltje in een veel te groot café. Ze kijken elkaar aan, geen woord wordt gewisseld. Anna draait haar hoofd weg en pakt haar tas. Leo kijkt naar haar, hoe ze opstaat, hoe haar haar over haar schouders valt en langs haar prachtige nek. Terwijl ze haar jas aantrekt kijkt ze niet naar de man die haar zo dierbaar is. Ze draait zich om, staat heel even stil, raakt zijn hand aan en loopt het café uit. Buiten begint het te waaien en de tranen die over Anna's wangen rollen, worden door de wind meegenomen.

Anna ligt in bad. Ze voelt de warmte van het water langs haar huid tintelen. Ze doet haar ogen dicht en luistert naar de stilte. "Ik lig hier heerlijk in bad, even tijd voor mezelf en toch geniet ik niet. Wat is het toch wat me niet met rust laat?" Anna wordt onrustig en ligt niet meer lekker. Het water is opeens te koud en de badolie ruikt niet meer lekker. Ze staat op en droogt zich af. Met de handdoek om zich heen gewikkeld, staat ze midden in de kamer. Heel zachtjes hoort ze muziek. Anna loopt naar de stereo en ziet dat ze die is vergeten uit te zetten. Ze zet de muziek harder en gaat op de bank zitten. "Opgaan in de rest, vanavond mag het best, iets anders zijn."

De wekker gaat. Leo draait zich nog een keer om en wacht tot zijn lichaam reageert op het feit dat zijn brein al wakker is. De wekker gaat. Anna doet een lampje aan, rekt zich uit en stapt uit bed. Ze loop naar de keuken, pakt wat jus d'orange en zet de televisie aan om het ochtendjournaal te kijken. Leo draait zich voor de derde keer om voordat hij besluit dat hij echt op moet staan. Hij loopt wat moeilijk naar de badkamer en zet de douche aan. Anna bekijkt zichzelf in de spiegel en blijft verbaasd naar haar eigen gezicht kijken. Leo is zich aan het scheren wanneer hij opeens ophoudt en verbaasd naar zichzelf kijkt. "Die blik, die ogen, die ken ik. Dat ben ik. Dit heb ik gemist. Mijn ogen, mijn blik, mijn gezicht! Wat ben ik blij mezelf weer te zien." Anna en Leo lopen tegelijkertijd met een grote glimlach en twinkelende ogen de deur uit.

De zon komt op en kleurt de lucht in een grote variëteit pastelkleuren. Anna zit in de tram en kijkt vol bewondering naar de prachtige kleuren en kan het niet helpen dat ze breeduit zit te lachen. Leo loopt naar het station en moet goed opletten waar hij zijn voeten zet. Zijn blik is gericht op de horizon, waar hij een kleurenspel ziet, waarvan hij van binnen helemaal warm wordt. Bij het station aangekomen loopt Leo naar het perron en gaat op een bankje zitten. Met een glimlach wacht hij in alle geduld en rust op de trein. Anna stapt uit de tram en loopt richting het perron waar haar trein zal stoppen. Zonder te kijken neemt ze plaats op het dichtstbijzijnde bankje. Ze gaat op iemands jas zitten en wil haar excuses aanbieden. Ze draait haar hoofd, opent haar mond en valt stil. Leo kijkt in haar ogen en lacht. Anna kijkt in zijn ogen en pakt zijn hand.
"Ik heb je gemist..."