Column: Fuck de recessie!

Het gaat goed met ons. Misschien wel iets te goed, denk ik stiekem wel eens als ik mijn AH-karretje tot de nok toe vul met onbenulligheden. Als ik me weer eens goed lekker laat maken door zo'n overheerlijk (maar niet heus), nieuw yoghurt-drankje waar je ditmaal nog gekker mee kunt doen, als we het aanplakbiljet moeten geloven. Ik stond laatst zelfs met een fles groene (!) ketchup in mijn handen, want ja, rood is ook maar zo gewoontjes. De blauwe ketchup schijnt overigens binnenkort ook in Nederland op de markt te komen.

Groene, gele of paarse ketchup ten spijt, Nederland is vanaf vorige week formeel in een recessie gekukeld. Laat ik nou toch al maanden rondlopen in de waan van een recessie. Het lijkt wel alsof ik het afgelopen jaar niks anders gehoord heb dan dat Nederland met gekromde rug de zeven magere jaren in is gelopen. Ik was eigenlijk al gewend aan de recessie, voordat ie goed en wel van start was. Maar vorige week nog waarschuwde een bittere Balkenende de natie voor zwaar weer. Die verdomde spreekwoordelijke broekriem moet weer worden aangehaald.

Omdat ik al tijden in de beleving van een recessie leef (en dus al tijden steeds groter wordende stukjes maand over hou aan het einde van mijn salaris) weet ik hoe je daar mee om moet gaan. Het devies luidt: shoppen doe je bij de LIDL. Natuurlijk niet voor de 'echte' producten, maar voor de rommel waar kwaliteit geen rol speelt. Laad je AH-kar vol met kwaliteitsonzin, en haast je voor van die anderhalve literpakken jus d'orange, wattenstaafjes in grootverpakking en liters afwasmiddel naar de LIDL.

Het was de LIDL waar ik van de week Luuk tegenkwam. Die had ik in tijden niet gezien. Vreemd trouwens om een bekende tegen te komen in de LIDL, dat was me tot dusver niet gebeurd. Recessie of niet, Luuk zat er zichtbaar warmpjes bij: de Gucci-bril op zijn hoofd hield zijn halflange coupe keurig bij elkaar, een klomp goud met wijzers hing om zijn rechterpols en zijn voeten nestelden in paarse Prada-slippers. In zijn propvolle wagentje veel wc-papier, dozen wijn en blikken groente.

'Luuk! Hoe is het?', vroeg ik aan de oud klasgenoot die school nooit af had gemaakt.
'Prima, gozer, prima! Ik heb niks te klagen, jongen. Het gaat goed met ons.'
Over welke 'ons' Luuk het precies had was me onduidelijk. Kennelijk concludeerde hij dat het met mij ook wel snor zat, ook al ontmoetten we elkaar hier in de LIDL.
'Jij dan?', vroeg Luuk.

Onhandig maakten we in het drukke gangpad tussen de opeengestapelde dozen de balans op. We werkten inmiddels allebei, we verdienden, we hadden een huis. Luuk had net een cabrio gekocht, waar je vanuit de LIDL net een glimp van kon opvangen. Ik moest Luuk gelijk geven, het gaat goed met ons. En terwijl ik naar de grond staarde en Luuks paarse slippers bewonderde realiseerde ik me ineens dat Generatie X (of Generatie Niks) zich niet veel aantrekt van een recessie. Recessie anno 2003 is hooguit met je Prada-slippers van dik driehonderd ballen wc-papier (of liever gezegd schuurpapier) kopen bij de LIDL. Recessie anno 2003 is op het strand ¤ 6 betalen voor een longneck, en misschien thuis de verwarming zo laag mogelijk zetten. Recessie in 2003 is de deur uitgaan voor een printer-cartridge, en met een nieuwe printer thuiskomen, omdat het allebei even duur is. Nee, wij slepen ons wel door die recessie heen.

'Wat doe jij hier, trouwens?', vroeg Luuk me.
'Hetzelfde als jij, shoppen', meldde ik Luuk, 'we zitten in een recessie, weetjewel.'
'Huh huh', knikte Luuk, 'fuck de recessie, wat doe je zaterdag? Er schijnt een bizar bruut feest te zijn in Gent dit weekend. Ga mee man, dan praten we verder bij.'
Natuurlijk ga ik mee. Fuck de recessie, Luuk, wij komen eraan!