Robby 14: Oorlog! (deel 2)



'Beren luister nu naar mij. Zie de kracht die ik gekregen heb van de astrale machten.'
Bluffen moet ik, laten zien dat ik boven alles sta, dan zullen ze hopelijk luisteren, dacht Robby.
'Laat mij jullie een verhaal vertellen, een verhaal over jullie afkomst, een verhaal over jullie toekomst, een verhaal over jullie naasten.'

Bij het zien van de brekende pijl vlak voor Robby's hart waren alle beren stil geworden. Deze kleine jonge beer had krachten die ze niet konden verklaren. Bolke stond er ongelovig maar tegelijkertijd woedend bij te kijken. Die Robby stond op het punt alles te verpesten en hij kon er niks tegen doen. Ook Dakar was ziedend. De aanval ging volledig als gepland en nu kwam er zo'n vermaledijde Blanke beer die vrede predikte. Niks vrede, dood moesten die Blanken. Maar wat kon hij beginnen tegen bovennatuurlijke krachten. Zijn hele leven had hij getraind om de sterkste, de behendigste beer te worden. Niemand kon zich met hem meten in een tweestrijd, maar nu, nu was alles in één klap veranderd.

'Ten Aanval Bruinen,' schreeuwde hij, maar de Bruinen reageerden niet. Hij sprong naar voren, net als Bolke die zich ook niet meer kon inhouden. Naast elkaar stonden ze, in plaats van tegenover elkaar. Naast elkaar liepen ze richting Robby, dreigend met hun zwaarden. Robby's knieën knikten. Zou het kristal genoeg kracht hebben om hem te beschermen? Een pijl was tot daar aan toe, maar drie grote glanzende zwaarden die met grote kracht op hem neerkwamen was misschien wel teveel voor de kleine glimmende steen om zijn nek. Beide beren hieven de zwaarden op tot ver boven hun hoofd en met een immense vaart kwamen ze terug, richting Robby. Deze hield zijn handen boven zijn hoofd, verlamd van angst. Een felle flits ontrok de gebeurtenissen aan het oog van de omstanders, die hun adem inhielden. Toen het licht minder werd lagen Bolke en Dakar beiden op de grond, hun zwaarden gebroken naast hen. Robby was in het geheel niet geraakt, maar kon dit zelf nog nauwelijks geloven.


Een luide roep van een vogel klonk uit de verte. Langzaam klapwiekten de reusachtige vleugels van de zwart wit bevlekte vogel. Het geluid was als dat van een storm, fluitend langs de oren, langzaam aan kracht groeiend. Het landde naast Robby en nu stapten alle beren van verbazing achteruit. Op de vogel zat een reusachtige kale, wat was het eigenlijk? Gegons klonk tussen de beren, die nu bijna verenigd zij aan zij stonden. De Blanken, hun posities opgegeven en door de poort naar buiten gelopen, de Bruinen, hun wapens neergelegd, geschokt bij het zien van hun leider zo hulpeloos op de grond. Waarachtig, het gegons klonk zelfs tussen de beide partijen. Vol verwondering overlegden ze of hun eigen ogen hen niet bedrogen. Het ding op de vogel stapte af, ging naast Robby staan.

'Dit,' zei Robby, 'dit is een mens!'

Even liet hij zijn woorden bezinken. Tevreden met het effect, een absolute stilte, ging hij verder.
'Haar naam is Kikuwa, ze komt van achter de hoge bergen. Ik weet dat jullie allemaal dachten dat de Beren het enige volk waren dat onze leefomgeving bewoonde. Ik weet dat jullie allemaal dachten dat achter de hoge bergen niets meer was. Maar niets is minder waar en hier is het bewijs!'
'Onzin!' Riep een beertje, 'er is niets achter de hoge bergen, en zeker geen geheel nieuw volk.'

De andere beren vielen hem wat bij. Wanneer iemand zijn hele leven heeft geloofd in een waarheid is het niet makkelijk om hem te overtuigen dat er meer kan zijn. Robby probeerde het nogmaals te verklaren.
'Blanken, tot voor kort dachten jullie dat jullie de enigen waren in het Teddybos, niet?'
Sommige beertjes knikten instemmend.
'Toen werd jullie ineens verteld dat er Bruinen waren, en met bewijs geloofden jullie.'

Hmm Hmmm

'Ik weet dat het moeilijk is om te begrijpen, maar jullie zijn voorgelogen. Jarenlang. Niets was er over de Bruinen verteld, omdat de Winnie, de Wijze, dat beter vond. Zo ook is er niets verteld over de wereld achter de grote Bergen. Niet waar Winnie?'

En Winnie, de dorpswijze van de Blanken, knikte langzaam zijn hoofd.

Luid gejoel klonk vanuit de kelen van de Blanken. Hun leider was een leugenaar. Kwaad bloed begon te stromen totdat Robby hen maande tot kalmte.

'Laat mij jullie de waarheid vertellen, over jullie bestaan en over jullie doel op aarde. Maar voordat ik dat doe, wil ik samen met Kikuwa laten zien wat er gebeurt in haar wereld. En wat er gebeurd met onze wereld als wij niet stoppen met oorlog voeren. Hij pakte Kikuwa bij de hand en ging samen in het midden van het slagveld staan. Langzaam tilde hij zijn kristal op en Kikuwa volgde zijn voorbeeld. Heel even gebeurde er niets maar toen begonnen de beide kristallen te kleuren. Een groot licht groeide welke zich vormde tot een grote bol in de lucht. En hier begonnen de visioenen opnieuw. De beren keken vol afgrijzen naar de mensenwereld, zagen natuur vernield worden, mensen afgeslacht, uitgemergeld van honger. Ze zagen explosies die grote stukken aarde wegvaagden in geweldige vuurzeeën. Sterren vielen, de maan verduisterde. Overstromingen volgden aardbevingen en de mensheid huilde.
Hand in hand stonden de Beren, met tranen in het gezicht bij het zien van zoveel gruwel. De enkeling die zijn wapen nog vast had liet het vallen, moedeloos.

'Nu wil ik jullie werkelijke doel gaan vertellen.'

'De manier, om onze en de gehele wereld te redden.'

En zo stond Robby in het midden van de berenmassa. In het volgende en één van de laatste delen van de 'Avonturen van Robby, de kleine Teddybeer' zal blijken wat de Teddy's hun levensdoel is.

Illustraties door Joah