Een doorsnee bezoek aan de kroeg...

Het is buiten al flink donker als ik de deur van één van de kroegen die Den Haag rijk is open duw en een wereld vol van beeld en geluid binnen treedt. Binnen is er een overvloed aan mannen en vrouwen die zo duidelijk op zoek zijn naar een avontuur dat ik de feromonen bijna kan ruiken en word ik tegelijkertijd overmand door muziek die zo hard staat dat ik me afvraag of er in de wijde omtrek nog wel wormen of mollen in de grond zitten.

Even vraag ik me weer af waarom die muziek in de kroegen altijd zo hard moet staan... maar dat is alweer snel duidelijk; dronken mensen kunnen toch geen samenhangende dialogen voeren... met die harde muziek lijkt het tenminste nog wat.

Aan het uiterste puntje van de bar staat nog een kruk leeg... perfect, hij zou voor me gemaakt kunnen zijn. Eén van de meer ervaren barlui stapt op me af en ik bestel bij hem een glas van mijn favoriete drank.

Terwijl ik met het glas in m'n hand aan de hoek van de bar zit, bedenk ik mij dat ik geluk heb dat deze plek nog vrij was in zo'n drukke kroeg... eigenlijk probeer ik overal waar ik heen ga een plek in een hoek te bemachtigen om zo veel mogelijk van mijn grootste hobby te genieten... mensen observeren, ook wel bekend als aapjes kijken.

De eerste personen die me opvallen zijn de barlui... nu kom ik wel vaker in deze kroeg dus een aantal ervan herken ik wel, kerels en meiden die duidelijk in hun element zijn... ze banen zich een weg door de menigte zoals de belastingdienst zich een weg baant door je zuurverdiende geld.
Maar één valt uit de toon, een jonge kerel die zich duidelijk niet op z'n gemak voelt en zo weinig zelfvertrouwen heeft dat hij elk oogcontact met de kroeggangers zorgvuldig vermijdt.

Als de laatste druppel uit m'n glas verdwenen is valt zijn oog op mijn lege glas, het is wel duidelijk wat hij denkt... een klant, in z'n eentje... ziet er wel vriendelijk uit... kan nooit een moeilijke worden. Denkt hij.

Dan begint de bizarre vorm van communicatie die in een kroeg zo normaal is...

Hij kijkt me aan en ik knik naar hem, hetgeen hij terecht op vat als een signaal dat ik wel wat hulp kan gebruiken bij het hervullen van mijn glas.
Hij bukt over de bar heen om te kunnen horen wat ik bestel en ik moet bijna over de bar heen kruipen om dichtbij genoeg te kunnen komen om verstaanbaar te zijn.
Ik ben nu zo dichtbij dat me opvalt dat hij het oerwoud wat voor z'n oor moet doorgaan wel eens mag bijknippen en zeg...

"Eén Southern"
-"Eeehhh... wha?"
"een Southern!"
-"Eeeeeehhh... sorry?"
"Nee... niet een sorry... een Southern Comfort!!"

De barman kijkt me aan alsof ik hem zojuist verteld heb dat Elvis leeft en vanavond deze kroeg heeft uitgekozen voor het eerste optreden van z'n comeback. Met een wankele tred loopt hij naar de sterke drank afdeling en kijkt rond tussen de flessen die hij duidelijk stuk voor stuk niet herkend. De fles die hij moet hebben zie ik al van grote afstand staan... maar hij kijkt er langs en loopt verward terug naar mijn plekje aan de bar.

"Sorry... maar dat hebben we niet"
-"Nou... dat lijkt me stug..."
"Nee echt niet... ik heb gezocht"
-"Dan vind ik het toch knap dat ik er net een glas van leeggedronken heb!"
"Nee dat kan niet, we hebben het niet"
-"En als ik dat nu eens niet met je eens ben?"
"Nou... ehhh... wil je echt niets anders...?"
-"Nou... ehhh... nee dus, ga het maar regelen met één van je collega's"

Duidelijk beledigd loopt hij terug naar een van z'n collega's en steekt een voor mij onverstaanbaar verhaal af maar het zal vast iets zijn in de strekking van "Deze gek wil iets drinken wat we helemaal niet hebben... wat moet ik ermee?"
De geboren barkeeper kijkt naar mij... herkent me van m'n eerdere bezoekjes... pakt zonder verder een woord te zeggen de fles Southern en vult mijn glas bij terwijl hij z'n ogen omhoog laat draaien in hun kassen om aan te geven dat hij over de nieuwe hulp net zo denkt als ik zelf.
De jonge barman vermijdt de rest van de avond ieder oogcontact met mij als een albino die ieder contact met de zon vermijdt.
Natuurlijk probeer ik zelf de rest van de avond juist wel oogcontact met hem te krijgen... al is het alleen maar om hem nog nerveuzer te krijgen dan hij al is.

Als ik dan weer in de rondte begin te kijken valt me op dat de verschillende drinkers toch wel erg gemakkelijk in verschillende klasses onder te verdelen zijn.

De eerste klasse die me opvalt, en ook gelijk één van de leukere om te observeren, is "Het Groentje".
Dit is een drinker die misschien al wel vaker in de kroeg is geweest maar nog niet zijn grenzen kent wat alcoholmisbruik betreft en ook nog niet bereid is deze te gaan ontdekken. Deze drinker bevindt zich vaak in een groepje mensen die al wel weten wat ze kunnen hebben en al behoorlijk doordrinken.
Eén van deze Groentjes valt me al direct op, hij zit nog 'onopvallend' van zijn eerste biertje te nippen terwijl het gezelschap waarin hij zich bevindt al aan hun vierde rondje toe zijn.
Als dan de dronkenschap bij het groepje duidelijk zichtbaar begint te worden, bsluit het Groentje maar om net te doen alsof hij ook dronken wordt, waarschijnlijk om er niet buiten te vallen in de groep.
Helaas voor hem, heeft hij minder acteertalent dan de gemiddelde soap-ster.
Gelukkig voor mij, is hij wel grappiger om naar te kijken.

Het tweede type dat me opvalt... en daar zijn er deze avond weer een stuk of vier van, is "de Gevierde Zakenman".
Deze drinker, altijd in pak, is overduidelijk een type die puur op zoek is naar vrouwelijk schoon.
In de hoop dat een driedelig kostuum van een goedkoop merk en een glad praatje over z'n zakelijke succesjes, die natuurlijk verbleken bij z'n prestaties in bed, de vrouwtjes wel mee naar huis zullen lokken spreekt hij alles aan met bulten van voren.

Als ik dan een paar krukken links van mij kijk zie ik een type waar er meestal maar één van te vinden is.. "de Drenkeling".
Dit is een persoon die, om redenen die mij te boven gaan, besloten heeft om zichzelf volledig te verdrinken. Deze types besluiten zich meestal in bier te verdrinken, hoewel sterke drank toch vlugger zou moeten gaan.
Als ik hem aankijk wordt snel duidelijk dat hij alweer een tijdje bezig is... aan z'n gezicht valt direct af te lezen dat hij in heftige discussie is verwikkeld met z'n interne organen.

"Alsjeblieft... niet nog een slok"
-"Alsj hik djronke wjil wojrde... djan wojd ik da!"
"Dat ben je al... alsjeblieft... stop!"
-"Njie sjeure! *slok* iwk gja dooj towt ikj vja de wjerel ben!"
"Oke... je hebt er zelf om gevraagd... in z'n achteruit"

Het gezicht van de Drenkeling wordt heel even groen als hij z'n eigen maagzuur proeft... maar hij vermand zich en gaat door met drinken, hij heeft dit duidelijk al eerder gedaan.

Als ik net wil beginnen met het observeren van een geheel nieuwe klasse drinker... de Breezer... merk ik dat mijn blaas al behoorlijk vol begint te raken, ik zal de bekende reis naar het toilet maar gaan maken.

Bij het verlaten van m'n kruk bedenk ik me nog even dat ik deze kruk vanavond wel niet meer terug zal zien... had ik maar een blaas van een paar hectoliter.

Het toilet van de kroeg bevindt zich onderaan een trap die erop gemaakt lijkt om dronken mensen misselijk te maken en misselijke mensen te laten struikelen... de treden zijn zo klein dat de trap ontworpen lijkt door kabouter Plop himself en daarbij nog scheef ook.
Onderaan de trap tref ik een urinoir van het type "trog" aan en een klein deurtje wat leidt naar een ongetwijfeld ranzige pot. Ik kies voor de trog.

Er staat al een andere kroegganger zich in de trog te legen... maar dit zal me niet weerhouden, ik doe m'n gulp open... haal de president eruit... en irriteer me vervolgens weer mateloos aan het feit dat ik last heb van waar zo veel mannen last van hebben... plankenkoorts.
Als dan mijn mede-troggebruiker eindelijk vertrekt om zich weer tussen het volk te mengen begint het dan ook mij eindelijk te stromen en slaakt mijn blaas een hoorbare zucht van verlichting.

Terwijl ik daar sta hoor ik gestommel op de Plop-trap, ik kijk even over mijn schouder en ja hoor... het is de Drenkeling.
Hij strompelt langs me heen, en hinkelt daarbij zo enorm dat ik me even afvraag of het bier niet in één van z'n benen is terecht gekomen in plaats van in z'n blaas.

Hij rukt het deurtje van het toilet open en valt voorover naar binnen met een natte klap die doet vermoeden dat z'n lichaam uit louter bier bestaat.

Hij trekt het deurtje achter zich dicht en terwijl ik mijn gulp dichtdoe besluit ik om even hier te blijven en te luisteren...

"OooOOohhgghhh"
"AaarrhhGgglll"
"OOohhh sjezus..."
"Alsje me hieruit rejdt.... zsjal ik njooit meej djinkhe... ech nie..."

Dan hoor ik aan de geluiden die hij maakt dat zijn lichaam het duidelijk zat is en op het punt staat alles wat hij met zoveel moeite naar binnen heeft gegoten weer met geweld naar buiten te sturen. Even bedenk ik me dat de man waarschijnlijk nu al z'n hoofd op een plek heeft die nooit ontworpen is voor z'n hoofd. En waarschijnlijk de pot omhelst alsof het z'n beste vriend is.

Dan gebeurt het... met geweld wordt de volledige inhoud van z'n maag in de pot geleegd... hij maakt er zo'n kabaal bij dat hij waarschijnlijk niet verbaasd zou zijn als hij z'n eigen schoenen en sokken in de pot zou zien liggen.

Dan klop ik even op z'n deurtje...
"Gaat het een beetje?"
-"Sjaw hoowj... zsjo ben ik altjijd... ik bejn alleejn maaj aan he pjickniken... en naaj de pot aajn hejt luisteje..."

Als ik dan weer boven ben tussen de rest van kroeggangers en bemerk dat mijn krukje, zoals verwacht, bezet is... besluit ik de avond maar voor gezien te houden.

Bij het verlaten van de kroeg vul ik m'n pijpje en loop de nacht in, klaar voor de wandeling naar huis.
Ik ben benieuwd of ik onderweg nog iets mee ga maken.

deGVR