Het is Feest

Feest in mijn hoofd. Feest in mijn hart. Feest in mijn ziel.
Alle mindere dingen zijn binnen een week verdwenen. Ik slaap weer goed, ik ben weer gezond, er wordt eindelijk een verhaal van me gepubliceerd, ik heb eindelijk de wind weer eens mee.

Vandaag werd ik behoorlijk vroeg wakker. En waar ik normaal de wekker keer op keer laat herhalen, was ik meteen mijn bed uit. Gordijnen open, en het eerste dat ik zie is de opgaande zon. Mijn humeur kan niet meer kapot vandaag. Vroeg al weg gegaan om naar mijn werk te lopen, onderweg een vers, warmgebakken broodje gehaald. Langzamerhand komt de wereld om me heen tot leven, de vogels beginnen aan hun muzikale welkom voor de zon. Het lijkt er zelfs op dat ze een beetje voor mij zingen. Alsof ze de mist in mijn hart definitief wegzingen voor me. De eerste zonnestralen voelen lekker aan op mijn gezicht, en het zacht blazende briesje lijkt wel om me heen te gaan, om me maar lekker te laten genieten van een prachtige ochtend.

Ik loop rustig door de straten en kijk even op mijn horloge, nog tijd genoeg, dus ik neem een omweggetje. Terwijl ik voor een stoplicht sta te wachten komt er een leuke meid naast me staan. Onze blikken kruisen elkaar even, en ze glimlacht. Ik knik een vrolijk hallo terug en steek over, inwendig vrolijk verbaasd dat er eens naar me gelachen word. Ze zal zelf ook wel een leuke ochtend beleven vandaag. Misschien zingen de vogels ook alleen maar voor haar op deze kalme morgen.
Om me heen wordt de wereld wat drukker, en er beginnen wat meer geluiden door het scherm van rust te dringen. In de verte toetert een auto, in een portiek slaat een deur dicht, en achter me hoor ik het vrolijke geklingel van een trambel. Het laatste korstje van mijn inmiddels afgekoelde broodje mik ik naar een stel kwaterende eenden die eigenwijs proberen elkaar in te halen voor het hapje. Zouden die eenden nu net zo vrolijk zijn als ik?

Ik pak mijn telefoon en bel mijn werk op. "Kunnen jullie het af zonder mij deze ochtend?"
De vrije morgen is snel geregeld en ik koop in een winkeltje een blocnote en ik wandel richting het park, en neem me voor om wat te gaan schrijven. Lekker in het zonnetje, zittend op het gras, wat wil je nou meer?
Herlijk achterover leunend sla ik de eerste bladzijde op. De gloed van een onbeschreven blad schijnt me tegemoet Waar was ik gebleven.. Ach ja natuurlijk. Al snel is het blad helft beschreven, en als ik het nalees blijkt het totaal niet goed te zijn. Ach gewoon even opnieuw proberen, das geen probleem. Maar als ook het tweede, en later ook nog eens het derde blad niet goed blijkt te zijn wordt het wel vervelend.
De hoofdpersoon zou in problemen moeten zitten, maar niets van dat al blijkt uit de woorden op het papier. De pijn lijkt verzacht met een warme gloed, de tranen lijken wel tranen van geluk. Wat is er toch aan de hand? Als ook blad vier en vijf nergens op blijken te slaan leg ik de blocnote maar weg. Ik kijk wat om me heen, naar de bloeiende bloemen, en de bloesems op de bomen. Nog steeds goed gemutst glimlach ik naar een voorbijfietsende vrouw. Ik besluit gewoon een leuk gedichtje te schrijven over mijn humeur, maar als na een paar zinnen blijk ik er niets van te bakken.

Het zal toch niet waar zijn?

Waar is mijn talent voor beschrijvingen gebleven? Mijn woordenschat voor emoties? Ik besluit om het dan maar in het engels te proberen, dat zou toch makkelijker moeten zijn. Maar al na een paar zinnen zie ik dat ook dat geen soelaas zal gaan bieden. Waar normaal gesproken de woorden als een waterval op het papier verschijnen druppelt er nu slechts af en toe een redelijk lopende zin op het maagdelijke papier. Mijn writersblock is compleet, en mijn humeur is danig aan het verpesten.
Als dan ook nog eens de zon verdwijnt voor een donkere regenwolk is er van mijn oh zo feestelijke stemming niets meer over.
Kwaad loop ik naar een cafetaria en besluit daar de regenbui, onder het genot van een slap bakkie koffie, uit te zitten.

Terwijl de kwaadheid en de onmacht in mij de bovenhand beginnen te krijgen, schiet er een idee in mijn brein, als een nieuw opkomende loot. Ik begin te schrijven. Alle pijn en woede van de gevangen genomen hoofdpersoon vloeien als bloed op het papier. Als ik na een half uurtje de laatste slok van mijn inmiddels koud geworden koffie neem, heb ik al vier volgeschreven bladzijden. Ik lees ze zorgvuldig na, en verbaas me over de inhoud. Het pakt, voert je als lezer mee naar die plaats van het beschrevene. In een klap kleurt mijn eigen humeur van asgrauw naar stralend wit, en ik begrijp het.

Er werd wel eens geschreven dat het pijn kost om pijn te beschrijven. Ze hadden er wat mij betreft wel aan mogen toevoegen dat het ook pijn kan kosten om geluk te beschrijven. Tot op de dag van vandaag schrijf ik alleen lekker door als er me iets dwarszit. Liefde, woede, onbegrip en onmacht voeden mijn geest en stellen mij in staat die hoek van mijn ziel te bereiken die nodig is om de beschrijver in me wakker te maken. Zelfs uit pijn komt iets goeds. Zo kan een negatieve emotie een positief eindresultaat hebben.
En is voor mij de cirkel weer rond.
En is het feest in mijn geest weer in volle gang.
Het is feest.
Feest in mijn hoofd.
Feest in mijn hart.
Feest in mijn ziel.