FOK! Game of the Year 2016 - Nummer 10

Rowin (Racerblade)

In 2010 heeft Playdead al laten zien een prima duistere en simplistische puzzel-platformer te kunnen maken. Na jarenlang wachten op een (spirituele) opvolger kwam op de laatste E3 enigszins verrassend het bericht dat Inside enkele weken later beschikbaar zou zijn. En de verwachtingen werden waargemaakt.

Het is niet makkelijk uit te leggen wat Inside nu zo goed maakt, het is niet zo zeer een leuke game om te spelen. Met het leeuwendeel van de puzzels zal je geen moeite hebben, je grijze massa wordt nooit echt uitgedaagd. De sfeer en het verhaal zijn redenen voor melancholie, niet vermaak. Het overmatig (en bijna exclusief) gebruik van grijstinten is ook geen reden tot blijdschap. Het is ongetwijfeld een enorm cliché, maar Inside is meer kunst dan slechts een videospelletje.

Alleen al de simpele introductie van Inside zuigt je er meteen in: er is geen introductie van je personage, geen cutscenes: niets. Voor je het weet kan je het naamloze jongetje in je scherm al besturen. Hyperventilerend en met een hoge hartslag wordt het jongetje achtervolgd zonder dat de speler enig idee heeft door wie of waarom. Ren je naar het onheil toe of er juist van weg? Vanaf de eerste seconde zullen enkele vragen al door het hoofd van de speler gaan, wat het avontuur vanaf het begin al speciaal maakt.

Inside maakt het je verder ook niet makkelijk om te begrijpen wat er nu echt aan de hand is. Redelijk snel kom je erachter dat thema’s zoals klonen en mind-control een rol spelen in dit universum, maar door afwezigheid van dialogen en verschillende perspectieven is er weinig sprake van verhaalvertelling. Een betere term zou ‘verhaalontdekking’ zijn, door observeren van je omgeving zal je dingen vinden, of dit nu voorwerpen of gebeurtenissen zijn, waardoor de speler de opdracht krijgt daar zijn eigen conclusie aan te verbinden.

Wel is vanaf het begin duidelijk dat er echt iets vreemds aan de hand is. De eerdergenoemde thema’s zijn op zich al duister te noemen, en dat wordt alleen maar versterkt door de manieren waarop je dood zal gaan. Het is niet zo simpel als in bijna alle andere platformers waar het missen van een sprong leidt tot een bodemloze put. Als je in Inside verdrinkt ziet het er ook echt uit alsof je verdrinkt, en dan mag je nog van geluk spreken dat het geweldloos is verlopen. Bloeddorstige honden, mythische wezens of enorme krachten die je ledematen rond doen vliegen komen ook langs. Het feit dat dit allemaal gebeurt bij een jongentje dat niet ouder kan zijn dan twaalf jaar, maakt het eenzame, beklemmende gevoel alleen maar groter. Je voelt je nooit écht veilig.  

Het zal per persoon afhankelijk zijn of de lengte van zo’n vier uur als een tekortkoming gezien kan worden. Iedere minuut is het echt waard, maar het einde zal voor sommigen abrupt aankomen en wellicht een zure nasmaak geven. Feit is wel dat voor mij persoonlijk Inside de eerste game in jaren is die ik echt niet weg kon leggen en daardoor in één ruk uitspeelde. Het is niet een game die je iedere dag weer even opstart en wekenlang mee zoet bent, daarvan zullen er genoeg in deze lijst volgen. Inside is wel, op zijn eigen manier, een bijzonder belangrijk product uit gamejaar 2016.

Inside is beschikbaar voor PlayStation 4, Xbox One en PC.