De Elfstedentocht van 1940

Olga Kroeders

Deze maand staat FOK!sport in het teken van de Tocht der Tochten, de Elfstedentocht. Vandaag wordt de tocht van 1940 nader bekeken.

De voorbereiding

De zesde Elfstedentocht zou aanvankelijk verreden worden op 21 december 1939. Het ijs was goed en daarnaast leek het er ook niet op alsof het snel zou gaan dooien. De sneeuw gooide echter roet in het eten. Het sneeuwde zo hard dat de tocht een aantal keer moest worden uitgesteld. Dankzij een donatie van Koningin Wilhelmina kon het tweehonderdkilometer lange traject sneeuwvrij worden gemaakt, maar toen zette de dooi in. De Tocht der Tochten kon op 30 januari uiteindelijk toch doorgaan.

688 wedstrijdschaatsers verschenen aan de start in Leeuwarden. Omdat er ook 2.716 toerrijders meededen, werd voor hen voor het eerst een aparte start georganiseerd. De toerschaatsers vertrokken een half uur na de wedstrijdrijders.

De wedstrijd

Sikke Dijkstra kwam na een uur als eerste aan in Sneek met daarachter Cor Jongert en Jan van der Bij. In IJlst lag Dijkstra nog steeds op kop maar in Sloten had zich een nieuwe kopgroep gevormd bestaande uit Durk van der Duim, Fokke van der Heide, Auke Adema en Piet Keijzer. Na de Parregastervaart maakte een nieuwe kopgroep bestaande uit Keijzer, Adema, Van der Duim, Jongert en Westra zich los. In Harlingen was een voorsprong van 10 minuten op de tweede kopgroep ontstaan, en in Franeker bedroeg deze al een kwartier.

Toen de kopgroep van Dokkum naar Leeuwarden reed was het Jongert die met het idee kwam om samen over de finish te komen. Alleen Westra was tegen het plan, maar nadat er op hem was ingepraat ging hij alsnog overstag. Op een paar honderd meter van de finish maakte Adema zich echter los van zijn medevluchters en sprintte naar de finish. Keijzer ging er achteraan net toen er een grote massa schaatsfans het ijs opstormden. Adema werd als winnaar aangewezen terwijl Keijzer eerder over de meet ging. Jongert claimde vervolgens dat het zijn kaart was die als eerste was afgestempeld.

De organisatie had urenlang beraad nodig en wees uiteindelijk alle vijf de schaatsers als winnaar aan.

Cijfers

Van de 688 wedstrijdrijders werden er 40 geklasseerd. Sjoerdje Faber uit Warga was de enige vrouw die de tocht uitreed. Zij schaatste als toerrijder honderden wedstrijdschaatsers voorbij en wist net als 125 wedstrijdschaatsers de tocht te voltooien.

Het weer

Het vroor flink op 30 januari 1940 en er was een snijdende oostenwind. Bovendien hadden de schaatsers in de middag last van sneeuwjacht: sneeuwval met windstoten boven windkracht vijf waardoor er weinig zicht was.