FOK!film op het IFFR: American Arthouse

FOK!film doet opnieuw zijn best om de kleinere filmpjes onder de man te brengen, door verslag te doen vanaf het IFFR. In verband met privédrukte van de verslaggever van dienst moet de redactie kiezen uit een lager aantal films, maar dat betekent niet per se dat de kwaliteit van het verslag hieronder lijdt. In dit eerste verslag films van twee Amerikaanse filmhuisregisseurs, waarbij vooral Green Room een enorme FOK!-aanrader is.

Demolition (Jean-Marc Vallée) 

Jean-Marc Vallée heeft al een paar filmhuissuccesjes op zijn naam staan. Eentje waarin zijn voorliefde voor muziek naar voren komt (C.R.A.Z.Y.), eentje waarin hij laat zien acteurs te kunnen regisseren (Dallas Buyers Club) en eentje waarin dat allebei zeer sterk werd gecombineerd tot zijn beste film tot nu toe (Café de Flore). Demolition snoept een beetje van beide walletjes, maar neemt wel een paar kleinere hapjes.

demolition movie (Foto: undefined)

In Demolition moet Jake Gyllenhaal de dood van zijn vrouw verwerken. Dat klinkt direct heel zwaar, maar Vallée beperkt zich tot een klein handjevol zware momenten en heeft de film doorspekt met humor en feelgood-momentjes. Deze humor varieert van zwart tot een tikkeltje over the top, maar het werkt wel en krijgt het publiek behoorlijk op de lachende hand. Gyllenhaal laat - wederom – zien een van de beste Hollywoodacteurs van het moment te zijn, maar kan niet volledig verbloemen dat het script net wat te weinig body heeft om de balans tussen cult en een scherpe sneer naar de sleur van het dagelijkse leven. 

Iets wat de film wat extra’s geeft, zijn de flashback-montages. Deze werkten in Wild en Café de Flore ook al zo goed, en mogen misschien wel kenmerkend genoemd worden voor de stijl van Vallée. Toch slaat de film de plank niet volledig raak met de kritiek op het gewone burgerleven of het vastzitten in een relatie, maar de Demolition vermaakt voor het grootste gedeelte uitstekend. 

Green Room (Jeremy Saulnier) 

Jeremy Saulnier’s eerste film, Blue Ruin, was in te 2014 zien op het IFFR. De voormalig cinematograaf legde een grimmige wraakfilm op de mat, wars van de standaardopzet die andere genrefilms vaak gebruiken om het publiek te pleasen. De debuutfilm van de Amerikaan, gemaakt met een haast niet bestaand budget, werd een klein filmhuissucces en deed het ook na de bioscoopperiode prima onder een selecte groep filmliefhebbers. Genoeg voor Saulnier om voor zijn tweede film, Green Room, meer budget op te rakelen en zijn eigen stijl nog verder te ontwikkelen. 

green room 2 (Foto: undefined)

Green Room trekt de lijn van Blue Ruin namelijk door: donker, rustig en rauw. Het tempo ligt laag en het eerste half uur is het de vraag welke kant de film opgaat, als het al een kant opgaat. Totdat er een slowmotionscène komt: enerzijds vervreemdend ten opzichte van de film tot dat moment, anderzijds voelt het direct aan als het moment waarop de film kan kantelen. En kantelen, dat doet de film ook. 

Vanaf dat moment is de suspense van Blue Ruin er weer en langzamerhand raakt Green Room misschien wel te classificeren als slasher-film. Maar dan ook weer zonder de clichés of conventionele trucjes van het genre en met een bepaald niet geringe lading gore. Samen met de humor en de kleine ongeloofwaardigheden – die je uiteraard voor lief dient te nemen – is het zeer aannemelijk dat Green Room nog wel eens een bescheiden cultklassieker kon worden. Na twee films is het in ieder geval duidelijk: Saulnier kan er wat van.