Het wielerjaar 2014 - deel 2: de grote rondes

Kletsnatte kinderkopjes, het afscheid van een oude vos en veel Nederlands succes: 2014 was opnieuw een bewogen wielerjaar. Aan spektakel geen gebrek. Er werd gevallen, er werd verloren, er werd geroddeld, er werd gevochten. Maar vooral werd er gefietst. Een terugblik op het afgelopen wielerseizoen, met vandaag het tweede van de drie delen: de grote rondes. 

Drie grote rondes, drie grote winnaars. Maar het waren niet per definitie de winnaars die op voorhand te verwachten vielen. Niet dat het slechte renners waren – integendeel, het geel, rood en roze gingen naar de drie misschien wel grootste berggeiten van deze tijd – maar het was vooral de manier waarop die overwinningen tot stand kwamen die een groot aantal gokkers en prono-deelnemers voor de gek hield.

Lars Boom wint de kasseienrit in de Tour, de etappe die het klassement voor een groot deel bepaalde. (PRO SHOTS/Dppi)

De grootste verrassing vond plaats in Frankrijk. Het zou het ultieme gevecht worden tussen de twee beste ronderenners van het moment. Armstrong tegen Ullrich, LeMond tegen Fignon, het zou kinderspel zijn vergeleken met de titanenstrijd tussen Alberto Contador en Chris Froome. Maar nog voor de twee kemphanen goed en wel de ring waren ingestapt, werd de knock-out al toegediend. Niet door de tegenstander, maar door het lot. 

Froome viel in de etappe die hem angst inboezemde, nog voor hij een meter over de natte kasseien had gereden. Het was een drama voor de strijd binnen de strijd, een drama dat aan veel Nederlandse kijkers enigszins voorbij ging door de formidabele etappezege van Lars Boom en de coupe die Vincenzo Nibali pleegde. Nibali nam een voorsprong, maar dat zou Contador in het hooggebergte toch nog wel goedmaken? Nee. Ook Contador ontkwam niet aan de furie van de goden van het wielerland. Nibali, hoe goed hij ook was, kreeg het geel in de schoot geworpen. 

Vincenzo Nibali als klassementsleider in de tijdrit op de voorlaatste Tourdag. (PRO SHOTS/Dppi)

Dat Contador dat jaar alsnog een grote ronde zou winnen, geloofde toen niemand. Toch herstelde de Spanjaard op wonderbaarlijke wijze van zijn blessure. Contador zou niet meedoen aan de Vuelta, zo vertelde men vlak na de Tour. Daarna hield men toch nog een optie open, smeet men definitief de deur dicht, begon men toch weer te twijfelen en stond Contador uiteindelijk gewoon aan de start in Spanje. En Contador werd beter. En nog beter. Het niet uitrijden van de Tour had hem misschien wel goed gedaan, en van zijn blessure was niets meer te merken. De strijd tussen de drie Spanjaarden – Valverde en Rodríguez bleven in de buurt – en Froome werd beslist in de laatste meters van de zwaarste bergen. Hier bleek ook dat de Brit hetzelfde doel voor ogen had als Contador, namelijk revanche voor de Tour. De man die niet eens mee zou doen, ging er met de bloemen vandoor, ook omdat Nairo Quintana door een ontmoeting met de vangrail de Vuelta niet uitreed. 

Eerder in het jaar was Girowinst voor diezelfde Quintana op zichzelf geen grote verrassing. Het parcours leek hem op het lijf geschreven en als hij in de tijdritten stand kon houden, was hij duidelijk de favoriet, ook omdat zijn grote concurrenten zich op de andere rondes richtten. Het was juist daarom zo onverwacht dat het moment waarop de Colombiaan zijn zege veiligstelde, zo veel stof deed opwaaien.

Samenvatting van de koninginnenrit in de Giro. (NOS)

Het was hondenweer in Italië en de zwaarste etappe van de ronde stond op het programma. Beoogde scherprechter was de Stelvio, een van de bekendste cols van Zuid-Europa. Quintana, toch voornamelijk klimmer, toonde zich de dapperste man in de afdaling, precies op het moment waarop wat verwarring in het peloton was geslopen. De organisatie zou via een Twitterbericht kenbaar hebben gemaakt dat de spekgladde afzink zou worden geneutraliseerd omwille van de veiligheid. Niets was minder waar. Quintana pakte meer dan vier minuten op rozetruidrager Rigoberto Urán en nam voldoende voorsprong om het tricot tot de slotdag vast te houden.

Zo kenden de drie grote rondes stuk voor stuk topklimmers als winnaar, maar de manier waarop zij hun zeges pakten had niemand kunnen voorspellen. Het is al lang niet meer zo dat de beste renner ook het eindklassement wint, en dat maakt zelfs de vlakste, zonnigste, meest windstille etappe boeiend om naar te kijken. Die tendens zorgde voor een spectaculair rondeseizoen en werkte onherroepelijk door in het najaar.