Everest

De expedities naar het hoogste punt van de aarde van Rob Hall staan te boek als legendarisch. Het is dan ook niet onlogisch dat Baltasar Kormákur besloot er een film over te maken. Niets is echter zo veranderlijk als het weer, en zeker op 8000 meter hoogte.

In 1996 zet Hall opnieuw een expeditie op touw met zijn bedrijf Adventure Consultants, en alles lijkt op rolletjes te lopen. Wanneer een storm echter toeslaat op het eindpunt, wordt het een strijd tussen leven en dood. Zoals Hall eerder in het verhaal verklaart: "onze lichamen sterven letterlijk, het menselijk lichaam is simpelweg niet gebouwd om te functioneren op zo’n hoogte". Of de hele groep het er levend van af zal brengen en terug zal keren naar het basiskamp, is een kwestie van keihard overleven, in de meest extreme omstandigheden.

De film is gebaseerd op de korte documentairefilm met dezelfde naam, die in 1998 exclusief werd uitgegeven in IMAX-bioscopen. Het werd de (toen) meest succesvolle film in het formaat ooit. De stap naar een speelfilm is dan snel gemaakt en Jason Clarke speelt de rasoptimist Hall. Ook in het gezelschap zijn ondermeer Josh Brolin als Beck Weathers, John Hawkes als Doug Hansen en Michael Kelly als Jon Krakauer, de journalist die meereisde met de expeditie en er later een boek over schreef. De acteerprestaties zijn allereerst van een hoog niveau. Door een juiste hoeveelheid drama zijn de performances goed afgestemd op de scènes en is het op geen enkel moment overdreven. Waar Everest wel aan lijdt is het gebrek aan een echte hoofdrolspeler. Clarke wordt wel enigszins naar voren geschoven, maar door de constante verschuiving van de aandacht naar andere groepen en de focus die dan vaak niet meer op Clarke ligt, zorgt ervoor dat dit verwarrend kan werken voor de kijker.

De rol van Emily Watson kan voor sommigen op de zenuwen werken, ze is er namelijk in veel scènes namelijk enkel en alleen om een dramatische wending of toon te geven aan het verhaal. Het overgrote deel zien we haar bedrukt kijken of een traantje wegpinken en de regels die ze hierbij scandeert helpen haar ook niet echt om een geloofwaardig personage neer te zetten. Dit geldt niet voor Keira Knightley, die de vrouw van Hall, Jan, speelt. Zij wordt gaandeweg het verhaal vordert een steeds groter sleutelfiguur in het verhaal en laat de gevoelige kijker zeker weten een traantje wegpinken naarmate het einde nadert. Een schot in de roos. De bijrol van Jake Gyllenhaal zorgt voor een matige komische toon in de film, maar echt verder dan dit komt het ook niet.

Ook lijkt het, als er beter gekeken wordt, alsof er door drie verschillende studio's aan de special-effects gewerkt is. Zo zien de scènes op de berg er een stuk amateuristischer uit dan de landschapsscènes, waarvan bekend is dat ze aangevuld zijn of opgepoetst zijn door middel van special-effects. Ook de scènes in de verschillende kampen hebben ook weer een ander kleurenpallet en lijken op een andere manier te zijn opgepoetst. Dit zorgt al met al voor een rommeligheid die afdoet aan het goedogende geheel van de film.

Everest is geen film voor mensen met een voorkeur voor happy-endings. De scènes zijn bitterhard en de kans is groot dat de kou haast gevoeld kan worden vanuit de bioscoopstoel. Jammer is wel dat het ontbreken van een hoofdrolspeler en de afbraak door soms knullige oppoetsing af kan doen aan de fijne filmervaring die Everest is. Wel is het een waardige herinnering aan Rob Hall en zijn dappere expeditieleden, want hun moed zal hierdoor nooit vergeten worden.