Still Alice

Psychologisch drama meets horror. Nog niet eerder was een zo persoonlijke film zo angstaanjagend als Still Alice, waarin Julianne Moore laat zien hoe het is om te leven met de ziekte van Alzheimer.

Alice Howland (Julianne Moore) is een intelligente professor in de linguïstiek aan de Columbia-universiteit. Ze heeft drie volwassen kinderen en is gelukkig getrouwd met John (Alec Baldwin). Ze is gerespecteerd en zit lekker in haar vel, zo in het midden van haar leven. Maar als ze woorden begint te verliezen en zich meerdere malen in hetzelfde gesprek aan iemand voorstelt, begint er toch iets te knagen. Het blijkt dat ze de ziekte van Alzheimer heeft, wat opvallend is voor iemand die nog zo jong is.

Still Alice: Julianne Moore

Wat volgt is een geleidelijke vertelling over hoe iemand zich realiseert dat ze zichzelf langzaam gaat verliezen, en wat dat betekent voor zowel haarzelf als haar familie.

Het is natuurlijk overdreven om Still Alice een horrorfilm te noemen, want dat is het simpelweg niet. Maar de film boezemt wel angst in op een manier die veel horrorfilms jaloers kan maken. Het is lastig om je een voorstelling te maken van hoe het is om de ziekte van Alzheimer te hebben, maar Moore brengt het over op een manier die het eenvoudig maakt om je in haar te verplaatsen en met haar mee te leven. Ze maakt duidelijk dat het een worsteling is om een zin uit te spreken en plotseling een woord niet meer te weten. Het voelt ongelooflijk gênant aan als dat gebeurt. Haar leven wordt een dagelijkse test om te zien wat voor informatie er nog aanwezig is, welke vorm van uitdrukken nog effectief is om contact met haar naasten te onderhouden.

Zoals de ziekte van Alzheimer langzaam met een klein beiteltje wegbikt aan het geestelijk kunnen van Alice, zo geeft Still Alice een geleidelijk beeld van hoe dat haar leven beïnvloedt. Ze wordt afhankelijker van haar familie, moet haar positie als professor opgeven en leeft met de wetenschap dat stukje bij beetje de ziekte ervoor zorgt dat ze zichzelf niet meer herkent, of zich überhaupt herinnert wie ze ooit was.

Wat het meeste raakt is hoe Alice, aan het begin van deze ziekte, het onderscheid maakt tussen een ziekte als deze en meer fysieke ziektes als kanker: nog in staat zijn om alles te doen, maar niet meer weten hoe dat moet, heeft een hele andere impact dan fysiek niet meer in staat zijn om dingen te doen terwijl intussen al het besef nog aanwezig is. Het is Moores interpretatie van Alice die hier de grootste impact aan geeft; een vertolking die terecht geprezen is in het awardseizoen. Hoe Alice anticipeert dat ze op een zeker punt in de toekomst waarschijnlijk beter af is onder de zoden dan erboven is schokkend, een moment waarop ze de weg kwijt is in haar eigen huis, is traumatisch.

Still Alice: Julianne Moore

Still Alice voelt soms zo realistisch dat het idee ontstaat dat het een documentaire is; een realisme dat nodig is om de psychologische spanning van Alices ziekte te voelen. Maar ook een realisme dat zorgt dat meeleven met Alice en haar naasten een beklemmende ervaring is. Still Alice laat, in al z'n eenvoud, de impact van de ziekte van Alzheimer van binnenuit zien en is daar bijzonder krachtig in.