The Hobbit: An Unexpected Journey

Bijna een decennium na zijn wereldveroverende The Lord of the Rings Trilogy neemt Peter Jackson (PJ) deze kerst de bioscoopbezoeker weer mee terug naar Middle-Earth. Met The Hobbit, een prequel op The Lord of the Rings (LOTR), staat PJ voor de uitdaging iedereen opnieuw te doen verbazen. De sceptici vragen zich al enige tijd af of dit wel te doen is. The Hobbit is immers wat kleinschaliger dan het epos wat tien jaar geleden alle records verbrak. Zal PJ het toch weer lukken met zijn The Hobbit?

Hobbit poster

De film speelt zich zestig jaar voor de originele trilogie af. Gandalf, wederom gespeeld door Sir Ian McKellen, staat op de stoep bij Bilbo Baggins (Martin Freeman). Hij doet hem een voorstel om met hem en dertien dwergen op een queeste te gaan. Ze willen hun thuis, het legendarische koninkrijk Erebor, terug veroveren. Dit is, tezamen met hun schatten, overgenomen door de draak Smaug. Wat volgt is een avontuur door de wereld van Middle-Earth. Met, niet te vergeten, de vondst van een zekere ring...

The Hobbit is, net als LOTR, gebaseerd op een boek van schrijver J.R.R. Tolkien. Bedoeld als een kinderboek, werd The Hobbit een gigantisch succes. Door dit succes vroeg de uitgever of Tolkien een vervolg wilde schrijven, waar uiteindelijk LOTR uitkwam. Peter Jackson doet het dus precies andersom. Dit levert wel een uitdaging op, want The Hobbit is eigenlijk een eerste kennismaking met de wereld van Middle-Earth, maar de bioscoopbezoeker kent deze wereld dus al.

The Hobbit screen 2

De film biedt dan ook weinig nieuws voor de kijkers. We zien veel personages en locaties uit de vorige films terug. Ook is de opbouw heel erg identiek aan The Fellowship of the Ring, het eerste deel uit de vorige trilogie. An Unexpected Journey wordt daardoor meer een spiegel-versie van deze, met een start in The Shire, een tussenstop in Rivendell en een vrij voorspelbare climax. Wel krijgen we glimpen van Smaug en Erebor (The Lonely Mountain) te zien, waardoor de interesse weer gewekt wordt voor de vervolgfilms. Ook zijn er in de flashbacks een aantal veldslagen te zien. Deze zijn zó spectaculair, dat je nauwelijks kan wachten op de veldslag die in de derde film zal volgen. 

Een ander 'hot topic' bij deze film is de speelduur. Sinds de aankondiging vonden sceptici twee films al veel, laat staan hoe de reacties waren toen afgelopen zomer werd aangekondigd dat er zelfs drie films over The Hobbit zouden komen. Zou Jackson een grote fout hebben gemaakt en uit zijn op commercieel succes? Dat zal nog moeten blijken. Uit dit eerste deel blijkt dat er in ieder geval meer dan voldoende materiaal was voor twee films, maar drie films lijkt nog steeds wat te veel. Er is namelijk hier en daar wat onnodig materiaal in de film aanwezig. Bij de vorige trilogie zijn de bekende Extended Editions een waardevolle toevoeging, deze film voelt echter al aan als een Extended Edition. Zo start de film met een dubbele proloog, waarvan de tweede wat overbodig voelt. Het duurt hierdoor ruim een kwartier voor de film écht begint. Er zijn meer van dit soort scènes. Waar de kijker eigenlijk niet altijd alles hoeft te zien, wordt in deze film álles in beeld gebracht, zoals flashbacks of zijsporen. Voor de fans is dit materiaal om van te smullen, aan de film an sich voegt het echter weinig toe. Het tempo had dus wat hoger kunnen liggen, hoewel het nergens saai of langdradig wordt. 

The Hobbit screen 1

Zoals eerder verteld, is The Hobbit wat kleinschaliger dan LOTR. Wie dacht dat Jackson zich hierdoor in zou houden met epische scènes, komt in de eerste minuten al bedrogen uit. De eerste proloog is zó spectaculair, dat gelijk duidelijk is dat de filmtechnologie tien jaar verder is. De mogelijkheden met visual effects zijn duidelijk gegroeid en geven de makers de volledige vrijheid. Hierin ligt ook de kracht van de film. PJ is erg visueel ingesteld, waardoor de film een plaatje is om naar te kijken. Tijdens de actie-scènes lijkt het of hij zelf erbij was, en als een ware documentairemaker alles heeft gefilmd. Er is ook een HFR-versie in de bioscopen te zien. Hierbij worden er in plaats van de standaard 24 frames per seconde 48 frames per seconde getoond. Helaas had de distributeur nog niet de mogelijkheid om de HFR-versie te laten zien. Een review van deze versie volgt later.

Dan zijn er nog de verschillende acteerprestaties. Martin Freeman speelt een leuke rol als Bilbo Baggins. Hoewel zijn personage misschien wat flets is, weet Freeman er het beste uit te halen. McKellen als Gandalf is net als in de vorige films weer een genot om naar te kijken. Je weet dat hij een machtige tovenaar is, maar toch voelt hij aan als een vertrouwenspersoon. Van de dwergen (ruim dertien!) valt alleen Thorin Oakenshield (Richard Armitage) op. Hij is de leider van deze groep, en 'King Under the Mountain'. Ook hier hebben we te maken met een vlak personage, maar Armitage geeft hem toch een hart gedurende de speelduur van deze film. Radagast the Brown is nog een nieuw personage, en één van de Istari. Sylvester McCoy geeft hem leuk gestalte, maar eigenlijk krijgt de acteur te weinig tijd om het karakter echt memorabel te maken. De meeste indruk wordt opnieuw door Andy Serkis gemaakt, die via motion-capture van Gollum weer een veelzijdig karakter weet te maken. De scène tussen hem en Bilbo mag dan ook zonder twijfel één van de hoogtepunten van de film worden genoemd. Er zijn nog meer acteurs die opnieuw in hun rol Middle-Earth mogen binnentreden, maar dit blijft in de meeste gevallen beperkt tot een korte cameo.

The Hobbit 3

Al met al zal deze film niet dezelfde sensatie teweegbrengen als de eerste film elf jaar geleden. Het is verder wel een uitstekende familiefilm voor tijdens de kerstdagen. De vraag is echter of de vervolgfilms nog met zoveel anticipatie worden opgewacht, omdat deze film weinig nieuws biedt en veel mensen misschien Tolkien-moe worden. Tevens zal men zich voorlopig blijven afvragen: is drie films niet iets te veel voor de avonturen van Bilbo?