Film: Aurora

Boekarest. De zwijgzame en stoïcijns ogende Viorel (Cristi Puiu) gaat naar zijn werk, krijgt in een nogal stroeve conversatie geleend geld terug van een collega en krijgt kogels van een andere collega. Hij loopt verscholen tussen wat caravans op een zompig grasveld en bespiedt een paar mensen. Als hij thuis aan het douchen is, ziet hij water tegen het plafond en vermoedt een lek. Het zoontje van de bovenburen blijkt de nietsvermoedende dader en Viorel heeft een gesprekje met de vrouw des huizes. Het amper ingerichte huis waar hij verblijft, is hij aan het verbouwen en op een gegeven moment komen verhuizers de toch al kale boel dan ook leeghalen. In een parkeergarage schiet hij een man neer. Wat later sjokt hij wederom door de modder van het verlaten caravanterrein.

Poster

Behalve de hoofdrol heeft Cristi Puiu ook de regie en het scenario van het behoorlijk trage en minimalistisch vormgegeven, 181 (!) minuten durende Roemeense drama Aurora (na The Death of Mr. Lazarescu de tweede productie in Puius beoogde 'Six Stories from the Outskirts of Bucharest'-reeks) voor zijn rekening genomen. Zoals blijkt uit boven de poster staande plotbeschrijving, is lang niet alles meteen duidelijk waardoor de kijker niets anders kan doen dan wachten en, tja, nog meer wachten. Met Voirel meeleven of zelfs meedenken is ook geen optie daar veelal onduidelijk is waarom hij doet wat hij doet en alles wat we van deze eenzaat zien eerder vervreemding dan herkenning oproept. Dat er iets aan hem knaagt is duidelijk, maar zijn constant lege blik gecombineerd met de afwezigheid van positieve eigenschappen maakt dat de fascinatie voor de beweegredenen van deze veertiger om kan slaan in totale desinteresse waarbij de vraag wat er in Viorels hoofd omgaat plaats maakt voor de overpeinzing hoe lang de film nog duurt. En dat ondanks het feit dat op Puius spel niets is aan te merken.

Puiu

Het moet gezegd dat na de ijskoude moord op de man in de parkeergarage er wat meer dialoog komt en dientengevolge het gevoelstempo wat omhoog gaat. Ook komt er beetje bij beetje (eindelijk) wat meer informatie los als zorgvuldige opbouw naar het absurdistische slot. Al eerder in de film zijn er wat glimlachopwekkende aardigheidjes - zo wordt nog voor de aantiteling gesteld dat de oma van Roodkapje naakt moet zijn als de jager haar uit de buik van de wolf haalt aangezien de laatste haar kleren heeft aangetrokken - vertoond, maar het slotstuk is zo droogkomisch dat het de kille feel van de film doet kantelen. In theorie zou dit als een kritiekpunt kunnen klinken, maar in dit geval verrast het in de positieve zin van het woord en is het op een bepaalde manier ook wel passend. Een ander aangenaam aspect is de intrigerende opstelling van de camera in veel scènes waardoor slechts een deel van het tafereel zichtbaar is omdat de linker- en rechterzijde van het beeld geblokkeerd worden door muren.

Muren

Hoe goedbedoeld het ook is van Puiu en hoe veel doordachte redenen hij er ook voor heeft, door de lange speelduur in combinatie met het gebrek aan tempo, dialogen en plotverduidelijking zullen velen de film uiteindelijk als “niet de moeite waard” kwalificeren. Dat is jammer, want afgezien van de te lange speelduur valt er niet eens zo heel veel aan te merken op deze rolprent. Dat er weinig conversatie en snelheid in deze productie zit, zou namelijk nog wel opgevangen kunnen worden door het sterke acteerwerk en de interessante cameraposities. Het laatste deel van de film zal de weggezakte bioscoopbezoeker weer overeind doen krabbelen en alle vragen doodleuk beantwoorden. Maar waarom de kijker daarvoor eerst heel diep in zijn of haar bioscoopstoel moet wegzakken blijft de vraag.