Film: Pluk van de Petteflet

Pluk is op zoek naar een huisje. Hij komt bij de Petteflet aan, maar ook daar lijkt geen woonruimte vrij te zijn. Als Pluk in de nabijgelegen Torteltuin een eekhoorn met hoogtevrees redt, wordt hij aangesproken door Dikke Dolly, de duif. Zij vertelt Pluk dat het torenkamertje van de Petteflet leeg staat. Pluk neemt er zijn intrek.


Pluk en Aagje in het torenkamertje


Hij maakt kennis met de bewoners van de Petteflet: Aagje, de dochter van mevrouw Helderder, die altijd aan het poetsen is. Aagje mag nooit naar buiten want haar moeder is bang dat ze zich vies maakt. Dan is er de familie Stamper, vader Stamper plus vijf kleine Stampertjes, die met zijn allen een gezellig huishouden van Jan Steen vormen. Omdat ze precies boven mevrouw Helderder wonen, liggen er in hun flat allemaal matrassen op de grond, tegen de herrie.


Mevrouw Helderder drinkt thee bij de familie Stamper


Onderin de flat woont het paard Langhors, het langste paard ter wereld, en eigendom van de Majoor. Als Pluk Langhors uit het water redt, kan hij bij de Majoor geen kwaad meer doen, en dat blijkt van pas te komen.


De Majoor en het paard Langhors


En dan is natuurlijk meneer Pen, van het winkeltje onderin de flat. Hij wordt een goede vriend van Pluk.


Aagje en meneer Pen


Pluk komt graag in de Torteltuin, een stukje park waar heel veel dieren wonen. Hij krijgt het voor elkaar dat Aagje naar buiten mag om te spelen met de Stampertjes. Aagje vindt er een vreemd ei dat ze uitbroedt in haar bed. Maar in de Torteltuin loopt sinds kort een vreemde man rond, die van alles meet, en witte kruizen op de bomen verft. En op een dag wordt er zomaar een bouwkeet in de tuin gezet! Pluk gaat op onderzoek uit. Hij ontdekt dat de Torteltuin moet verdwijnen, omdat de Krullevaar, een grote vogel die hier vroeger broedde, uitgestorven is. De burgemeester en de Parkarchitect willen er nu een Vogelmuseum maken. Met een grote parkeerplaats en erger nog… met alleen maar opgezette vogels!


De burgemeester


Meneer Pen hoopt, dat zijn broer, de Kluizelaar, redding kan brengen. Maar die woont heel ver weg, in de Hasselerwaard. Pluk besluit hem te zoeken. Met behulp van de Heen-en-Weerwolf, een veerman, vindt hij de Kluizelaar, maar die lijkt niet erg geïnteresseerd en stuurt Pluk weg met een armzalig struikje. Zal Pluk ondanks dat de Torteltuin en de Krullevaar weten te redden?