Huizenprijzendebat moet 'zeepbel' voorkomen

Redactie

De forse prijsdaling op de woningmarkt sinds 2008 toont aan dat op de Nederlandse woningmarkt sprake is geweest van een zeepbel. Een jaarlijks huizenprijzendebat in de Tweede Kamer moet zorgen voor meer grip op de huizenprijzen. Dat staat in het parlementaire onderzoek naar huizenprijzen, dat woensdag wordt gepresenteerd.

De afgelopen drie decennia zijn door te optimistische verwachtingen ten aanzien van de huizenprijs 'bovenmatige risico's' genomen met de verstrekking van hypotheken. Dat dreef de prijs op. "Meer leencapaciteit leidde tot stijgende huizenprijzen, met een zelfversterkend effect."

Daarbij ging de vraag het aanbod 'ver te boven', wat uniek is in vergelijking met andere westerse landen. Er werd 'aanmerkelijk' minder gebouwd dan nodig was. Bovendien was de huurmarkt niet het ventiel dat de druk op de koopmarkt kon verminderen.

De prijsdaling in 2008 werd door weinigen voorzien. In de toekomst is meer alertheid geboden, want onderzoek leert dat 'langdurige prijsstijgingen die (ver) boven de inflatie gaan, worden gevolgd door (forse) correcties', schrijft de onderzoekscommissie onder leiding van Kees Verhoeven (D66).

De commissie doet een reeks aanbevelingen om grip te houden op de huizenprijs. De belangrijkste is dat er een jaarlijks debat komt. "Om grip op de huizenprijzen te houden, is het noodzakelijk dat de Tweede Kamer en het kabinet jaarlijks op hoofdlijnen spreken over de ontwikkeling ervan. Op die manier worden de prijsontwikkelingen en de oorzaken tijdig onderkend en kan tijdig worden geanticipeerd."

Een andere aanbeveling is het aan banden leggen van de maximale hypotheek die huizenbezitters kunnen krijgen. In 'extreme gevallen' zou de overheid moeten bijsturen door 'kredietmogelijkheden te beperken in tijden van prijsstijging'.

Ook moet de positie van de consument worden versterkt. Die bleken maar 'zeer beperkt' op de hoogte van de risico's van de hypotheken. Daar ligt ook een belangrijke taak voor de banken die hun klanten beter moeten informeren, aldus de commissie.