Nog tientallen bedolven kompels Tibet spoorloos

Chinese reddingswerkers hebben zaterdag, na koortsachtig spitwerk in een door een aardverschuiving bedolven Tibetaanse goudmijn, één lichaam geborgen. Van de 82 andere gouddelvers ontbreekt nog ieder spoor, bericht de staatspers.

De tentjes waar de mijnwerkers in sliepen werden vrijdagochtend begraven onder een laag van ongeveer twee miljoen kuub modder, stenen en puin. Die bedolf een hooggelegen mijnbouwgebied van zo'n vier vierkante kilometer in Maizhokunggar, een district vlakbij de Tibetaanse hoofdstad Lhasa.

Meer dan drieduizend reddingswerkers zoeken met speurhonden het bergachtige terrein af, maar het slechte weer speelt hun parten. Zaterdagmiddag is het begonnen te sneeuwen.