Beurzen vrezen Grieks vertrek uit euro
De Europese beurzen gingen maandag stevig onderuit. De politieke impasse in Griekenland wakkerde de vrees aan voor een mogelijk vertrek van het land uit de eurozone. Vooral de bankaandelen werden daardoor van de hand gedaan.
"Griekenland bepaalt de stemming. Ze hebben nog tot donderdag de tijd om een regering te vormen, maar de voortekenen zijn niet gunstig. De aanhoudende onzekerheid doet de aandelenbeurzen geen goed. Ook op de obligatiemarkt lopen de rentes van Spanje en Italië op tot kritieke niveaus", aldus vermogensbeheerder Jan Wilpshaar van Hof Hoorneman Bankiers.
De AEX-index in Amsterdam noteerde aan het einde van de ochtend 2,3 procent lager op 298,38 punten. De MidKap-index zakte 2,1 procent tot 488,47 punten. De beurzen in Londen, Parijs en Frankfurt verloren tussen 1,7 en 2,1 procent.
In Ahtene zakte de beurs 3,5 procent. Griekenland lijkt in juni nieuwe verkiezingen te houden. De leider van Democratisch Links, Fotis Kouvelis, zei maandag dat er geen regering van nationale eenheid mogelijk is. Hij was de laatste hoop om een regering van nationale eenheid van conservatieven en socialisten overeind te houden.
Ook wordt de mogelijkheid van een Grieks vertrek uit de eurozone door steeds meer Europese beleidsmakers als een reële optie beschouwd. De Amerikaanse kredietbeoordelaar Moody's waarschuwde echter dat de kans op een wanordelijk faillissement van Griekenland en een uiteindelijk vertrek uit de eurozone is toegenomen.
De Griekse zorgen hadden ook hun weerslag op de Spaanse en Italiaans rentes. De rente op 10-jairge Spaanse staatsobligaties liep verder op tot 6,2 procent, terwijl de 10-jarige Italiaanse rente richting het kritieke niveau van 6 procent steeg.
De Europese bankaandelen hadden het maandag het zwaar te verduren door de vrees voor een escalatie van de schuldencrisis. In Parijs zakte BNP Paribas 2,7 procent en in Frankfurt verloor Deutsche Bank 2,9 procent.
In de AEX gingen alle 25 fondsen omlaag. Bank en verzekeraar ING behoorde tot de grootste dalers met een min van 5,2 procent. Roestvrijstaalproducent Aperam deed het nog slechter met een verlies van 5,3 procent.
De euro stond ook onder druk door zorgen over Griekenland en zakte voor het eerst sinds medio januari onder de 1,29 dollar. De eenheidsmunt was 1,2878 dollar waard, tegen 1,2932 dollar aan het eind van de Europese beurshandel vrijdag.
De prijs van Amerikaanse olie zakte 1,9 procent tot 94,35 dollar per vat en Brentolie daalde 1,5 procent tot 110,56 dollar per vat.