Deventer moordzaak wordt niet heropend

Redactie

De Deventer moordzaak wordt niet heropend. Dat heeft de Hoge Raad vandaag besloten.

Het gerechtshof in Den Bosch veroordeelde Ernst Louwes in 2004 tot twaalf jaar cel voor de moord op de vermogende weduwe Jacqueline Wittenberg in Deventer. Het misdrijf werd in september 1999 gepleegd.

Louwes heeft altijd ontkend de geruchtmakende moord te hebben gepleegd. Zijn advocaat, Geert-Jan Knoops, had om heropening van de zaak gevraagd.

De Hoge Raad heeft met de afwijzing daarvan het advies van de advocaat-generaal gevolgd. Volgens het hoogste rechtscollege is er uit de nieuwe informatie die door Knoops werd ingebracht, geen ernstig vermoeden ontstaan dat Louwes onterecht is veroordeeld.

De raad beval in juni vorig jaar zelf nog nader onderzoek. Dat gebeurde omdat moest worden uitgezocht waarom de verklaring van de beheerder van een begraafplaats tijdens de behandeling bij het hof in Den Bosch, niet was voorgelegd. De rechters die hem veroordeelden, kenden deze getuigenis daardoor niet en kon die dus niet meenemen in zijn oordeel over Louwes.

De beheerder zou hebben verklaard dat de klusjesman van de weduwe al de dag voor ontdekking van haar dood aan hem had verteld, dat de vrouw niet meer leefde en hoe dat kwam. Die informatie kon hij hebben, omdat hij mogelijk de dader van het misdrijf zou kunnen zijn geweest.

Op basis van het nieuwe verhoor van de beheerder wordt niet duidelijk dat de klusjesman de mededeling van de dood van Wittenberg al vóór ontdekking van haar dood en niet op een later tijdstip heeft gedaan. Ook deze verklaring van de getuige levert daarom geen ernstig vermoeden op dat Louwes ten onrechte is veroordeeld, meent de Hoge Raad.

De rechtbank in Zwolle sprak Louwes aanvankelijk nog wegens gebrek aan bewijs vrij, maar het gerechtshof in Arnhem veroordeelde hem in hoger beroep tot twaalf jaar cel. Ook toen verzocht Louwes de Hoge Raad om herziening van zijn zaak. De raad willigde dat verzoek destijds wel in en verwees de zaak naar het hof in Den Bosch.

Het proces in Den Bosch pakte voor Louwes toch nog nadelig uit. Het Openbaar Ministerie (OM) gaf tijdens de procedure het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) opdracht de blouse van de weduwe opnieuw te onderzoeken. Daaruit kwamen voor Louwes belastende DNA-sporen naar voren. Het hof in Den Bosch veroordeelde hem daarom opnieuw tot twaalf jaar cel.