Politie mag kinderporno niet laten blokkeren

De politie mag internetaanbieders niet verplichten bepaalde sites met kinderporno te blokkeren. De overeenkomst die daartoe met enkele providers is gesloten is dan ook niet rechtsgeldig. Dat blijkt volgens minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin (CDA) uit wetenschappelijk onderzoek. Internetaanbieders krijgen nu zelf een grotere rol in het bestrijden van kinderporno.

Het Korps Landelijke Politiediensten heeft momenteel een convenant met de providers UPC, Scarlet en Kliksafe. De politie stelt een lijst op van te blokkeren websites en de providers voeren dit dan uit. Maar volgens het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum van het ministerie van Justitie mag de overheid internetverkeer niet tegenhouden, omdat hiervoor geen wettelijke basis is.

Hirsch Ballin kondigt vandaag aan een onafhankelijke stichting in het leven te roepen die een zwarte lijst zal samenstellen. Op basis van deze lijst kunnen de internetaanbieders vervolgens de verdachte sites blokkeren. Politie en justitie kunnen zich dan meer concentreren op opsporing en vervolging van producenten en verspreiders van kinderporno.

De providers zullen ook meer gaan samenwerken om technieken te verfijnen die kinderporno kunnen ontdekken, laat Hirsch Ballin weten. Uit hetzelfde onderzoek zou namelijk blijken dat kinderporno effectiever kan worden geweerd als de internetaanbieders op eigen initiatief handelen dan wanneer ze op aanwijzing van de overheid optreden.

De onderzoekers melden verder dat het filteren en blokkeren van sites met kinderporno niet echt effectief is om verspreiding ervan tegen te gaan. Pedofielen gebruiken veelal andere wegen zoals besloten nieuwsgroepen op het internet om materiaal uit te wisselen. Wel kan filteren en blokkeren het moeilijker maken om aan kinderporno te komen.

Kinderpornofilters op particuliere computers zouden kunnen werken, zo stellen de onderzoekers. Dit soort filters worden al gebruikt in bijvoorbeeld Noorwegen, Zweden en het Verenigd Koninkrijk.