Mijnenjagers klaar met oefening Oostzee

De grote internationale oefening US Baltops op de Oostzee is afgerond. Nederland nam deel met een torpedowerkschip, 3 mijnenjagers en een hydrografisch opnamevaartuig.

Ongeveer 25 schepen uit 10 landen trainden 2 weken. Dat gebeurde eerst op basis van een vooraf bekendgesteld programma. Daarna volgde een tactische fase zonder draaiboek. De eerder beoefende vaardigheden werden gebruikt om de missie succesvol uit te voeren.

Strategisch belang
De mijnenjagers Makkum en Vlaardingen en opnamevaartuig Snellius maakten deel uit van een taakgroep met 2 Franse en 2 Poolse schepen. Zr. Ms. Makkum vond een 1e zeemijn. Zo wist de taakgroep dat er vijandige eenheden waren in het gebied. De mijnenjacht bleek daarmee niet alleen cruciaal op operationeel, maar ook op strategisch niveau.

Zr. Ms. Vlaardingen detecteerde ook een mijn. Dat gebeurde met behulp van onderwaterrobot Remus. Die is ontwikkeld om in ondiep water te opereren en wordt bijvoorbeeld gebruikt om snel een invasiestrand te scannen op mijnen of andere obstakels. De taakgroep volbracht binnen 3 dagen haar doel. Het resultaat: 3 zeemijnen en een voor een amfibische landing gereedgemaakt strand.

Hoog niveau
“De Nederlandse eenheden trainden op hoog niveau. Goed voor de onderlinge samenwerking en internationale betrekkingen”, aldus Mercuur-commandant luitenant-ter-zee Rik Woertman over Baltops. Zijn schip en Zr. Ms. Urk maken momenteel deel uit van de internationale mijnenbestrijdingsvloot Standing NATO Mine Counter Measures Group 1. De Mercuur is al bijna 6 maanden stafschip van het vlootverband. Woertman: “Voor ons was dit een van de laatste oefeningen van een uitdagende, maar succesvolle inzet als stafschip voor de NAVO.”

Zeemijn gevonden door Zr. Ms. Makkum (Foto defensie.nl)
Zeemijn gevonden door Zr. Ms. Makkum (Foto defensie.nl)